De komedie rond Alonso de Ojeda
03 Oct 2011, 10:30
foto


Met stijgende verbazing volg ik de verrichtingen van kunstenaar Erwin de Vries over het beeld dat hij van Olonso de Ojeda heeft gemaakt.
Erwin de Vries is Suriname’s bekendste kunstenaar. Het is begrijpelijk dat een kunstenaar het product dat hij gemaakt heeft, koestert. Maar voor dit product zou Erwin de Vries zich diep moeten schamen.

Want wat is het verhaal van het beeld? Het is een komisch verhaal van zelfhaat en zelfvernedering.
Wat is er zo komisch aan? Ik stel me voor dat het op een persconferentie over de aankondiging door de regering van Suriname (nog diep onder het juk van het koloniale bestuur) zo is gegaan.
Premier: “We gaan een beeld maken voor Alonso de Ojeda.”
Journalist: “Heeft hij een nieuwe medicijn ontdekt van Surinaamse planten? Heeft hij het volk van Suriname bevrijd van onderdrukking en uitbuiting zoals Bolivar dat gedaan heeft in Latijns-Amerika? Welke bijzondere prestatie heeft Alonso de Ojeda verricht om een standbeeld te verdienen?”
Premier: “Hij heeft Suriname ontdekt.”

De volgende persconferentie bij de onthulling van het beeld.
Journalist: “Premier, volgens historici heeft hij nooit voet aan wal gezet.”
Premier (vraagt zachtjes aan de koloniale adviseur): “Is dat waar?”
Koloniale adviseur (praat zachtjes terug): “Hij is langs de kust gevaren.”
Premier (in zichzelf): “Shit (poepe)! Het beeld van Alonso de Ojeda is nu al gemaakt.”
Premier tegen journalist: “Hij heeft inderdaad geen voet aan wal gezet, maar vanuit zijn schip is hij langs de kust geweest.”
Journalist: “Is het beeld gemaakt voor het kijken naar Suriname vanaf het schip? Hoe weet u dat hij niet heeft zitten slapen in zijn kajuit toen het schip langs de kust voer?”
Premier: “U moet het zo zien; het is een eerbetoon aan de eerste mens die Suriname heeft ontdekt.”

Zo kan het vijftig jaar geleden zijn gegaan, toen Erwin de Vries en de gehele Surinaamse intelligentsia en kunstgemeenschap onder een zware deken van mental slavery leefden.

Nu weten we dat het verhaal van de ontdekking een grote leugen is. Suriname is helemaal niet ontdekt door Europeanen, maar door Inheemsen die namen hadden als Kaykoesie en Priary, niet Columbus en Ojeda. Die leefden er al eeuwen voordat de eerste Europeaan voet aan wal zette.

Dus de basis waarop het beeld is gebaseerd – het verhaal van de ontdekking – is een grote leugen. Dat is toch juist een reden om het beeld te halen in 2011?

Er is een ander reden om dit beeld (en andere koloniale beelden) uit het publieke leven van Suriname te verwijderen. Het beeld is een uiting van zelfhaat en zelfvernedering. Want wie waren de Europeanen die Amerika hadden bezocht? Dat waren geen hoogbeschaafde wetenschappers? Dat waren ordinaire boeven en bandieten; het waren barbaren van wie het misdadige gedrag uitgebreid is gedocumenteerd.

Columbus heeft in totaal vier reizen gemaakt naar het Caraïbisch gebied. Op zijn eerste reis gingen drie schepen met 80 man mee. Een jaar later kwam Columbus terug met 17 schepen en 1.200 militairen, niet om het land opnieuw te ontdekken, maar om het militair te veroveren.
Columbus voerde een nieuw systeem in Amerika in dat door Europeanen gedurende vier eeuwen zou worden gebruikt: het systeem van slavernij. Alonso de Ojeda was een adjudant die op zijn tweede reis was meegegaan.

Een ooggetuige uit die tijd, Bartolomeus de Las Casas, schreef dit over de ‘ontdekkers’: “Ze verplichtten alle inboorlingen die ouder waren dan veertien jaar om om de drie maanden een voorraadje goud af te leveren. Wie zich van die opdracht kweet, kreeg een koperen penning die hij of zij om de nek moest hangen. Wie geen geldige penning droeg, werd beide handen afgehakt. De meeste slachtoffers bloedden dood.”
Hij vervolgt: “De Spanjaarden aarzelden niet om indianen met het dozijn neer te sabelen of de scherpte van hun zwaarden te testen door hun armen of benen af te hakken… De Spanjaarden trokken de dorpen en steden in en spaarden niemand, vrouwen noch kinderen. De buik van zwangere vrouwen werden opgereten met hun zwaarden en de baby’s in stukken gesneden… Ze grepen baby’s uit de armen van hun moeders en smeten die tegen rotsen zodat hun babyhersenen uit elkaar spatten. Ze zetten galgen op waar personen werden opgehangen maar die laag genoeg waren zodat hun voeten geroosterd werden… Ze gingen weddenschappen aan over wie met één slag van een zwaard een inheemse man in tweeën kon kappen of met één slag direct kon onthoofden… Twee van die zogenaamde christenen ontmoetten op een dag twee indiaanse jongetjes met een papegaai op de schouder. Ze pakten de papegaaien af en onthoofden de jongens voor de pret.”

Waarom al die wreedheden? Las Casas geeft het antwoord: “Al snel namen ze de wapens op om de Spanjaarden uit hun land te verdrijven. Maar kun je je voorstellen met welke wapens? Ze waren gemaakt van riet.”

Toen er geen goud gevonden werd, werden de Inheemsen tot slaaf gemaakt om te werken op de plantages. Ze stierven bij bosjes.
In Cuba kwamen tussen 1494 en 1508 volgens Las Casas 3 miljoen mensen om. Las Casas was enorm geschokt door deze feiten. “Wie zal dat kunnen geloven? Ik, die het met eigen ogen heb gezien, kan het zelf nauwelijks geloven,” schrijft hij.

Dit is het echte verhaal van Alonso de Ojeda. En voor deze mensen zouden we in Suriname een standbeeld moeten hebben? Dit is de ultieme vorm van zelfhaat en zelfvernedering!

De man of vrouw die het standbeeld heeft neergehaald is een held die we moeten bedanken omdat hij of zij het zelfrespect van een gekoloniseerd volk weer heeft teruggebracht. De 5.000 euro die iemand uit Nederland (hoe kan het ook anders) heeft uitgeloofd voor informatie over het beeld, moet gegeven worden aan de held die dat beeld heeft weggehaald als beloning voor zijn werk. Eigenlijk was het beter dat de regering het initiatief hiertoe had genomen in plaats van het over te laten aan particulieren.
De held zou op een ceremonie op het Onafhankelijkheidsplein een lintje moeten krijgen.

Hoewel, we moeten voorzichtig zijn om iemand al te snel tot held te maken.
Stel je voor. Bij de ceremonie ter vernietiging van het beeld wordt de held geïnterviewd:
Journalist: “Wanneer heeft u het beeld weggehaald?”
Held: “Diep in de nacht, meneer.”
Journalist: “Het is toch zwaar?”
Held: “Ija meneer, we hebben 20 man nodig gehad en een grote pick-up.”
Journalist: “Was u niet bang?”
Held: “Ija meneer, want die banden van de pick-up zijn niet geweldig.”
Journalist: “Wat ging er door u heen, toen u het beeld van Alonso de Ojeda had weggehaald?”
Held: “Meneer, wie is Alonso de Ojeda?”
Journalist: ”De man die de Inheemsen van Amerika heeft onderdrukt en uitgebuit, toch!”
Held: “Ija nô, meneer. Ik wist het niet. We zijn een huis aan het bouwen in Commewijne en waren op zoek naar bouwmaterialen. Dit ding gaan we gebruik om de tuin te versieren.”

Tja, hier moeten we dus voor oppassen.

Sandew Hira
Advertenties