Mulo-docenten Commewijne getraind
18 Dec 2017, 07:32
foto


Afgelopen schooljaar was het landelijke slagingspercentage Mulo scholen bedroevend. Wij, directeuren van de openbare scholen Mulo Ellen, Mulo Meerzorg en Voj La Solitude, hebben onze leraren op zaterdag 16 december een training laten volgen. Het thema van de training was: constructie, correctie en evaluatie van een toets. De training werd geheel gratis verzorgd door Jack Mohanlal. Wij zijn hem zeer erkentelijk daarvoor.

Het cijfer dat een student behaalt voor een toets (repetitie, schoolonderzoek en examen), is o.a. afhankelijk van leerling en leraar gebonden factoren. De trainer is uitvoerig ingegaan op factoren die bij de leraar liggen, die het cijfer van een student beïnvloeden. Met praktische voorbeelden illustreerde de trainer dat ook al bereidt een student zich goed voor op een proefwerk, door leraar gebonden factoren hij een diepe onvoldoende kan behalen. Dat is heel zorgwekkend in ons onderwijs.

Leraar afhankelijke factoren die het cijfer van een student kunnen beïnvloeden zijn:
1. Kwaliteit van de toets . Veel van de toetsen die leraren opstellen, zijn toets technisch niet helemaal in orde:
a. Sommige vragen/opgaven zijn niet eenduidig: er zijn meerdere goede antwoorden mogelijk; de leraar rekent die andere antwoorden fout.
b. Slecht geformuleerde vragen: De student weet niet precies waarop hij antwoord moet geven. Bovendien is het onduidelijk hoe uitvoerig het antwoord moet.
c. In dezelfde toets komt een bepaald type vraag/opgave meerdere keren voor. Een student die dat onderwerp niet goed beheerst, wordt meerdere keren gestraft en een leerling die het goed beheerst, wordt meerdere keren beloond voor hetzelfde.
d. Toets vragen/opgaven gaan over een beperkt deel van de leerstof. Studenten die dat deel niet goed beheersen of net niet hebben geleerd, hebben grote kans op onvoldoende. In een toets moeten de vragen zijn verspreid over de totale behandelde leerstof. Een toets matrijs helpt daarbij. Een toets matrijs is een raamwerk van de toets. Het geeft een indicatie van het niveau waarop je wilt toetsen. Het is onverantwoord om toetsen op te stellen zonder een toets matrijs.
e. Er moet goed evenwicht zijn tussen makkelijke, middelmatige en moeilijke vragen. In veel proefwerken is dat niet het geval.

2. Correctiemodel. Veel correctiemodellen zijn niet gedetailleerd, wat grote verschillen geeft in de beoordeling van de door leerlingen gemaakte toetsen. Voor elke toets moet de leraar een gedetailleerd correctiemodel maken. Daarin moeten vermeld staan:
a. Alle mogelijke goede antwoorden.
b. Alle stappen van de oplossing.
c. Scores per onderdeel/subonderdeel en scores per denkstap/oplossingsstap.
d. Strafpunten voor de meest voorkomende fouten.

3. Inconsequent en slordig corrigeren van gemaakte toets: precies dezelfde fout wordt de ene keer zwaarder afgestraft en een andere keer minder zwaar. Dat komt omdat de leraar niet bijhoudt hoeveel strafpunten hij eerder heeft gegeven voor een fout. Hij kan deze factor elimineren door in het correctiemodel het aantal strafpunten bij te houden.

4. Doorwerkende fout. Soms is het antwoord van een onderdeel nodig in een volgend onderdeel. Een leerling die het eerste onderdeel fout heeft gemaakt, gebruikt dit foutieve antwoord in het volgende onderdeel. Veel leraren straffen leerlingen meerdere keren voor dezelfde fout in een toets. Dat mag niet. Een doorwerkende fout mag slechts 1 keer worden gestraft.

Jack Mohanlal heeft de invloed van de leraar op het cijfer van voj studenten onderzocht. Daarbij is de invloed van de kwaliteit van het lesgeven niet meegenomen. Uit diverse onderzoeken die Mohanlal heeft gedaan onder grote groepen leraren blijkt, dat de negatieve invloed van niet eenduidige vragen, slordig/inconsequent corrigeren van gemaakte proefwerken door de leraren en meerdere keren straffen van doorwerkende fouten alarmerend is: door deze factoren gaat het cijfer van de leerling met ongeveer 3 punten omlaag. Volgens Mohanlal zouden leraren moeten stilstaan bij de kwaliteit van de toets en de manier van beoordelen van de gemaakte toets. “In ons onderwijssysteem is een toets vrijwel het enige meetinstrument om leerprestaties van leerlingen te meten. Daarom moet een toets heel nauwkeurig zijn opgesteld en de beoordeling van een gemaakte toets heel zorgvuldig geschieden”.
Daarom richt Mohanlal zich tijdens zijn trainingen op de invloed van leraren op het cijfer dat een student behaalt voor zijn/haar toets.

Voor onze scholen hebben wij met de leraren afgesproken dat :
a. er voor elke op te stellen toets eerst een toets matrijs wordt gemaakt.
b. leraren eerst het antwoord moeten formuleren en van daaruit de vraag.
c. een toets minstens een week van te voren wordt opgesteld.
d. een toets door alle leraren, die de toets gaan geven, moet worden gescreend.
e. er een gedetailleerd correctiemodel wordt gemaakt.
f. samengestelde vragen worden gesplitst in een informatie gedeelte en een vraaggedeelte.

Voorts zijn wij voornemens om in het nieuwe schooljaar de drie openbare muloscholen in Commewijne te clusteren. Grote voordelen van clusteren zijn dat alle scholen hetzelfde schoolonderzoek maken en dat de toets door meerdere leraren is opgesteld en gescreend.

Wij zijn erg onder de indruk van de inhoud van de training en zijn ervan overtuigd dat door deze training de negatieve invloed van onze leraren op de cijfers van de leerlingen zullen worden geminimaliseerd, waardoor het slagingspercentage omhoog zal schieten en het percentage zittenblijvers zal afnemen.
Ons hartgrondige dank gaat uit naar Assembleelid Sheilendra Girjasing, die zijn locatie geheel kosteloos ter beschikking heeft gesteld voor het houden van deze training.

De directeuren van openbare muloscholen Commewijne
Namens deze,
Zenora Bhaggan-Idoe
(directeur Mulo Ellen)
Advertenties

Sunday 05 May
Saturday 04 May
Friday 03 May