Vijf prioriteitsgebieden in Genderplan 2013 vastgelegd

Het Nationaal Bureau Genderbeleid (NBG) van het ministerie van Binnenlandse Zaken heeft woensdag het 'Genderwerkplan 2013' gepresenteerd. In dit plan zijn vijf prioriteitsgebieden vastgelegd die aandacht verdienen. Het gaat om: 1. Onderwijs: ministerie van Onderwijs en Volksontwikkeling. 2. Arbeid, inkomen en armoedebestrijding: ministerie van Arbeid, Technologische Ontwikkeling en Milieu. 3. Geweld: ministerie van Justitie en Politie. 4. Gezondheid: ministerie van Volksgezondheid. 5. Zeggenschap en besluitvorming: dit prioriteitsgebied wordt uitgewerkt.

Minister Soewarto Moestadja van Binnenlandse Zaken installeerde in 2012 een stuurgroep genderbeleid onder leiding van Annette Tjon Sie Fat. Het is de wens van de bewindsman om met projecten te komen die uitvoerbaar zijn. “Wij als ngo’s die in het vrouwenveld zitten, waren niet zo tevreden met de uitvoering van het Genderbeleidsplan door het ministerie. Er waren mooie en grote plannen, die niet uit te voeren zijn”, zei Tjon Sie Fat. Het nieuwe Genderwerkplan 2013 is uitvoerbaar gemaakt met als streven gendergelijkwaardigheid als kernwaarde in Suriname.

Duidelijke taken
Er zijn gesprekken geweest tussen de stuurgroep, de ministers en leidinggevenden op de departementen. De informatie uit deze sessies is opgenomen in het Genderwerkplan 2013. Er is een matrix gemaakt waaruit er een makkelijk en overzichtelijk plan te volgen is. Voor ieder beleidsgebied is er een groep onder leiding van het primaire ministerie dat uitvoering geeft aan het plan.

Een voorbeeld is het prioriteitsgebied Geweld; daar is bij het ministerie van Justitie en Politie de stuurgroep Huiselijk Geweld in het leven geroepen. Het ministerie van Onderwijs en Volksontwikkeling heeft bijvoorbeeld aan alle nieuwe leerkrachten een gender training gegeven, terwijl Arbeid bezig is te werken aan een algemene zwangerschapsverlofregeling. “Bij de overheid is die er al, terwijl zwangerschapsverlof bij bedrijven wordt gezien als ziekte. We lopen achter. In het buitenland kijkt men al naar ouderschapsverlof”, merkt Tjon Sie Fat. De bedoeling is dat driemaandelijks met alle betrokkenen wordt gekeken hoever de uitvoering van het plan is.