Schalkwijk: Analyse voorgestelde kieswetwijzigingen
25 Nov 2018, 13:29
foto
Het aantal Ressortraadzetels behaald door politieke partijen in 2010.


De NDP-regering heeft recent een aantal kieswetswijzigingen voorgesteld. Deze wijzigingen hebben duidelijk met de komende verkiezingen te maken en moeten dan ook binnen die context beoordeeld worden. De voorstellen moeten gezocht worden in de hoek van de commissie-Wijdenbosch die hieraan gewerkt heeft. Wijdenbosch heeft een rapport met 26 voorstellen voor de wijziging van het kiesstelsel op 28 maart van dit jaar aangeboden aan de president.

De wijzigingen die thans zijn voorgesteld en door de Raad van Ministers naar de Staatsraad zijn gestuurd zijn van beperkte aard. Het feit dat de Staatsraad deze voorstellen binnen enkele dagen heeft behandeld, geeft aan dat het inderdaad gaat om zaken die spoed hebben en onderstreept dat men de wijzigingen voor de verkiezingen van mei 2020 in werking wil stellen. Ik zal in deze analyse de voorgestelde wijzigingen op RR-niveau toetsen aan de cijfers van de verkiezingen van 2010. Het eindrapport van de verkiezingen van 2015 is helaas nog steeds niet publiekelijk toegankelijk, terwijl het op 7 maart 2018 door de voorzitter van het Centraal Hoofdstembureau aan de voorzitter van DNA is aangeboden. Ook zal ik nagaan of de wijzigingen de democratie bevorderen.

Waar gaat het om?
De voorstellen van de regering komen op het volgende neer: 1) Evenredige verkiezing van de Ressortraadsleden; 2) Verbod om in combinatieverband aan de verkiezingen mee te doen (pre-electoraal samenwerkingsverbod); 3) Het schrappen van de verplichting om bij inschrijving als politieke partij ten minste een ledenlijst te tonen met 1% van het aantal kiesgerechtigden (de 1% regeling). Deze drie zaken zijn vooralsnog naar de Staatsraad gestuurd samen met drie wetsontwerpen die betrekking hebben op een wijziging van de Grondwet (RR verkiezing), de Kiesregeling (combinatieverbod), en de wet op Politieke Partijen (1% regeling).

De 1% regeling
In feite is het afschaffen van de 1% weinig relevant, omdat de meeste partijen bij elke inschrijving voldoende leden bleken te hebben (zelfs wanneer de uitslag van de verkiezingen uitwees dat minder dan 1% van de kiezers op hen had gestemd). Sommige kiezers waren kennelijk van meerdere partijen lid, terwijl een aantal politieke partijen kennelijk gewoon namen uit het kiesregister of telefoonboek had overgeschreven. Het afschaffen van de 1% regeling zal de bureaucratie rond de inschrijving van een politieke partij wat beperken en maakt dat nieuwe partijen minder hun best zullen doen om leden te werven.

Het idee achter de 1% regeling was echter om te voorkomen dat iedere willekeurige burger een partij opricht en gaat meedoen aan de verkiezingen, waardoor er een heleboel partijen zonder feitelijk bestaansrecht aan een verkiezing meedoen. De regering geeft aan dat de 1% regeling niet werkt en daarom beter afgeschaft kan worden. De vraag is waarom er niet iets anders voor in de plaats gesteld wordt dat wel werkt bijvoorbeeld de eis dat een partij bij de verkiezingen minstens 1% van de stemmen moet hebben gehaald om de volgende keer weer mee te kunnen doen. In 2010 haalden 3 van de 8 deelnemende partijen/combinaties nog geen 1% aan stemmen (t.w. PVRS, DUS en NU). In 2015 haalden 7 van de 11 partijen/combinaties die meededen aan de verkiezingen nog geen 1% van de stemmen (t.w. DRS, PALU, MF, APS, ANC, PING en NOP).

Verbod op politieke combinaties
Al heel lang werd in de politieke wandelgangen vernomen dat de NDP-regering een verbod op combinaties zou doorvoeren. Hiermee zou de NDP haar concurrenten willen afzwakken, omdat die via bundeling immers extra zetels kregen. Via dit verbod kan de NDP mogelijk 3 tot 7 zetels binnenhalen die anders naar een combinatie zouden gaan. Dat is een behoorlijk aantal. Ook hoopt men dat het vinden van mogelijke partners na de verkiezingen hiermee met name voor de NDP makkelijker wordt.

In het rapport-Wijdenbosch is dit verbod op combinatie ook opgenomen en thans dus in wetsontwerp vastgelegd. Dit is dus wel een serieuze issue, omdat er sinds de verkiezingen van 1987 –maar ook al daarvoor- vrijwel altijd combinaties hebben meegedaan. Het gaat dan niet alleen om de grotere combinaties (zoals Front, Nieuw Front, V7 en Mega-Combinatie), maar ook om kleinere combinaties zoals (DA-91, de Volksalliantie, A1, A-Combinatie, DOE-UPS, BVD-PVF, e.d.).

Het verbod op combinaties zal vooral in het voordeel van de grote partijen zijn, terwijl kleinere partijen veel stemmen kunnen verliezen. Ook zal het voorkomen dat partijen in een grotere combinatie (zoals V7) een aantal restzetels oppikken. Ons kiesstelsel is niet landelijk evenredig, maar er wordt per district gekozen. Dat betekent dat stemmen die in het ene district ‘overblijven’ dus niet kunnen worden opgeteld bij de stemmen van een ander district. Indien de regering een combinatieverbod oplegt zou het eerlijker zijn om meteen een landelijk evenredig stelsel te introduceren, want dan worden de stemmen van alle districten opgeteld en hebben partijen so-wie-so minder behoefte om in combinatie de verkiezingen in te gaan.

Ons districtenstelsel op DNA niveau werkt ook niet zoals dat bedoeld was (net als de 1% regeling) dus wat dat betreft kan het worden afgeschaft en zou de stem van elke kiezer hetzelfde gewicht moeten hebben. Nu heeft de stem van de kiezer in elk district een ander gewicht. De PALU heeft bijvoorbeeld met 445 stemmen een zetel behaald in het district Coronie, terwijl de A Combinatie met 4261 stemmen in Wanica geen zetel haalde. Als overgangsmaatregel zou men een deel van de zetels via een landelijk evenredig stelsel kunnen laten kiezen (dit model bestond al voor 1987).

Evenredige verkiezing Ressortraad
Het is duidelijk dat het verbod op combinaties weerstand zal oproepen bij veel partijen. De omzetting van de ‘winners-take-all’ verkiezing van de RR leden (personenmeerderheidsstelsel) naar een evenredig stelsel lijkt dan ook vooral bedoeld als compensatiemaatregel voor deze partijen. Tot nu toe wint de partij met de meeste stemmen alle zetels in een ressort. De RR-zetels zijn vooral van belang voor de verkiezing van de president en vicepresident met name wanneer de coalitie minder dan 34 zetels in De Nationale Assemblee heeft. Wanneer de stemmen staken in DNA moet men naar de Verenigde Volks Vergadering (VVV) waar naast de DNA-leden ook de Ressortraadsleden en Districtsraadsleden aan de stemming meedoen. Partijen hebben dus ook belang bij zoveel mogelijk RR- en DR-zetels. De DR-zetels worden toegekend op basis van het aantal RR-zetels dat men heeft, terwijl de RR-leden worden gekozen. Dus wanneer de verhoudingen op RR-niveau anders worden dan gaan die op DR niveau mee met de wijziging.

Volgens bovenstaande tabel zou de Mega Combinatie (NDP + PALU + Nieuw Suriname + KTPI) er bij een evenredig RR-stelsel in 2010 liefst 134 zetels op achteruit gaan. De A Combinatie zou 39 regionale zetels verliezen, terwijl de andere partijen er op vooruit zouden gaan. In 2015 heeft de NDP 466 regionale zetels behaald en alle andere partijen samen 414 zetels. Via het evenredige RR-stelsel zou de NDP er dus weer op achteruit gaan.

Waarom wil de NDP dan meewerken aan een grondwetswijziging om het RR-stelsel te veranderen? Er zijn twee redenen voor. Ten eerste is het zoals eerder gesteld een stuk compensatie voor de andere partijen. Maar ten tweede is de verwachting blijkbaar dat men bij de komende verkiezingen weleens het slachtoffer van het huidige systeem kan worden namelijk wanneer men niet de grootste partij wordt en dan zelf veel regionale zetels zou kunnen verliezen. Een wijziging van het RR-stelsel kan dus een mogelijk verlies in 2020 beperken.

Toetsing aan democratie
“Het kiesstelsel heeft ten doel om op democratische wijze de kiezers de gelegenheid te geven …” om hun vertegenwoordigers te kiezen (Mr. Sam Polanen: Het Kiesstelsel van de Republiek Suriname, augustus 1995). Een wijziging van dit stelsel behoort dus de democratie te bevorderen en niet in te dammen. De wijziging van het RR-stelsel naar een evenredige vertegenwoordiging is duidelijk een stap in de goede richting.

Het afschaffen van de 1% regeling lijkt weinig effect te zullen hebben op de democratie, maar het verbod op combinaties kan op twee manieren uitgelegd worden. Volgens de commissie-Wijdenbosch is de pre-electorale combinatie minder democratisch, omdat partijen zich verschuilen achter een grotere combinatie en hun identiteit onvoldoende duidelijk is. Daarnaast vallen combinaties vaker uit elkaar na de verkiezingen, zodat de kiezer a.h.w. bedrogen wordt. Voor beide zaken is wat te zeggen, ofschoon de NDP zelf ook met combinaties heeft gewerkt en een actieve ondermijner is van andere combinaties (denk aan het faciliteren van de afsplitsing van twee leden van de PL en het opnemen van de BEP in de huidige coalitie).

Suriname kent een lange politieke cultuur van combinaties, zodat dit als een verworven politiek recht kan worden beschouwd. Daarbij zullen partijen wel creatieve oplossingen vinden voor zo een verbod bijvoorbeeld via stembusafspraken of het faciliteren van kandidaten van een andere partij op hun lijst. Overall kan niet gezegd worden dat de democratie geschaad wordt met de voorgestelde wijzigingen. De voorstellen zijn uiteraard vanuit een NDP politieke berekening gedaan, maar niet elke partij zal er nadeel van ondervinden, sommige kunnen er zelfs baat bij hebben. Daarom zal elke partij zelf een standpunt hierover moeten innemen.

Marten Schalkwijk,

politiek analist
Advertenties

Sunday 05 May
Saturday 04 May
Friday 03 May