Commentaar op vonnis Chiragally/Staat Suriname
08 Oct 2014, 18:00
foto


Mr. Dr. C.A. Kraan: Vervallenverklaring van het recht van grondhuur inzake Chiragally/De Staat Suriname, (12 juni 2014) is zowel in strijd met de wet als
de redelijkheid en billijkheid.


In het zojuist verschenen Surinaams Juristen Blad (SJB 2014 nummer 2) heeft de bekende Nederlandse rechtswetenschapper Mr. Dr. C.A. Kraan een uitvoerige noot (commentaar) geschreven op het bovengenoemde vonnis. Vermeldenswaard is dat de annotator bekend staat als een wetenschappelijk kenner van het Surinaamse recht. Hij heeft twee handboeken over het Surinaamse recht op zijn naam staan en heeft een derde over het Surinaamse zakenrecht in voorbereiding, terwijl hij talrijke artikelen in het SJB heeft geschreven. Ook heeft hij vele cursussen in ons land verzorgd, recentelijk nog voor de Rechterlijke Ambtenaren in Opleiding (RAIO). Hij is als contactwetenschapper verbonden aan het SJB.

Zoals uitvoerig in de pers is uitgemeten, heeft de Staat Suriname begin 2014 het recht van grondhuur op de percelen toebehorende aan Chiragally en gelegen te Paramaribo nabij de zogenaamde Ringweg vervallen verklaard. Dit omdat Chiragally verzuimd had de aan hem verleende bestemmingswijziging, die inhield dat de Staat toestemming had verleend om de bestemming van landbouw te veranderen in die van bebouwing en bewoning , tijdig in te schrijven.

Dit zou tot gevolg hebben gehad dat de bestemmingswijziging rechtens vervallen was en de oude bestemming van landbouw was gaan herleven. Chiragally werd eerst aangemaand om binnen zeer korte tijd (één maand) alsnog landbouwactiviteiten te ontplooien op de percelen op straffe van vervallenverklaring. Het was evident dat dit niet mogelijk was, maar desondanks werd die eis door de Staat gesteld en toen Chiragally daaraan niet voldaan had, werd de vervallenverklaring van staatswege geformaliseerd. Dit terwijl Chiragally naar zijn zeggen miljoenen geïnvesteerd zou hebben in het bouwrijp maken van de percelen en ook tevens vele infrastructurele werken, die eigenlijk door de Staat verricht hadden moeten zijn, tot stand had gebracht.
Chiragally adieerde toen de Kantonrechter, die bij vonnis de dato 12 juni 2014, A.R. 14.2157, hem min of meer in het gelijk stelde.

Redelijkheid en billijkheid
De Kantonrechter verbood de Staat Suriname maatregelen te nemen, die kunnen leiden tot vervallenverklaring van het recht van grondhuur en zo die al hadden plaatsgevonden, moesten die ongedaan gemaakt worden. De Kantonrechter ging zelf zover om de Staat te veroordelen nieuwe beschikkingen uit te geven, waarin de bestemming dient te zijn bebouwing en bewoning.
Dit laatste heeft overigens niet alleen bij de Staat, maar ook in juridische kringen de vraag opgeroepen of het wel juist is dat de rechter op de stoel van de Staat gaat zitten.

Intussen had de Staat een tweede kort geding aangespannen tegen Chiragally bij een andere kantonrechter, die het vonnis van de eerdere kantonrechter op bepaalde punten opschortte in afwachting van het oordeel van het Hof van Justitie, in hoger beroep.
De situatie is thans zo dat Chiragally nog steeds op grond van het eerste vonnis de rechtmatige grondhuurder is, maar dat de bestemming voor landbouwdoeleinden is, zodat zijn woningbouwproject thans on hold gezet is.

De noot van Kraan gaat overigens alleen over het eerste vonnis. Laatstgenoemde geeft een interessante uiteenzetting over artikel 14 lid 1 in samenhang met artikel 19 van het Decreet Uitgifte Domeingrond. Hij geeft aan dat de strekking van de wet is dat de wijziging van de bestemming mogelijk is en dat de enige eis daarvoor is dat toestemming van de Staat moet zijn verkregen. Hij wijst erop dat de voorwaarde van inschrijving niet gestoeld is op de wet. De wet zegt wel dat aan de toestemming nadere voorwaarde kunnen worden verbonden, maar deze kunnen volgens Kraan slechts betrekking hebben op de resterende termijn van het recht, waaronder begrepen een gewijzigde grondhuurvergoeding.
De auteur is van mening dat de opgelegde verplichting van inschrijving in strijd is met de wet en daardoor nietig.
Voorts is de auteur van mening dat de geldigheid van de beschikkingen tot bestemmingswijziging ook gebaseerd kan worden op de redelijkheid en billijkheid.

Carlo Jadnanansing
Advertenties

Sunday 05 May
Saturday 04 May
Friday 03 May