Overheidsbemoeienis slecht voor staatsbedrijven én consumenten
22 May 2022, 08:44
foto


Stel je voor dat de regering besluit dat een schilderij van Nola Hatterman, Soeki Irodikromo, Rinaldo Klas, George Ramjiawansingh of Erwin de Vries de geschatte marktwaarde niet waard is en dat de prijs gebaseerd zou moeten zijn op de kosten van verf en canvas en ongeveer zestien uur van de tijd van de kunstenaars.

Dat is precies wat de regering van plan lijkt te zijn met de tarieven van de Energie Bedrijven Suriname (EBS). Over de juiste kostprijs van de EBS is de afgelopen tijd veel discussie geweest. De regering heeft daarom aan een adviesbureau gevraagd om het staatsbedrijf door te lichten. Dit om te komen met een advies over de kostprijs van stroom en om de besparingsmogelijkheden binnen het energiebedrijf in kaart te brengen.

Tariefsverhogingen EBS

Nog deze maand wil president Chan Santokhi als onderdeel van zijn afspraken met het Internationaal Monetair Fonds (IMF) de tarieven van de EBS met 25 procent verhogen. Als aandeelhouder heeft de Staat controle over de hoogte van de tarieven van dit bedrijf. De regering maakt zich echter zorgen over de gevolgen van zo’n plotselinge en forse prijsverhoging. Om de gevolgen te beperken zou Santokhi gesprekken voeren met het IMF om de tariefsverhogingen gefaseerd in te voeren. Suriname heeft met de internationale instelling afspraken voor een ‘Extended Fund Facility’ met een totaal bedrag van US$ 690 miljoen. Deze lening is niet alleen bedoeld voor de versterking van de monetaire reserve maar moet ook bijdragen aan het herstel van de betalingsbalans en de gezondmaking van de staatsbegroting. Het muntfonds stelt dit geld in drie jaar tijd beschikbaar onder strenge voorwaarden.

Overheidsbemoeienis

Het besluit van Santokhi leidt tot ‘span ede’ (chagrijn) in de samenleving. Het is begrijpelijk dat veel consumenten zich zorgen maken over de komende tariefsverhogingen van de EBS. Zeker in een tijd waarin velen in het land al gebukt gaan onder stijgende prijzen. Maar het zou een ramp zijn als politici de EBS dwingen om stroom te verkopen tegen een prijs die iets hoger is dan de productiekosten. De reden waarom vrije markten werken, is omdat ze nauwkeurige prijzen vaststellen op basis van de overvloed of de schaarste aan producten. In een vrije markteconomie waar de overheid zich zoveel mogelijk afzijdig houdt in het economische proces, komen we niet zonder goederen te zitten. Bij schaarste gaan de prijzen omhoog. Hierdoor ontstaat  bij ons de prikkel om te besparen. Als de prijs van goederen bepaald wordt op basis van de kostprijs dan krijgen we een Cubaanse- of een Noord-Koreaanse economie. Want dat is wat socialistische economieën doen.

Een ander nadelig gevolg van deze vorm van overheidsbemoeienis is dat het de drang naar winst zal beperken en investeerders ontmoedigt om hun geld in de energiesector te steken. Het zal miljoenen aan investeringen voor innovatie en duurzame ontwikkelingen in de sector (bijvoorbeeld wind- en zonne-energie) afschrikken. Er is bovendien ook het risico dat als de overheid deze stap neemt, dit de deur zal kunnen openen voor meer van dergelijke acties in andere sectoren. De overheid dient zich dus zoveel mogelijk afzijdig te houden in het economisch proces om de marktwerking niet te verstoren.

Marktconformiteit en bedrijfsmatige aansturing

De staatsbedrijven dienen marktconformiteit na te streven (in de internationale markt gangbare prijzen en tarieven hanteren). Hun verzelfstandiging kan een eerste stap zijn op weg naar privatisering. Marktconformiteit is voor hen uiteindelijk de enige weg om financieel gezond te worden. Marktconformiteit biedt daarnaast eerlijke kansen aan nieuwe toetreders in de markt en maakt ruimte voor veranderingen. De overheidsbedrijven moeten ook steeds meer bedrijfsmatig worden aangestuurd. Bij een bedrijfsmatige aansturing staan winstoriëntatie en prestatiemeting centraal. Door digitalisering wordt het actief gebruik van hun prestatie-informatie door politici steeds meer haalbaar.

Veel problemen rond de bedrijfsvoering van de staatsbedrijven kunnen in relatief korte tijd worden opgelost als de vrije markt blijft functioneren. Dit biedt aan de bedrijven een blijvende prikkel om te zoeken naar besparingsmogelijkheden en zet hen aan om hun concurrentiepositie te versterken. Maar als de tarieven van staatsbedrijven door politici worden afgedwongen, dan kan hun noodlijdende situatie nog jaren doorsudderen. De bedoeling van Santokhi kan goed zijn maar toch zit niemand op deze vorm van bemoeienis te wachten.

Je hoeft het boek ‘The Wealth of Nations’ van Adam Smith niet ver te lezen voordat het bij je opkomt dat winst leidt tot concurrentie, concurrentie leidt tot investeringen in effectievere technieken, en deze investeringen leiden tot dalende prijzen. Het kost wat tijd om elke fase te doorlopen, maar de markt komt er altijd.

Vincent Roep
Advertenties