Surinam Airways brengt Belém dichterbij Paramaribo

Bij de vrolijk in groen geel versierde incheckbalie op de Johan Adolf Pengel Luchthaven staat een handjevol, voornamelijk Braziliaanse passagiers in de rij. Het zal de eerste vlucht worden met vertalers die de SLM uitvoert. Behalve dat er vanaf nu vertalers worden ingezet om de passagiers van dienst te zijn, is ook het vliegschema gewijzigd met betere vertrek- en aankomsttijden. De vlucht naar Belém duurt twee uur.

Belém is een indrukwekkende stad met moderne gebouwen en skyscrapers merk je al snel zodra je Aeropuerto Internacional Val de Cans verlaat. Na wat verdere verkenning blijkt het koloniaal gedeelte met Britse en Portugese architectuur ook haar eigen charme te hebben. Hier wordt duidelijk waarom de stad ook wel 'city of mangoes' wordt genoemd. Overal waar je kijkt, staan er manjabomen langs de wegen en op de verschillende pleintjes.

Tour Belém
Paratur, de officiële toerisme autoriteit van de staat Para, waar Belém de hoofdplaats van is, zorgt ervoor dat we Belém te zien krijgen. Onze tour begint vanuit het luxe Hilton Hotel met een bezoek aan de haven die werd gebruikt voor de export van rubber. Momenteel worden koeien - wel 4000 tot 6000 per keer - geëxporteerd naar onder andere Lebanon. Belém is volgens onze gids, Raimundo Almeida, erg bekend om haar vlees.

We vervolgen de tour door bruisend Belém, naar de vismarkt en Ver-O-Peso markt, waar allerlei kruiden, medicijnen, kleding, eten en fruit wordt verkocht. Hierna gaan wij langs het “Forte do Castelo” bedoeld om in 1616 Belém tegen Franse en Nederlandse invasies te beschermen, en de plaatselijke kathedraal. Opmerkelijk is ook de vroegere gevangenis die na een grote opstand van gevangenen, in 2002 werd gesloten en nu dient als multiculturele ruimte, waar goud, sieraden en handicrafts worden tentoongesteld, maar ook muzikale opvoeringen worden gehouden. De rondleiding door Belém eindigde voor ons bij de Mangal das Garças, een natuur vogel park met 17 verdiepingen hoge uitzicht toren over de hele stad.

De verschillen tussen rijk en arm zijn in de stad met al haar culturele verrassingen en luxe toch nadrukkelijk aanwezig. Vanuit het hotel zie je tussen de dure en middenklasse gebouwen, het verval en de armoedige wijken verscholen, dat de toerist niet vaak ziet. Volgens gids Almeida komen veel lokale toeristen naar minder rijke gebieden, om zo toch een bijdrage te leveren aan de economie in het gebied.
Belém ligt praktisch in onze achtertuin, misschien wel een bezoek waard?


Raoul Lith

            video