Vergoeding Lazard US$ 3 miljoen en Oppenheimer US$ 22 miljoen

Suriname is ongeveer US$ 3 miljoen fee kwijt aan het adviesbureau Lazard voor hulp bij het herschikken van de twee Oppenheimer-schulden van in totaal US$ 675 miljoen. Voor het aangaan van deze twee schulden (uitgifte van obligatieleningen) heeft de regering Bouterse II circa US$ 22 miljoen aan fees en kosten betaald aan Oppenheimer. Dit blijkt uit een brief van minister Armand Achaibersing van Financiën & Planning aan president Chan Santokhi over de schuldenonderhandelingen.

In oktober 2020 huurde de regering Santokhi het financieel adviesbureau Lazard in om te assisteren bij de herschikking van deze twee buitenlandse obligatieleningen. De betaling aan Lazard bestaat uit een retainer fee (voorschotbetaling op de overeengekomen serviceverlening) en aan het einde van de rit een succes fee (succesvergoeding) van 0.25 procent over de US$ 675 miljoen. Deze succesvergoeding komt neer op US$ 1.687.500 en wordt uitbetaald na een succesvolle herstructurering van beide Oppenheimer-schulden. Vanaf oktober 2020 is al US$ 1 miljoen aan retainer fee betaald aan Lazard.

De vorige regering gaf in 2016 via Oppenheimer I obligatielening (bonds) uit voor USS 550 miljoen met een rente van 9.25 procent per jaar. Drie jaar later, in 2019 volgde de Oppenheimer II-obligatielening voor US$ 125 miljoen met een rente van 12.5 procent. Los van het terugbetalen van de US$ 675 miljoen moet Suriname de rente uitkeren aan de obligatiehouders. De achterstallige betalingen (aflossingen en rente) zijn intussen al opgelopen tot US$ 150 miljoen.

Daar Suriname de rente niet kan opbrengen, voert de regering met hulp van Lazard de onderhandelingen met de obligatiehouders en mikt op een haircut (schuldenkorting). Deze schuldherschikking vindt plaats binnen het kader van het IMF-programma.

Eerder heeft Achaibersing in De Nationale Assemblee aangegeven dat Staatsolie het deel dat zij had geleend U$$ 337,5 miljoen uit de Oppenheimer I obligatielening, in mei 2018 met rente heeft teruggestort. De terugbetaling was bedoeld voor de aflossing van de Oppenheimer I obligatielening. Echter werd het geld toen gebruikt om reguliere staatsuitgaven te dekken.

Uit de internationale aanbesteding in augustus 2020, waarop vijf internationale adviesbureaus inschreven, werd Lazard Frères geselecteerd. De overige vier adviesbureaus waren Credit Suisse, Moelis & Company, Morgen Stanley en Rothschild. Een regeringswerkgroep bracht aan de hand van de weegfactoren en score per criterium, het advies uit om met Lazard in zee te gaan. Van alle vijf inschrijvingen had Lazard de hoogste score in de selectie matrix.