Golfstaten investeren miljarden in zoet water
16 Jan 2013, 20:00
foto


Om de watercrisis in de nabije toekomst het hoofd te bieden hebben de Golfstaten maar liefst US$ 722 miljard ervoor over. Ontzilten blijft een duur procedé, dus denken experts eerder aan een combinatie van technieken.

De Internationale Watertop is dinsdag begonnen in Abu Dhabi en wordt morgen afgesloten. Het thema is de groeiende watercrisis in het Midden-Oosten en Oost-Afrika. De Wereldbank waarschuwde er al voor dat in deze regio de grootste waterschaarste ter wereld heerst en volgens waterexperts blijft de vraag naar hernieuwbaar zoet water almaar stijgen in de Golfstaten.

De zes Golfstaten – Bahrein, Koeweit, Oman, Qatar, Saoedi-Arabië en de Verenigde Arabische Emiraten – zullen volgens de industriële denktank Global Water Intelligence de komende twintig jaar zo’n US$ 722 miljard spenderen aan nieuwe waterprojecten, ontzilting en innovatie. Saoedi-Arabië bijvoorbeeld zal in die periode naar schatting US$ 34 miljard spenderen om waterprojecten te bouwen en onderhouden.

Peter McConnell, directeur van de Internationale Watertop, verklaart dat de Golfstaten de voorbije jaren al aanzienlijk in duurzame watervoorziening hebben geïnvesteerd. "In de marge van de top krijgen ontwikkelaars en investeerders de kans om elkaar te ontmoeten en de ontwikkeling van duurzame wateroplossingen te versnellen."

Ontzilting
"Ontzilting is een deel van de oplossing", gelooft Anders Jagerskog, hoogleraar en directeur van de kenniscentra van het Internationale Waterinstituut in Stockholm. "Maar ontzilt water is alleen economisch interessant voor de industrie en gezinnen, niet voor irrigatie." Duizend liter water ontzilten kost tussen US$ 0,80 en 1,- en voor een kilo graan heb je ongeveer duizend liter water nodig.

"Daarom zal het in de toekomst om een combinatie van technieken gaan: ontzilting, efficiënter gebruik, meer gebruik van afvalwater voor irrigatie en het blijven invoeren van waterintensief voedsel", aldus Jagerskog.

Wateroorlog
Enkele jaren geleden verklaarde Ismail Serageldin in The New York Times: ‘De oorlogen in de volgende eeuw gaan over water.’ Als voorzitter van de World Commission on Water for the 21th Century en het Global Water Partnership is hij niet de eerste de beste die dat roept. Vooraanstaande politici, vooral uit het Midden-Oosten, hebben uitspraken van gelijke strekking gedaan.

Water is als onmisbare natuurlijke hulpbron schaarser geworden. Als landen voor hun stijgende waterbehoeften zijn aangewezen op waterbronnen die ze met andere landen moeten delen, nemen de kansen op waterconflicten toe. Er zijn op de wereld 261 stroomgebieden die zich over meer landen uitstrekken. Ze beslaan de helft van het aardoppervlak en herbergen 40 procent van de wereldbevolking. In theorie kunnen dus veel gebieden en mensen bij internationale waterconflicten betrokken raken.

Stroomafwaarts gelegen landen die erg afhankelijk zijn van water dat rivieren uit het buitenland aanvoeren, kunnen serieus in de problemen komen als landen stroomopwaarts meer water gaan gebruiken. Daarom wil Egypte niet dat Ethiopië dammen in de Blauwe Nijl aanlegt, verzetten Syrië en Irak zich tegen de Turkse dammen in de Eufraat en de Tigris, waren Pakistan en Bangladesh tegen Indiase ingrepen in de Indus en de Ganges, klagen de Mexicanen bij hun noorderburen dat zij de Colorado-rivier en de Rio Grande leegzuigen en wil Israël de Golan-hoogvlakte en de Westelijke Jordaanoever pas ontruimen als het kan blijven beschikken over het uit die gebieden afkomstige water.

Advertenties

Sunday 05 May
Saturday 04 May
Friday 03 May