Lackin blijft erbij dat Ramdin niet voldoende draagvlak heeft

Minister Winston Lackin van Buitenlandse Zaken (Buza), Winston Lackin, heeft nog een keer minutieus uitgelegd waarom ambassadeur Albert Ramdin niet is voorgedragen voor de functie van secretaris-generaal van de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS). Hij heeft vertrouwelijke gesprekken gevoerd en hieruit is gebleken dat vooral de landen uit Centraal- en Zuid-Amerika geen ondersteuning zouden geven.

Lackin zei vandaag in een gesprek met journalisten die een interview aangevraagd hadden, dat het niet gaat om de persoon Ramdin, die assistent-secretaris-generaal is van de OAS. Ramdin heeft via de bewindsman zijn belangstelling bekendgemaakt voor de functie. Dit heeft Lackin besproken met president Desi Bouterse. Er is afstemming gepleegd met diverse landen en de kaarten lagen niet goed voor Ramdin. "Wij gaan de persoon niet voor de gek houden en we gaan kiezen voor het belang van het land. Dat heeft de president ook gezegd in de nacht van 24 op 25 februari. Wij nemen besluiten die goed zijn voor het land", citeerde Lackin het staatshoofd.

Positie van land
De bewindsman noemde tal van voorbeelden van personen die belangstelling hadden voor internationale functies. Er is geld, tijd noch moeite gespaard om de personen te ondersteunen zonder te kijken naar politieke kleur. Lackin benadrukt dat bij OAS het niet gaat om een persoon maar een land. "Wanneer je een kandidaat ondersteunt, moet je in ruil daarvoor ook een stem geven voor iets anders. Meneer Ramdin kan niks beloven aan een land", stelde de Buza-bewindvoerder. Hij verduidelijkte dat Ramdin een goede job doet voor Suriname en het absoluut niet gaat om de persoon. Hij zal verder ook internationaal ingezet worden.

"Het is ook niet waar dat de regering een Surinamer laat vallen voor een Guyanese kandidaat", zei Lackin. Omdat de kansen voor Suriname niet goed lagen, is besloten Ramdin niet voor te dragen. Dit is uitvoerig besproken met Ramdin twee maanden geleden toen hij in Suriname was. De minister zei dat de president in Haïti op de tussentijdse staatshoofdenvergadering mee zou delen dat Suriname geen kandidaat zou stellen. Als afgezant van de president is minister Ginmardo Kromosoeto gegaan naar de vergadering en heeft de formele mededeling gedaan. Daarna heeft Guyana een kandidaat naar voren geschoven. Ook Belize doet een voordracht. "U zou ons ook vragen stellen waarom wij een kandidaat hebben ondersteund als bij de verkiezing in 2015 zou blijken dat Suriname slechts vier of vijf van de 34 stemmen zou halen", stelde Lackin.