Morales verhoogt legale coca-productie Bolivia

Boliviaanse president Evo Morales heeft een controversieel wetsontwerp verheven tot wet. Het voorstel omvat dat het gebied waar legaal coca gewassen mogen worden geteeld bijna wordt verdubbeld. In totaal mag 22.000 hectare met coca worden beplant, in vergelijking met de 12.000 hectare volgens de vroegere wetgeving.

Morales is zelf een voormalige cocaboer en heeft waarschuwingen dat de nieuwe wet de drugshandel zou aanwakkeren, van de tafel geveegd. De cocaplant wordt gebruikt om cocaïne te maken, maar heeft ook traditionele toepassingen in de Andes. De bladeren worden gebruikt om thee te maken tegen hoogtevrees. Gekauwd biedt de bladeren een milde stimulatie en onderdrukken honger, dorst en pijn.

Morales, de eerste inheemse president van Bolivia, is al lang voorstander van wereldwijde legalisering van de cocabladeren. Hij dringt er bij de Verenigde Naties op aan om dit legaal te verklaren. Morales leidt nog steeds overkoepelende federaties van de vakbonden van coca boeren in de regio Chapare.

"We willen de coca voorraden voor het leven waarborgen” voor mensen die de bladeren legaal gebruiken, heeft de linkse leider gezegd in een toespraak. Wetgevers van de oppositie zeggen dat de wet ongrondwettig is, omdat het internationale verdragen schendt. Zij voeren aan dat het een zegen is voor drugshandelaren.
De regering hoopt de export van producten van cocabladeren te stimuleren, volgens de krant La Razon. Dergelijke producten zijn al legaal geëxporteerd naar Ecuador, schrijft zij.

Volgens cijfers van de VN werd 20.400 hectare in Bolivia - ondanks de eerdere beperkingen in 2014 - gebruikt voor de coca teelt. Dat komt neer op 15% van het wereldtotaal. Het land is op twee na 's werelds grootste producent van cocaïne, na Colombia en Peru. In 2013 schatte de Europese Unie dat de vraag naar legale coca in Bolivia 14.700 hectare was.