10 oktober 1760: Marronage voor niks geweest?
27 Oct 2017, 04:43
foto


In verband met 10 oktober werd ik door de stichting 'Opo Seti Para' uitgenodigd voor het houden van een lezing met als titel De Strijd van de Marron voor Vrijheid. Op zich een prijzenswaardig initiatief van een niet-Marron stichting die toch belangstelling heeft voor dit onderwerp.Tijdens mijn voorbereiding naar de lezing toe, werd ik voor een moment teruggevoerd naar Marowijne. Daar in Moengo op familiebezoek viel mijn oog op een dragende vruchtboom waarvan ik gelijk wist dat ik die als een plantje in de grond zette, jaren geleden toen mijn moeder nog leefde. Kinderen die destijds nog niet geboren waren genieten thans volop van de vruchten. Zelfs mijn moeder heeft het genoegen van die vruchten niet mogen smaken.

Dit is een mooi voorbeeld van hoe het toegaat in dit aardse leven. Wij zwoegen en vergaren rijkdommen soms onder erbarmelijke omstandigheden met zweet en bloed, om vervolgens bij het uitblazen van de laatste adem alles achter te laten voor mensen, die vaak jou tijdens het leven niet aangenaam zijn geweest maar toch wel het beheer krijgen over jouw nalatenschap.

Zo is het geweest met de strijd van onze voorouders voor vrijheid. Gevangen genomen in Afrika en onder mensonterende omstandigheden naar Suriname verscheept, verkocht en als slaaf op de verschillende plantages tewerkgesteld. Die werkzaamheden waren langdurig en uitputtend van aart. De voeding was éénzijdig en slecht. Marteling en doodstraf kwam vaak voor dus was dat ook aanleiding voor veel slaven om een vluchtpoging te ondernemen. Diep in het bos achter de stroomversnellingen (soela’s) zonder overlevingskans. Met een uitzichtloze toekomst waar de bloeddorstige jaguar, gif- of wurgslang voor altijd op de loer ligt. De aannemelijke kans gepakt en gedood te worden door soldaten van het gouvernement was een gegeven.

Toch was de keuze ‘vluchten’ om te kunnen leven in vrijheid, maar in het bijzonder voor de nakomelingen die voor altijd in vrijheid zouden geboren worden en leven. Dankzij de moedige strijd van marrons kunnen wij als nazaten teren op een rijke diversiteit aan cultuur en aanspraak maken op gronden in Marowijne, Brokopondo en Sipaliwini. Gronden die rijk zijn aan natuurlijke hulpbronnen waarvan ook anderen mee kunnen profiteren.

Anno 2017? Wat is overgebleven van de verschillende vredestraktaten en van de idealen in de strijd van de marron? En vooral het traktaat van 10 oktober 1760? Is de strijd van onze voorouders voor niks geweest? Als marron gemeenschap moeten wij voor de spiegel staan en onszelf de volgende vragen stellen:
• Wat gebeurt er met de opbrengst van goud afkomstig uit Brokopondo en Sipaliwini? Wordt een deel gebruikt om scholen en nutsvoorzieningen aldaar te verbeteren, of wordt het gebruikt om jonge meisjes, jongens en alleenstaande vrouwen die het economisch moeilijk hebben te misbruiken?

• Moeten wij, die het beter hebben en een vooruitgeschoven positie binnen de maatschappij bekleden, niet het voortouw nemen om voorlichting en training te brengen voor zwakkeren in plaats van dat wij met peperdure auto’s bij scholen wachten om schoolgaande kinderen te lokken om ze seksueel te misbruiken en vervolgens te dumpen met alle nare gevolgen?

• Zijn er concrete plannen om drop-outs en sociaal zwakkeren, die de maatschappelijke ontwikkeling niet kunnen bijbenen, op te vangen, of worden die misbruikt door ze drugs te laten vervoeren of ze tewerkstellen als prostitué in de goudvelden?

• Beschikken gezagdragers in Marowijne, Sipaliwini en Brokopondo over de nodige tools om hun gezag te doen gelden, gelet op de vele misstanden en ongewenste gedragingen aldaar?

• Is het geen tijd om als vader en opvoeder onze verantwoordelijkheid te nemen en niet aan de lopende band kinderen te verwekken die wij niet kunnen verzorgen.

• Is het geen tijd om liederen die door marron artiesten geproduceerd worden grondig te screenen alvorens het luisterpubliek hieraan bloot te stellen?

• Is het geen tijd om het overmatig organiseren van shows etc. te minimaliseren en ons geld beter te besteden om de economische positie van onze mensen te verbeteren en betere opleidingen voor onze kinderen te bekostigen?

• Is het geen tijd om zieke familieleden te helpen in hun strijd naar beterschap in plaats van te wachten tot dat ze overleden zijn om dan veel geld te stoppen in het kopen van allerlei spullen en het organiseren van verschillende rituelen die vooral zijn gericht op de belevingswereld van nabestaanden?

Het zijn deze vragen waarop wij antwoorden moeten vinden om het nalatenschap van onze voorouders te kunnen verzilveren en om de groei van de marrongemeenschap in goede banen te leiden. Pas dan kan geheel Suriname maar in het bijzonder de marrongemeenschap hiervan profiteren. De tijd dringt, de oogst is groot, maar arbeiders bieden zich nauwelijks aan om het zware en moeilijke werk te doen. Laten wij voorkomen dat onze voorouders zich keren in hun graf; laat zien dat hun strijd niet voor niks is gevoerd. Neen! Marronage leef voort, maar met pen en papier en met de kracht van argumentatie!

Robby Amain
Advertenties

Sunday 05 May
Saturday 04 May
Friday 03 May