In mishandelingszaak: Verzoeken raadslieden afgewezen
01 Mar 2019, 03:21
foto


Abryan V., Morino L. en Furgill D. moeten zich verantwoorden voor zwaar lichaam letsel dat ze zouden hebben toegebracht aan een persoon. Ze zijn ook aangeklaagd voor poging tot doodslag. De drie stonden donderdag voor rechter Marie Mettendaf.

Het slachtoffer had op 16 juni vorig jaar diverse kapverwondingen opgelopen aan zijn lichaam. Hij is niet meer in staat om werkzaamheden te verrichten. Ook kan hij zijn handen niet meer vouwen of tot een vuist maken. De raadslieden Irvin Kanhai en Edward Redjopawiro deden het verzoek om de voorlopige hechtenis van hun cliënten Abryan V. en Morino L. op te schorten. De kantonrechter had echter geen oren voor het verzoek.

Officier van justitie, Claudia Bruining, voerde aan dat de ernstige bezwaren nog overeind staan. Ze merkte op dat uit getuigenverklaringen en uit verklaringen van het slachtoffer is gebleken dat beide verdachten deel hebben gehad aan de mishandeling. Ook gaf de aanklager aan dat een belangrijke getuige nog moet worden gehoord. Zij verzette zich tegen het verzoek van de advocaten.

Furgill D. beweerde dat hij Abryan V. van de werkvloer kent. Die zou hem hebben verteld dat ze problemen had met het slachtoffer. Hij trof ze kort daarna aan in een woordenwisseling. Hij probeerde hen toen uit elkaar te halen. Het bleef echter niet daarbij. Op die bewuste avond, rond middernacht, heeft Furgill D. het slachtoffer meerdere malen gekapt. Deze verdachte verklaarde op de rechtszitting dat de twee overige verdachten niets met dit feit te maken hadden en dat zij ook niet op locatie waren. Hij zag wel een auto op straat, maar wist niet wie in het voertuig zat.

Abryan V. heeft bij de politie verklaard dat ze in de auto langsreed en dat Furgill D. tegen haar gezegd had dat ze zich er niet mee mocht bemoeien. Furgill D. beweerde dat hij naar het slachtoffer ging om te bemiddelen over de ruzie die er was. Maar, dit liep uit de hand en hij kapte het slachtoffer. De kantonrechter herinnerde de verdachte eraan dat de ruzie een week terug had plaatsgevonden. Hij kapte het slachtoffer daarna. Volgens Furgill D. werd hij bedreigd door het slachtoffer.

Het slachtoffer vertelde dat hij helemaal geen ruzie met Furgill D. had. Hij had met Abryan V., die zijn vriendin was en met wie hij al twee jaar een relatie had, afgesproken. Hij liep naar haar toe en zag onderweg Morino L., met wie Abryan V. eerder een relatie had, op de bromfiets. Aan het slachtoffer had Abryan V. voorgehouden dat ze lastig gevallen werd door Furgill D. Opeens werd het slachtoffer aangevallen door Morino L. die hem de eerste kap toebracht.

Daarna zag hij het voertuig van Abryan V. terugkeren en Furgill D. stapte met een houwer eruit. Vervolgens begon hij erop los te kappen. Op een gegeven moment viel het slachtoffer badend in bloed in de goot. De verdachten verlieten de plek, hem achterlatend in de goot. Een taxichauffeur die voorbijreed, zag de jongeman in de goot. Hij zette zijn cliënt af, keerde terug en bood het slachtoffer hulp aan. Deze zaak zal op 14 maart verder worden behandeld.


Wanita Ramnath
Advertenties

Sunday 05 May
Saturday 04 May
Friday 03 May