Werkgroep moet drop-out probleem onderzoeken

Er zijn diverse redenen waarom scholieren vroegtijdig afhaken van het leerproces. Behalve individuele factoren zoals gedragingen van het kind, schoolprestaties en demografische kenmerken, spelen institutionele factoren ook een rol bij drop-outs. Kenmerken van het gezin, de school of de omgeving dan wel een combinatie van factoren.

Volgens Usha Adhin, hoofd van het Bureau Internationale betrekkingen van het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (MinOWC) is het belangrijk om van de groep drop-outs zelf te vernemen wat zij als oorzaken zien en wat zij als oplossingen aandragen. Adhin is voorzitter van de Interministeriële Drop-out Werkgroep die onderwijsminister Robert Peneux heeft geïnstalleerd. De commissie moet het drop-out probleem integraal aanpakken en komen tot aanbevelingen om het percentage vroege schoolverlaters te verlagen. Een studie moet tot dit resultaat leiden.

De commissie moet onder andere inzicht krijgen in de problemen en knelpunten van drop-outs. Zij moet prioriteiten stellen binnen de aan te pakken probleemgebieden en de maatregelen die moeten worden getroffen, formuleren. Er moet een definitie voortvloeien voor het begrip drop-out en per ministerie moet – rekening houdend met gender- worden nagegaan wat de oorzaken zijn van de vroege schoolverlaters. In de commissie zijn verschillende ministeries vertegenwoordigd. Het project wordt samen met de kinderarm van de Verenigde Naties, Unicef, uitgevoerd.