'Sapoen en Chitan kunnen teruggeroepen worden'
28 Jun 2015, 06:42
foto
Jurist tevens Assembleelid, Radjkoemar Randjietsingh


De jurist Radjkoemar Randjietsingh, ondervoorzitter van de VHP, is het oneens met Jennifer van Dijk-Silos, voorzitter van het Onafhankelijk Kiesbureau, over de definitie van volksvertegenwoordiger. Hij zegt aan Starnieuws dat op basis van de wet Raymond Sapoen en Diepakkoemar Chitan verkozen zijn verklaard. Volgens Silos is het voorbarig om de politici nu terug te roepen, want zij zijn nog niet toegelaten als lid van De Nationale Assemblee.

Randjietsingh stelt dat de wet van 22 februari 2005 antwoord geeft op de vraag wie volksvertegenwoordiger is. In artikel 1 e staat dat een volksvertegenwoordiger iemand is die na gehouden algemene verkiezingen op grond van de kiesregeling wordt gekozen cq verkozen verklaard om in een volksvertegenwoordigend lichaam een politieke organisatie of combinatie te vertegenwoordigen.

Voor de toepassing van deze wet is volgens Randjietsingh in deze definiëring in de wet, niet vereist dat gekozenen of gekozen verklaarden, eerst moeten zijn toegelaten om te kunnen worden teruggeroepen.
Terugroepingsgronden zijn in de wet limitatief aangegeven, waardoor toepassing van de wet zou kunnen op personen die verkozen zijn verklaard (en nog niet zijn toegelaten) en uiteraard indien een of meer van deze gronden aanwezig zijn, stelt de politicus.

Kerngedachte wet
"Indien personen verkozen zijn verklaard en zelf hard en duidelijk aangeven, om de fractie van de politieke organisatie of de combinatie via welke zij zijn gekozen, te verlaten, dan lijkt mij deze wet toepasbaar op hen. Deze ruime toepassing van de wet lijkt mij juist, omdat de Grondwet (art 52/3) het terugroeprecht ten aanzien van gekozen volksvertegenwoordigers bestempelt als een waarborg voor een waarachtige democratie. Ook deze grondwettelijke bepaling over het terugroeprecht legt een zware verplichting op gekozen volksvertegenwoordigers", zegt Randjietsingh.

In de memorie van toelichting bij deze wet terugroeping staat in artikel 3, die aangeeft de gronden voor terugroeping, dat de kerngedachte van deze bepaling is, om volksvertegenwoordigers te noodzaken extra aandacht te besteden aan hun politieke gedragingen cq ethische en morele normen en waarden.
Verschillen in meningen over vernieuwingen en dergelijke binnen een politieke organisatie, tussen 2 of meer personen in de politieke organisatie of combinatie, zullen volgens Randjietsingh worden behandeld en afgewikkeld moeten worden op de wijzen zoals aangegeven in de betreffende partijrechtelijke en andere geldende regels. Die verschillen van meningen geeft geen voldoende aanleiding om een andere politieke gedraging te tonen, dan die waarop duizenden zijn afgegaan bij de stemming, vooral wanneer deze meningsverschillen niet betreffen het te voeren beleid naar die kiezers toe dat lange tijd gepropageerd is door gekozenen, vindt Randjietsingh.
Advertenties

Sunday 05 May
Saturday 04 May
Friday 03 May