Amerikanen hielpen Farc-leiders doden

De geheime dienst van de Verenigde Staten, CIA, heeft de Colombiaanse regering geholpen bij het doden van ten minste twee dozijn leden van de Farc-rebellengroep. Het onderzoek van The Washington Post stelt dat de CIA Bogota heeft voorzien van raketten en bommen.

Het rapport is gebaseerd op interviews met niet nader genoemde Amerikaanse en Colombiaanse functionarissen. De geheime operatie zou deel uitmaken van ‘Plan Colombia’, een anti-drugsprogramma dat de VS in 2000 had opgezet.

De Farc voert al maanden vredesbesprekingen met de Colombiaanse regering. Volgens analisten heeft het verlies van veel van haar commandanten ertoe geleid dat de linkse rebellengroep vorig jaar akkoord is gegaan met de gesprekken. De onderhandelingen die plaatsvinden in Cuba, zijn de eerste rechtstreekse gesprekken tussen de twee partijen in tien jaar.

Amerikaanse technologie
De krant zegt dat zij de identiteit van haar bronnen beschermt, omdat het programma nog loopt. Het CIA-programma is gefinancierd met een geheime begroting die gescheiden is gehouden van het belangrijkste Amerikaanse militaire steunprogramma aan Colombia.

Dankzij de technologie die de VS verschafte, kon de Colombiaanse luchtmacht de Farc -leden lokaliseren en bombarderen in hun schuilplaatsen in het oerwoud. Onder de Farc-leiders die zijn gedood met de hulp van de VS zijn Gustavo Rueda Diaz, bekend als Martin Caballero, en Tomas Medina Caracas, bekend als El Negro Acacio.

Hij werd ervan beschuldigd de drugshandel van de groep te leiden. De Farc ontkent elke betrokkenheid bij de Colombiaanse drugskartels. Ook Luis Edgar Devia Silva, alias Raul Reyes, was het doelwit van de Amerikaanse operatie. Hij werd op dat moment beschouwd als de tweede hoogste man van de Farc. Silva werd in 2008 gedood aan de Ecuadoriaanse kant van de grens. De Colombiaanse luchtmacht bombardeerde met de hulp van de Amerikaanse inlichtingendiensten de schuilplaats van Silva. De Farc heeft nog niet gereageerd op het rapport .

De vredesgesprekken moeten een einde maken aan het gewapend conflict dat al meer dan 50 jaar duurt.