Keti-Koti Mun ingeluid met rituelen en krans te Nw Amsterdam

Met een plengoffer, een ‘pai’ en het leggen van een krans is te Nieuw Amsterdam in Commewijne, het startsein gegeven voor de Keti-Koti Mun. Een maand lang gaat de organisatie Afri Diaspora Suriname Nederland, de samenleving bewuster maken over het slavernijverleden. Onder andere staan op programma de lessen Historie en Identiteitscrisismanagement voor muloscholen, kondigt Remon Ramkisoensing van de organisatie aan.

Aan de voet van het Onafhankelijkheidsmonument bij het districtscommissariaat in Nieuw Amsterdam, is een mand met onder andere suikerriet, melasse, alcohol, pimba, bananen en vers gebakken cake neergelegd. Een ‘pai’ aan de tot slaafgemaakte voorouders. Daarvoor is er een plengoffer met water, alcohol en bier gebracht. De krans is gelegd door districtscommissaris  Mohamedsafiek Radjab.

De Keti-Koti Mun gaat een jaar later dan gepland van start. Door de covidsituatie kon er niets ondernomen worden. “Het is de bedoeling dat de slavernij herdacht wordt en dat de ketenen nu verbroken worden,” deelt Ramkisoensing mee. “We gaan een hele maand bezig zijn. We beginnen bij de jeugd. We hebben een schoolprogramma met twee docenten op de muloscholen. Want je moet weten wie je bent en waar je vandaan komt. Je moet weten hoe het komt dat we in Suriname zijn terechtgekomen.”

“We hebben 4 weken lang een lesuur historie en een lesuur identiteitscrisisbeheersing.”  vervolgt Ramkisoensing. “We gaan de kinderen ook meenemen naar bedrijven waarmee zij zich kunnen identificeren.” Er zijn nog geen plannen voor de grote dag op 1 juli. “Herdenkingen zijn mooi maar we willen resultaten zien,” zegt Ramkisoensing. “ We willen zien wat we bereikt hebben. Daarna gaan we kijken wat we op 1 juli gaan doen.”

Afri Diaspora staat open voor samenwerking met andere organisaties. Ramksoensing: “Er is samenwerking. Maar er kan nog meer. We zitten in dezelfde boot, we hebben dezelfde doelen. We moeten samenwerken, samen de kar trekken.”  Hij geeft aan waarom de rituelen hier zijn verricht: “Omdat in Commewijne de meeste plantages liggen, de meeste slaven hier een onderkomen hadden. Het is een centraal punt in de onderdrukking.”