Suriname verdiept zich in 'cyber criminaliteit'

Suriname doet er goed aan om beleid te maken tegen ‘cyber criminaliteit’, stelt ambassadeur Albert Ramdien, assistent-secretaris-generaal van de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS). “Suriname kent geen aanvallen op grote schaal, maar hoe meer mensen online gaan en elektronica gebruiken hoe reëler de dreiging”, merkt Ramdin op. Met de ‘keynote speech’ van Ramdin is maandag in de University Guesthouse, een post academische cursus over dreigingen en veiligheid in de cyberwereld gestart.

De cursus New Developments and Challenges in the Global Arena: Cyber Threats and Cyber Security is georganiseerd door het Instituut voor Internationale Betrekkingen van de Anton de Kom Universiteit van Suriname (IIR) en het Bureau Nationale Veiligheid (BNV). “We leven in een tijd waarin ICT onmisbaar is”, merkt directeur Nationale Veiligheid, Melvin Linscheer, op. ITC is in haast alles verweven, van bankzaken, sociaal verkeer, transport en het besturen van een land. "ICT heeft heel veel voordelen, maar het zijn ook deze zaken die, wanneer onbeschermd gelaten, de nationale veiligheid in gevaar brengen", zei Linscheer.

Voorbereid zijn
Jules Hew-A-Kie, bestuurslid van IIR, geeft aan dat er vaker wordt ingebroken in elektronische systemen. “Ook presidenten, zoals laatst bewezen in Duitsland en Brazilië, hebben er last van. Suriname kent ook een paar gevallen, maar voordat de grote aanvallen beginnen, moeten we voorbereid zijn en weten wat te doen.” De cursus moet de basis leggen voor beleid, deelde Harold Kolader, voorzitter van IIR mee. “We moeten tenminste het effect van de elektronische inbraken en aanvallen kunnen minimaliseren. De mogelijkheid dat ‘hackers’ een land kunnen lamleggen, is heel groot. Er zijn nu al landen die met elkaar overhoop liggen door virtuele aanvallen. "We moeten anders gaan denken, het is geen ‘ver van me bed show’ meer.”

De OAS helpt landen in de regio en het Caribisch gebied om ‘cyberbeleid’ te maken of zich te bewapenen tegen de toenemende cyber criminaliteit. Suriname hoeft alleen maar een verzoek in te dienen, deelde Ramdin mee. “Niemand is immuun tegen de dreigingen, individuen niet, bedrijven niet ook de overheid niet”, waarschuwde Ramdin. “Tien jaar geleden was er maar 2 procent van de Surinaamse bevolking online. Nu is dat 40 procent. Het zal blijven groeien, zo ook de dreigingen. Het is goed om nu al voorbereid te zijn.”

René Gompers