Reactie op Chas Mijnals
14 Dec 2015, 19:32
foto
Sandew Hira


Chas Mijnals heeft geen hoge dunk van het onderzoeksproject dat ik leid. Dat is zijn goed recht. Maar in zijn betoog geeft hij een verkeerd beeld van wat we doen.

Mijnals: “Hira is maar één man en heeft geen onderzoeksapparaat achter zich dat in staat is om zoveel informatie te verzamelen én zulke vragen te stellen die relevant genoeg zijn om werkelijk achter de waarheid te komen.”
Waar baseert Mijnals zich op? Niet op feiten. Ik heb al op mijn eerste persconferentie de centrale onderzoeksvraag aangegeven: welke processen van geweld hebben zich voorgedaan in de aanloop naar 25 februari 1980 en de jaren daarna, wat zijn de drijvende krachten achter deze processen geweest, wie hebben daarin welke rol gespeeld en wat is specifiek de rol geweest van president Bouterse?

Ik heb ook de onderzoeksmethoden uitgelegd: onderzoek naar openbare bronnen (kranten, boeken etc), onderzoek in archieven, interviews met betrokkenen inclusief een interview met president Bouterse en locatiebezoek op de plekken waar processen van geweld zich hebben afgespeeld.
In plaats van zomaar wat te roepen zou Mijnals moeten aangeven wat er verkeerd is aan de centrale vraagstelling en de onderzoeksmethoden.
Dan vraag hij zich af: hoe kan één man zoveel informatie verzamelen. Ik heb op mijn persconferenties aangeven dat er een team van vijftien mensen aan het onderzoek werkt. Dit is openbare informatie. Mijnals denkt dat als een architect zegt dat hij een huis bouwt, hij ook daadwerkelijk metselt, bedradingen legt, verft etc. Hoe kan een architect in zijn eentje een huis bouwen? Nee, de architect is degene die het concept bedenkt, maar de uitvoering gebeurt door metselaars, elektriciens, schilders etc. Dat is toch niet zo moeilijk om te begrijpen?

Zijn volgende punt is dat hulp uit Zuid-Afrika is uitgebleven. Waar baseert Mijnals zich op?
In Zuid Afrika hebben Sitla Bonoo en ik gesprekken gevoerd met diverse organisaties die direct betrokken waren bij de waarheidscommissie. In die gesprekken hebben we waardevolle adviezen gekregen. Dat contact is vervolgens gebleven. Als we adviezen of informatie nodig hebben, dan kunnen we mailen en skypen met onze contacten. Dat gebeurt ook.
Sterker nog, de belangrijkste organisatie in Zuid-Afrika op dit gebied na de opheffing van de waarheidscommissie is het Institute for Justice and Reconciliation (IJR). Sitla en ik hebben een presentatie gehouden voor hun staf. We hebben de nodige documentatie van hen ontvangen voor ons onderzoek naar waarheidsvinding in de wereld (ze hebben een database op dit gebied).
Het hoofd van IJR, prof. Tim Murithi, was zodanig onder de indruk van onze presentatie – waarin we een koppeling legden tussen Decolonizing The Mind (DTM) and concepten van gerechtigheid – dat hij nu een samenwerkingsrelatie heeft opgezet met ons instituut (International Institute for Scientific Research) op dit gebied. Murithi werkt met ons aan een boek dat gepubliceerd zal worden in de serie Decolonizing The Mind waarin hij DTM-concepten toepast op processen van amnestie en waarheidsvinding. Mijnals heeft niet kunnen bedenken dat Zuid-Afrikanen mogelijk ook iets van ons zouden kunnen leren.
Mijnals heeft geen flauw idee wat er gebeurt op dit gebied en roept maar wat.

Ik heb twee gesprekken gehad met Mijnals. In het eerste gesprek sprak hij zijn waardering uit voor het project. Sterker nog, hij wilde er deel van uitmaken en vroeg of hij mee mocht naar Zuid-Afrika. Ik heb aangegeven dat Sitla Bonoo de research m.b.t. Zuid-Afrika had gedaan en het bezoek met de mensen in Zuid-Afrika heeft voorbereid. Het zou ook een beetje vreemd zijn om hem out of the blue mee te nemen.
Het tweede gesprek was een uitgebreid interview over zijn ervaringen als deel van het onderzoek. Dat interview heb ik met zijn toestemming op band opgenomen en zal opgenomen worden in het eindrapport zoals met hem is afgesproken. Ik was dan ook verbaasd om te lezen dat hij nu een ander beeld schetst van onze contacten.
Toen hij zijn persconferentie aankondigde, heb ik hem een email gestuurd met het verzoek om de tekst op te nemen in het eindrapport en een additioneel interview met hem te doen zodat zijn reactie op het interview met Bouterse kan worden meegenomen. Ik heb geen reactie gehad op die email. En maar roepen dat het onderzoek niet objectief is.

Mijnals heeft ook een merkwaardig concept van waarheidsvinding. In mijn concept betekent waarheidsvinding dat je onderzoek doet naar wat er gebeurd is zonder enige vooringenomenheid. Je werkt niet toe aan een vooraf aangenomen conclusie. Het concept van Mijnals van waarheidsvinding is: ”De enige waarheid die naar boven moet komen volgens de oud-militair, nu advocaat, is als Bouterse toegeeft dat hij wel betrokken is geweest bij de decembermoorden.
Stel nu dat uit onderzoek zou blijken, dat Bouterse de waarheid heeft gesproken? Wat dan? Volgens Mijnals kan dit niet en mag dit niet. Waarheidsvinding klopt alleen als het zijn mening bevestigt. En zo iemand heeft de titel van een jurist.

Mijnals vraagt zich af hoe we uitspraken van Bouterse kunnen toetsen. Dit is geen rocket-science. Toetsing gebeurt door onderzoek. Het gebeurt elke dag overal in de wereld. En dat is wat we nu ook doen.

Mijnals werpt zich op als een verdediger van de rechtstaat. Tegelijkertijd wil hij graag te boek staat als de bedenker van de coup die de rechtstaat weggeschoten heeft. Hoe dan?

Mijnals is niet integer. Dat blijkt niet alleen uit het bovenstaande, maar ook uit zijn dubbele moraal: wel een voorstander van een rechtsstaat voor slachtoffers van 8 december, maar zwijgen over de rechtstaat als het gaat om de slachtoffers van de Binnenlandse Oorlog.

Mijnals heeft geen hoge dunk van ons onderzoek. Welke dunk moeten we nu hebben over zijn argumentatie?

Sandew Hira
Advertenties

Sunday 05 May
Saturday 04 May
Friday 03 May