Kanhai tegen spijtbetuiging Bouterse

Irwin Kanhai, raadsman van Desi Bouterse in het 8 decemberstrafproces, is tegen de spijtbetuiging op het Onafhankelijkheidsplein. De geestelijk leider van Bouterse, Steve Meye, vindt dat Bouterse als president in het openbaar spijt moet betuigen over de moorden die op 8 december 1982 hebben plaatsgevonden in Fort Zeelandia. "Mijn cliënt heeft steeds gezegd dat hij onschuldig is. Als zijn raadsman zeg ik dat hij geen spijt moet betuigen voor iets dat hij niet heeft gedaan", aldus Kanhai desgevraagd aan Starnieuws.

De raadsman zegt dat hij niet tussen zijn cliënt en diens geestelijk leider wil komen: "Maar het proces is al drie jaar bij de krijgsraad gaande. Op basis van het dossier en de getuigenverklaringen kan ik stellen dat mijn cliënt onschuldig is. Tot nu toe heeft niemand kunnen aantonen dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan moord. Voor mij zijn het nog steeds de decembergebeurtenissen en geen moorden", zegt Kanhai.

De advocaat wijst erop dat de militairen in 1982 "echt niet vijftien mensen zomaar eruit gepikt hebben en doodgeschoten. Kennelijk zijn zaken toen uit de hand gelopen. De militairen hadden ook hun verantwoordelijkheid om het land en volk te beschermen", meent Kanhai.

Hij vindt dat 'politiek verantwoordelijk zijn' niet voldoende is om spijt te betuigen. "Voor het Hof van Justitie en de krijgsraad gaat het hier niet om een ambtsdelict. Ik heb er in de voorfase al op gewezen dat mijn cliënt regeringsleider was en ook in die hoedanigheid in de Verenigde Naties een toespraak gehouden heeft. Maar al deze zaken zijn verworpen, terwijl in alle decreten die toen gemaakt werden Bouterse als voorzitter van het Militair Gezag tekende. Hij wordt niet gezien als politiek verantwoordelijke maar als een verdachte. Het gaat hier om een strafzaak", betoogt Kanhai. De raadsman raadt Bouterse ten stelligste af om 'spijt te betuigen'.