Prof. Mr. Dr. Walther Donner: zijn leven, lessen en nalatenschap
05 Sep 2022, 13:45
foto
Prof. mr. dr. Walther Röel William Donner
• Geboren 9 december 1929 te Paramaribo
• Overleden op 1 september 2022 te Paramaribo - na vele wereldreizen. (Foto: Parbode)


VEELEISEND, KRITISCH, VOORUITSTREVEND - niet alleen naar zichzelf en zijn kinderen toe, maar ook naar de samenleving toe, waarvoor en waarover hij zoveel heeft geschreven. Professor mr. dr. Walther Donner (beter bekend onder zijn pseudoniem Don Walther) overleed donderdag 1 september op 92-jarige leeftijd in zijn geliefde land te Huize Margriet. Hij behoorde tot de eerste generatie van Surinaamse intellectuelen (onder wie onder andere dr. Jules Sedney, dr. Johan Ferrier, Eddy Bruma, dr. Jacques Menke) die een diepgang, kennis en patriottisch vuur aan de dag legden die zijn gelijke waarschijnlijk niet meer heeft.

Hoogleraar, jurist en econoom Don Walther staat het meest bekend als auteur van meer dan honderd boeken en essays boordevol wijsheden en anekdotes, waaronder Swietie Sranang, Politiek Betaald, De Poltici en ‘Een rechter is ook maar een mens’. Zijn geschriften geven ook een uniek inzicht in menselijk gedrag, het culturele leven van de vorige eeuw in Suriname en de politieke streken die vandaag de dag nog steeds (helaas) toegepast worden.

Hoe kwam Don Walther aan zijn inzichten? Hieronder volgt een poging om een zo volledig mogelijk overzicht van het leven en bijdrage te geven van een man die zich altijd opstelde als een 'adviseur van mensen'.

Vroege jaren
Walther Donner werd geboren op 9 december 1929 als enige zoon van Augusta Egbertina (Gusta) Donner. Hij groeide op in de Gongrijpstraat bij zijn grootouders Gustaaf Vervuurt en Ida (Jetje) Donner. De familie was aanverwant en verweven met verschillende andere, zoals Thijm, Rosheuvel, Ho a Fat, Bottenbley en Spong. Zijn ervaringen en verhalen over zijn afkomst waren altijd kleurrijk en met trots vertelde hij over zijn neven, nichten en ‘wie-was-wat-van-wie’ – een gezelligheid van weleer die zich afspeelde op elkaars stoep, de droge zandwegen en in de altijd drukke buurt.

Als kleuter gaat hij naar de Rahan school. Omdat ze daar al lezen en schrijven leren, komt hij daarna direct in de tweede klas van de Christelijke lagere school. Zijn moeder hertrouwt met een katholieke man waarna hij naar de St. Petrus school gaat waar hij in de 3de klas wordt geplaatst (er was geen plaats in de 2e klas!). Even gaat hij naar een particuliere school (de St. Willibrordusschool) waar hij in de 4e klas belandt. Het vele verhuizen zou typerend worden voor zijn leven later. Wat doet een pientere leerling na de lagere school? Werken bij het meubelbedrijf van zijn opa Gustaaf natuurlijk! Uiteindelijk wordt hij gestimuleerd door zijn vrienden om de avondschool te volgen die hij met goed gevolg afmaakt.

Na school
Op zijn achttiende (1947) vertrekt Don Walther naar Aruba waar hij de bijnaam kreeg ‘pikin bakra’. Hij krijgt een baan als assistent boekhouder bij een bouwbedrijf maar daar blijft hij niet lang. Hij maakt snel de sprong naar de Eagle Oil Company (de tweede raffinaderij op Aruba). De jonge Walther werkt in shifts zodat hij genoeg tijd heeft om te lezen en te leren. Boeken leende hij bij een oom die werkte bij de andere raffinaderij, de Lagos.  
Walther had hoogtevrees (waardoor zelfs hoge heuvels vaak teveel voor hem waren), en zocht gauw weer een nieuwe baan, weg van de hoge olietanks. Hij krijgt een tip dat de Joods Arubaanse ondernemer Adolf Groder een boekhouder nodig heeft. Daar betaalde beter en weg was hij – op naar het volgende avontuur. Intussen studeerde hij en deed hij het staatsexamen waar hij op 19 jarige leeftijd als beste van zijn klas slaagde.

Weer via een tip hoort hij dat de groothandel Winkels Handel Maatschappij (WHM) een boekhouder nodig heeft. Beter geld? Wegwezen dus. Intussen is hij 20 jaar. Bij de WHM raakt hij verliefd op een assistent boekhouder Teresita die de dochter van de directeur bleek te zijn. Walther wordt ineens pijnlijk bewust van het ‘klassenverschil’ dat hij mooi beschrijft in ‘Politiek Betaald’ (1982), waar de hoofdrolspeler Steven MacDonald een vertaling is van Walther en zijn eigen politieke ambities.

Teresita komt uit een Arubaanse elite familie (Kroon) waarbij de broer van zijn schoonvader Ciro Domenico Kroon minister-president is van de Nederland Antillen. Zijn schoonfamilie is blij met de intelligente en goed ontwikkelde jonge Walther. Het kwam goed uit dat Walther ook nog bijzonder muzikaal was. Dat hoorde immers bij de elite op Aruba. De familie Vervuurt in Suriname had zich eerder ontfermd over een muzikale Fransman die in ruil voor kost en inwoning de kinderen van de familie, waaronder de toen jeugdige Walther, muziekonderricht moest geven

Ik herinner me nog als de dag van gisteren dat hij mij aanmoedigde om klassieke muziek te leren spelen en beluisteren: “Het hoort bij je breeding. Weet wie Maria Callas was; ken de stukken van Bach! Je zult ooit zelf muziekavonden moeten geven”. Tegenstribbelen had niet echt veel zin.

Studeren
Walther Donner en Teresita Kroon trouwden in 1951 en ze kregen hun eerst zoon Walther John Donner in 1952. Aangemoedigd door zijn schoonfamilie ging Walther naar Nederland om economie te gaan studeren, eerst op de HBS, daarna de universiteit. Hij leerde daar wat krabbenmentaliteit was: “Donner, wat zit je de hele dag achter de boeken? Ga feesten mang. Wat wil je worden? Professor?” Zijn antwoord: “Ja. En wanneer jij met je fiets over 20 jaren stopt bij een stoplicht, kijk even naar rechts. Daar ga je mij zien zitten in mijn grote auto!” In 1953 werd zijn tweede kind geboren Carla en hun derde kind Trees werd kort daarna geboren op Aruba.
Om dispensatie van de militaire dienstplicht te krijgen, krijgt hij via zijn schoonfamilie de kans om bij de overheid te Curaçao te werken als lid van de Rekenkamer. Hij maakt zijn rechtenstudie af en besluit in Nederland te promoveren op het onderwerp The Financial Mechanism of the Netherlands Antilles (1961) onder begeleiding van de beroemde prof. mr. dr. G.M. Verrijn Stuart.

Diplomatie en politiek
Na zijn promotie gaat Walther kort in diplomatieke dienst waar hij werkt met Prins Bernhard. Het aantal keren dat mijn vader de wijsheden van de prins citeerde, is teveel om op te noemen, maar deze vergeet ik nooit: ‘Degene die mij wijst op mijn fouten, die is mijn ware vriend. Degene die me mijn gang laat gaan, terwijl hij wéét dat ik verkeerd bezig ben, zou mijn vijand kunnen zijn.’

Zijn vriend Jules Sedney moedigt Walther aan om naar Suriname te komen waar hij in 1963 start op het ministerie van Economische Zaken. Hij is op dat moment 29 jaar oud. Hij ontmoet daar ook zijn latere vriend Deryck Ferrier die tot aan zijn overlijden ook lid was van Stichting Don Walther Fonds (huidige voorzitter is Carlo Jadnanansing). Hij werd ook adviseur van Minister van Onderwijs en Cultuur Ewald Meyer en Directeur Toon Smit. Hij hielp in deze periode ook om de Universiteit van Suriname te openen (1968) waar hij ook hoogleraar werd aan de Juridische Faculteit. In deze periode ontstond er een grote staking tegen de regering Pengel, die begon door de bond van leerkrachten bij het middelbaar en kweekschoolonderwijs, de VELMEK, na overplaatsing van een der bestuursleden Ir. Sam Devid. De regering kon zich niet houden aan haar beloftes om de salarissen aan onderwijsgevenden en hogere ambtenaren te verhogen, wat leidde tot de val van het kabinet Pengel in 1969. Hoe ironisch hoe de geschiedenis zich in Suriname steeds herhaalt.

In de jaren erna ontstond bij hem een passie voor schrijven na het lezen van The Carpetbaggers van Harold Robbins. “Toen ik dat las, dacht ik: ‘dat kan ik ook!’ ” In 1972 scheidde Walther van Teresita en ging hij terug naar Nederland om les te geven aan het Rijnlands Lyceum in Wassenaar. In deze periode ontmoette hij Yvonne Coutinho en kregen ze Steven Walther Coutinho, zijn laatste kind. Tegen 1978 trouwde hij opnieuw met Nettie Essed.

Internationale diplomatie en hoogleraarschap
Walther was door en door een politiek mens, niet op zoek naar geld, maar  meer om het economisch beter te maken voor anderen. Hij wordt lid van de Nederlandse VVD en bemoeit zich met het bestuur. Hij schrijft artikel na artikel niet alleen over Suriname maar ook over het Caribisch gebied in het algemeen. Zijn ideeën vallen op en Walther wordt door de Nederlandse overheid voor ongeveer 2 jaar uitgezonden naar Barbados en daarna  naar Costa Rica waar hij met veel genot ongeveer acht jaar blijft wonen en werken.
In deze periode wordt hij ook actief als vrijmetselaar en wijdt hij zich aan sociale doelen en schrijft hij veel boeken (die hij zelf uitgeeft) en artikelen in het Engels en ook in het Spaans. Na zijn periode in Costa Rica gaat hij met pensioen en keert hij terug naar Nederland.

Vanaf ongeveer 2003 woonde Walther in Suriname, de laatste jaren in Huize Margriet. Gebogen vanachter zijn computer werd het ene na het andere essay rondgestuurd naar iedereen die het maar wel (en niet) wilde lezen. Hij zag graag dat zijn ideeën gehoord en besproken werden, en jammerde over het feit dat Surinamers zo weinig lezen over de wereld om hen heen. Soms voelde ik echt dat mijn vader een roepende was in de woestijn.

Zijn laatste maanden
Mijn relatie met mijn vader was altijd choppy. Twee heethoofden die erg stug zijn en een duidelijke mening hebben. Ik ben blij dat we uiteindelijk het toch eens zijn geworden over vele disputen, al duurde dat soms jaren. Een paar maanden geleden vroeg ik hem nog of hij zijn leven op een andere manier zou hebben ingericht als hij de kans daartoe zou hebben. In eerste instantie zei hij ‘nee’. Later veranderde hij zijn standpunt: “Waar zijn de Feniciërs, waar de Grieken, waar zijn de Romeinen gebleven? Al die wereldrijken? Allemaal weg. Het had geen zin. Achteraf bekeken zijn veel van mijn woorden aan dovemansoren gericht. Dus wat had ik anders gedaan? Ik had meer moeten gaan vissen. Steven: jij moet ook gewoon gaan vissen’. Hij wees met zijn vinger naar zijn boek Politiek Betaald en stapte weer in zijn bed.

Dank je voor je wijsheid papa. Het was en is een eer om jou als mijn vader te hebben gekend. Het is niet altijd makkelijk geweest om mij te leren, maar geleerd heb ik. Ooit zal ons geliefd Suriname het paradijs zijn waar we allemaal van dromen. In de tussentijd lukt het me hopelijk om lekker te gaan vissen.
 
Steven Walther Coutinho
Advertenties

Friday 26 April
Thursday 25 April
Wednesday 24 April