Column: Tussen compassie en verharding
18 Feb 2013, 13:30
foto


Criminaliteit, ontspoorde jongeren, het onbehaaglijke gevoel van onveiligheid. Breng het onderwerp ter sprake bij collega’s, vriendenkring of familie en je krijgt steevast een geluid te horen dat leidt tot verharding. “Oppakken die ellendelingen en liefst voor eeuwig achter slot en grendel zetten.”
Als je op een intellectuele manier erover praat, dan kun je gemakkelijk gaan nuanceren. Maar als je je directe ervaring hebt met geweld en criminaliteit, dan is dat niet zo gemakkelijk.

Ongeveer 30 jaar geleden was ik betrokken bij een actie van randgroepjongeren in Den Haag, die een pand hadden gekraakt omdat ze geen plek hadden om bij elkaar te komen. Ik was adviseur van de groep en deed mee aan de onderhandelingen met de gemeente om een einde te maken aan die kraakactie en een voorziening voor de jongeren te krijgen. Het was een complexe groep. Er waren opgeschoten jongeren van 15-20 jaar. Sommigen waren drugsdealers of hadden daar banden mee. Anderen stonden op een kruispunt in het leven: in de criminaliteit of proberen toch een opleiding te volgen en een baan te vinden.
De kraakactie ging gepaard met allerlei acties: dreigementen om een benzinestation op te blazen die in de buurt van het pand lang, solidariteitsacties met eten en drinken van vrienden en familie, allerlei vreemde figuren die in en uit liepen.
De kraakactie werd beëindigd en er kwam een voorziening voor die jongeren.
Ik was nog een tijdje actief in het milieu van de randgroepjongeren. Ik hoorde verhalen die dramatisch, verdrietig en tegelijkertijd heel inspirerend zijn geweest.

Zo kwam ik in contact met M. Deze knul was verslaafd aan heroïne. Hij stal, bedroog en was gewelddadig. Hij vertelde dat hij ook in een gevecht betrokken was geweest waarbij hij iemand met een mes in diens oog had gestoken. Hij besefte dat dit geen leven was en wilde eruit stappen.
“Heroïneverslaving doet iets verschrikkelijks met je lichaam,” vertelde hij. “Als je dat spul niet gebruikt, gaan je botten verschrikkelijk pijn doen. Het lijkt alsof je doodgaat van de pijn. Je wilt alles doen om dat gevoel weg te krijgen, dus ga je stelen en roven om toch nog een beetje drugs te kunnen kopen.”
M. had een sterk karakter, maar op een gegeven moment raakte hij verzeild in dat milieu. Op sommige momenten had hij zich voorgenomen om te stoppen en probeerde met vrienden een proces van 'cold turkey' op gang te brengen. Dat houdt in dat je in één keer stopt met het gebruik van heroïne. Je krijgt dan last van verschrikkelijke ontwenningsverschijnselen, maar als je in staat bent het vol te houden, dan vraag je lichaam er niet meer naar.
Iedere keer als hij dat probeerde, kreeg hij van drugsdealers gratis heroïne aangeboden. En dan is het lastig om het niet te accepteren.
Toen zijn grootmoeder - die hem had opgevoed en van wie hij heel veel hield - overleed, was hij niet op haar begrafenis geweest. Het verdriet dat dit hem heeft aangedaan heeft ertoe geleid dat hij uiteindelijk is afgekickt en later zelf in de hulpverlening aan verslaafden is gaan werken.

Als ik de vader was van de jongen die door M. in zijn oog was gestoken, weet ik niet of ik het hem ooit zou kunnen vergeven als ik weet dat het later goed met hem gekomen is. Het is moeilijk om zijn persoonlijke verantwoordelijkheid te scheiden van de sociale omstandigheden die hem in dat milieu hebben doen belanden.

Deze verhalen zijn zeldzaam. Ze komen voor, maar veel mensen blijven hangen in dat milieu. Als je ze nooit heb gehoord, dan kan de neiging ontstaan om mensen die crimineel zijn te zien als mensen die als beesten zijn geboren. En ongetwijfeld zul je die types ook hebben. Maar zelfs in hun crimineel bestaan vertonen ze gedrag dat juist heel erg oprecht, warm en menselijk is.

Toen ik nog aan de universiteit studeerde was ik bezig met het schrijven van mijn eerste boek Van Priary tot en met De Kom – de geschiedenis van het verzet tegen het kolonialisme 1630-1940. Ik had nog een typemachine met linnen bandjes (jongeren die niet weten wat een typemachine is, moeten dat googelen). Ik had een goede band met een vriend van mij die in de criminaliteit was beland. Hij had ooit een geldwagen beroofd en was in de gevangenis terechtgekomen. Uiteindelijk werd hij drugsverslaafde en is er nooit meer uitgekomen.
Maar kort nadat hij uit de gevangenis was gekomen, bracht hij een cadeau voor me: een elektrische typemachine (ook die kun je googelen). Hij wilde niet zeggen hoe hij eraan gekomen was, maar ik vermoed dat hij dat ding speciaal was gaan stelen om me dat boek te kunnen laten schrijven.

Ik voelde zijn oprechte vriendschap toen hij me dat ding overhandigde. Het is jammer dat het fout kan gaan met zulke mensen.

Afgelopen week kreeg ik een SMS van iemand uit datzelfde milieu. Hij was 45 jaar geworden en nodigde me uit om zijn verjaardag te vieren. “Je bent in mijn leven de inspirator en motivatie geweest om carrière te maken”, schreef hij. Ik moest nadenken waar hij het over had. Hij was iemand uit de kraakgroep van 30 jaar geleden. Ik heb nog af en toe contact met hem gehad. Hij heeft eerst zijn school afgemaakt, is gaan werken en dan weer verder gaan studeren. Op zijn werk is hij doorgegroeid naar een managementfunctie en doet nu een opleiding aan de universiteit. Een intelligente jongen die op het kruispunt van zijn leven het verkeerde pad had kunnen gaan, zoals zijn neefje die als drugsverslaafde door de straten van Den Haag zwerft. Zijn SMS geeft mij teveel eer. Het is vooral zijn sterk karakter dat dit mogelijk heeft gemaakt en zijn directe omgeving die elke dag met hem in contact stond. Maar kennelijk kan een kleine stap van jou van grote betekenis zijn voor een ander, zonder dat je je dat realiseert.
Zijn verhaal is voor mij zo inspirerend omdat het voorkomt dat ik in de emotionele achtbaan tussen compassie en verharding de verkeerde keuze maak en meega in de stroom van verharding van de samenleving. Er is een wereld te winnen met compassie, en dit soort verhalen kunnen ons helpen om dat te doen.

Sandew Hira
Advertenties

Sunday 05 May
Saturday 04 May
Friday 03 May