Fols voor evaluatie alle facetten Naschoolse Opvang
29 Sep 2015, 06:28
foto
Fols-president, Marcellino Nerkust


Dat de minister Robert Peneux van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (MinOWC) de Naschoolse Opvang en Begeleiding per 1 oktober 2015 voorlopig stopzet voor een grondige evaluatie, is een beleidsinitiatief dat helemaal te begrijpen is en eigenlijk ook noodzakelijk blijkt, gelet op beeldvorming van het project de afgelopen jaren en het schoolrendement.
Ten eerste past dit beleidsinitiatief bij de opvatting van president Bouterse die in zijn hoedanigheid als voorzitter van de NDP tijdens zijn informatiegesprekken met maatschappelijke groepen w.o. de onderwijsvakbeweging op 24 juni 2015 het volgende had aangegeven: ‘het goed bedoelde project ‘Naschoolse opvang en begeleiding’ zal worden omgebogen. De kosten van dit project zullen worden teruggebracht van SRD 90 miljoen naar SRD 7½ miljoen per maand.

Ten tweede is het te omvangrijk. Dat is ook door onderwijsdeskundigen met wie de Fols over deze materie heeft gesproken naar voren gekomen. Beoogd wordt namelijk om kinderen: (a) op te vangen, (b) te voorzien van een maaltijd, (c) te begeleiden met rekenen en taal, (d) creatieve en culturele vorming aan te bieden, (e) van informatie en voorlichting te voorzien. Dit alles dagelijks wil men realiseren na de reguliere schooltijd van 13.00 tot 17.00 uur (= 4 uren). In feite wordt de normale schooltijd van 5 klokuren met 4 klokuren verruimd tot 9 klokuren per dag. Ook in het boek Samen duurzaam onderwijs realiseren door professor Henry Ori, e.a. is het vraagstuk over Naschoolse Opvang vrij diepgaand op wetenschappelijke wijze besproken.

Voorts werd de focus van heel veel ouders teveel gelegd op ‘voeding’ en ‘opvang.’ Men moet ervan uitgaan dat leerkrachten niet zijn opgeleid om leerlingen op te vangen voor ouders die met een opvangprobleem zitten voor hun kinderen. Het oplossen van sociale problemen van thuis moet niet naar de school worden verplaatst. Verder hoopt de Fols dat het (MinOWC) tijdens de grondige evaluatie ook zal nadenken over een nieuwe naam van het project, omdat de nadruk teveel wordt gelegd op opvang.

Dat het project volgens de minister nooit goed is geëvalueerd, is de Fols niet helemaal mee eens, omdat op 18 april 2013 door minister drs. Shirley Sitaldin, een commissie was ingesteld om het project Naschoolse Opvang te evalueren.
Bovengenoemde commissie bestond uit:
- Vertegenwoordigers van het Ministerie van Onderwijs en Volksontwikkeling, t.w.: mw. G. Hew A Kee (voorzitter), mw. C. Graanoogst, dhr. J. Chin Chan Sen, dhr. K. Sardjoe en dhr. A. Soebhag.
- Vertegenwoordigers van de FOLS, t.w.: dhr. M. Nerkust en dhr. J. Soerdjan.
- Als adviseur van de commissie is dhr. H. Bergraaf benaderd.

De taken van de Commissie Evaluatie Naschoolse Opvang waren o.a.
- Het organiseren van een tussentijdse evaluatiedag met de schoolleiders van de scholen die deelnemen aan het project Naschoolse Opvang.
- Het uitbrengen van een rapport met de bevindingen van bovengenoemde dag, met eventuele aanbevelingen voor het Ministerie van Onderwijs en Volksontwikkeling.
Op 20 mei 2013 is de evaluatiedag gehouden, waarbij er 78 schoolleiders aanwezig waren. Er is een rapport uitgebracht onder de titel: ‘Tussentijdse evaluatie project NASCHOOLSE OPVANG’ dat op het ministerie te vinden moet zijn. Er zijn sterke twijfels of er wel iets zinnigs is gedaan met de resultaten.

Hierbij slechts enkele bevindingen/aanbevelingen uit het rapport:

Ouders
Ouders leggen steeds vaker de verantwoordelijkheid van hun kinderen bij de school. De school moet zorgen dat lessen niet uitvallen; de school moet zorgen voor persoonlijke begeleiding.

Inzet leerkrachten
• Voorgesteld werd om leerkrachten in te zetten die afgestudeerd zijn van een der pedagogische instituten.
• Met het inzetten van deze ‘nieuwe’ leerkrachten wordt het vraagstuk van werkloosheid enigszins aangepakt. Deze jonge mensen zijn dan voor dit moment geholpen aan een baan en zo verzekerd van een inkomen om in hun levensonderhoud te voorzien.

Deelname scholen
• Voorgesteld werd om voorlopig geen nieuwe scholen toe te voegen aan het project Naschoolse Opvang.
• De participatie van de huidige scholen aan het project dient jaarlijks geëvalueerd te worden.
• Er dient een duidelijk overzicht beschikbaar te zijn van het aantal leerlingen en leerkrachten per school die participeren aan het project (bezettingsgraad).
• Het apparaat dat belast is met de controle op de scholen dient geoptimaliseerd te worden.

Voeding
De bereiding en hygiëne van de voeding laten soms te wensen over. Dit kan toegeschreven worden aan het feit dat bepaalde keukens voor teveel scholen moeten koken.
Het menu is nauwelijks of nooit gevarieerd. Zo was voorgesteld dat er een vast menu opgesteld moest worden (per dag, per keuken) en beschikbaar gesteld moet worden aan de scholen, zodat er ook voor hen duidelijkheid is op dit punt. De smaak van de voeding is soms veel te zout, een andere keer veel te zoet en het bevat vaak te veel specerijen.

Marcellino Nerkust
Fols- president
Advertenties

Sunday 05 May
Saturday 04 May
Friday 03 May