Nederlandse politici van Surinaamse afkomst bezorgd over bilaterale relatie

Nederlandse politici van Surinaamse afkomst hebben in een manifest de Nederlandse overheid en lokale besturen opgeroepen zich te bezinnen voordat uitspraken worden gedaan over de samenwerkingsrelatie tussen Suriname en Nederland. De politici zijn vooral bezorgd om de voortzetting en de komst van nieuwe samenwerkingsprojecten in Suriname.

De vrees van de Surinaamse politici is ingegeven door aanhoudende berichten in Nederland over stopzetting van samenwerkingen, bevriezen van projecten en het verbreken van de vriendschapsrelatie met Suriname, sinds de installatie van Desi Bouterse als president. De politici vinden dit soort berichtgeving en voornemens vooral prematuur. Zij zien eerder een vriendschappelijke bejegening naar Suriname, zoals ambassadeur het Art Jacobi zou hebben aangegeven.

Intussen is de sfeer tussen Suriname en Nederland weer in een rustig vaarwater terechtgekomen, nadat vanuit het kabinet van Bouterse was meegedeeld dat Jacobi niet welkom was op de inauguratie. Minister Winston Lackin zegt desgevraagd aan Starnieuws dat afgewacht wordt hoe de verdere houding van Nederland zal zijn naar Suriname. Er moet een nieuwe regering worden gevormd, die haar beleid moet bekendmaken. “Wij wachten af en tot dan toe wordt de status quo behouden”, aldus Lackin.

In het manifest van de politici wordt er op gewezen dat Suriname en Nederland een historische band hebben, ‘waar je niet omheen kan’. Vooral op lokaal niveau zijn volgens de politici vele goede projecten opgezet in samenspraak met de Surinaamse autoriteiten. De ontwikkelingsgelden zijn praktisch afgebouwd en er is een nieuwe vorm van samenwerking ontstaan tussen nationale en lokale overheden. Ook binnen het bedrijfsleven zijn er samenwerkingsrelaties ontstaan, al dan niet mede gestimuleerd door een aantal lokale overheden in Nederland. Ook de Surinaamse diaspora in Nederland is betrokken.

De politici zeggen dat het niet alleen gaat om middelen in natura, maar ook expertise verlening. ‘Laten we wel wezen, een groot deel van de Surinaamse bevolking woonachtig in Nederland, de diaspora, beschikt over voldoende kennis, capaciteiten en kwaliteiten om naar behoefte ingezet te worden om duurzame ontwikkeling te helpen realiseren in de republiek Suriname’, aldus een passage uit het manifest. Met dit manifest wil het Collectief alle lokale overheden in Nederland die samenwerkingsprojecten realiseren in de republiek Suriname oproepen om de samenwerking niet eenzijdig te verbreken dan wel de goedlopende projecten stop te zetten. Het manifest is ondertekend door Peggy Burke, Simion Blom, Andro Bottse en Iwan Leeuwin.