Van der San geeft uitleg over First Lady

De naam First Lady is tijdens regering-Wijdenbosch, periode 1996-2000, ontstaan. Bij aantreden van regering-Venetiaan is hij met dat instituut van First Lady voortgegaan. In die situatie heeft president Ronald Venetiaan zijn echtgenote naar het kabinet overgeplaatst. Liesbeth Venetiaan-Vanenburg was als ambtenaar verbonden aan het Medisch Opvoedkundig Bureau (MOB). Dit zegt Eugene van der San, directeur Bestuurs- en Administratieve Aangelegenheden van het kabinet van de president in een verklaring.

Op het kabinet van de president werd mevrouw Venetiaan belast met de taken van de First Lady. Deze taken waren nergens formeel vastgelegd en ook begrotingstechnisch nergens geregeld. De toenmalige First Lady heeft als zodanig gefunctioneerd onder de vleugel van de president voor wat betreft de uitgaven die door haar werden gedaan. Dit is volgens Van der San financieel, juridisch en administratief onjuist.

Chaotische situatie
Deze toestand heeft bijkans tien jaren geduurd. De ambtenaar Venetiaan-Vanenburg had de rang van hoofdambtenaar A en had een salaris van SRD 3.149,94. “Wat er nu aan de hand is met het ‘Presidentieel Besluit’ dat zoveel ophef teweeg heeft gebracht in het bijzonder in De Nationale Assemblee, is betreurenswaardig”, zegt Van der San. Hij meent dat eindelijk die chaotische situatie over het functioneren van de First Lady in de afgelopen tien jaren correct aangepakt en het is weer niet goed.

Het ‘Presidentieel Besluit’ heeft het karakter van een formeel instellen van het instituut First Lady. Daarin is onder andere geregeld wie een First Lady is, want daarover kan een heleboel discussie ontstaan. De aanleiding om dit nu eindelijk formeel te regelen, is ontstaan door de gesprekken die gevoerd moesten worden over samenstelling van de begroting van het kabinet van de president. Het werd toen noodzakelijk om de uitgaven van de First Lady zichtbaar te maken, zegt Van der San.

Goed nagedacht
“Ik heb goed nagedacht over de formulering van het ‘Presidentieel Besluit’. Het is zowel juridisch als politiek verantwoord en zeker niet onethisch. Het zou juist onethisch zijn als alleen de periode van de First Lady Bouterse was geregeld.
Gekozen is voor een vorm van schadeloosstelling van de First Lady in plaats van haar in een ambtenaren rang te benoemen”, zegt de directeur.

Het voordeel van schadeloosstelling is dat zij alleen een vergoeding toucheert over de periode waarin zij als First Lady functioneert net als de assembleeleden, vandaar die koppeling. Rechtvaardiger kan het niet volgens Van der San, “want de First Lady benoemen als ambtenaar zou betekenen oneigenlijk gebruikmaken van de personeelswet. Bovendien is de schadeloosstelling van de First Lady niet op dezelfde hoogte als van een assembleelid”.