De internationale olieprijzen blijven opmerkelijk stabiel, ondanks recente Amerikaanse sancties gericht op een smokkelnetwerk dat Iraanse olie via valse routes de markt op bracht.

Vandaag noteerde Brent-olie rond $69,13 per vat, terwijl de Amerikaanse WTI-olie licht steeg naar $65,63. Analisten wijzen erop dat de markt veerkracht toont doordat sancties doorgaans prijsdruk veroorzaken, maar tegelijkertijd verwacht wordt dat de wereldwijde olieproductie deze week iets zal terugvallen. Dat ondersteunt de prijzen.

De sancties zijn gericht op een netwerk dat Iraanse olie als Iraakse export doorverkocht. Door de maatregelen wil Washington de naleving van internationale afspraken afdwingen en tegelijk druk uitoefenen op Teheran. Volgens energie-experts zijn deze sancties vooral symbolisch, maar kunnen ze bij herhaling of uitbreiding leiden tot meer volatiliteit.

Markten kijken intussen vooruit naar de OPEC+ bijeenkomst op 7 september, waar beslissingen worden verwacht over productiequota. Verwacht wordt dat de alliantie vasthoudt aan een voorzichtige productieverlaging, met als doel de olieprijzen te stabiliseren binnen de bandbreedte van $65–$70 per vat.

Economen merken op dat de huidige prijsniveaus gunstig zijn voor producenten én consumenten. Voor landen die sterk afhankelijk zijn van import, zoals Suriname, betekent dit dat de brandstofprijzen voorlopig stabiel kunnen blijven, tenzij de wisselkoersontwikkelingen roet in het eten gooien.