Regering: Inkomsten grote olievondsten worden niet verpand
09 Oct 2020, 03:56
foto
President Chan Santokhi benadrukt dat de regering nooit heeft gesteld dat de olie-vondsten voor de kust zullen worden verpand. (Foto's: René Gompers)


President Chan Santokhi heeft benadrukt dat de grote oliebronnen voor de kust, of de inkomsten daaruit, niet verpand worden. De regering wil wel alvast een voorschot van de opbrengsten die in de tientallen miljarden liggen. Minister Armand Achaibersing van Financiën & Planning heeft benadrukt dat het land er goed aan doet om nu al investeringen te plegen voor de nieuwe olie-industrie. Er valt flink te verdienen, niet alleen wanneer de olie uit de zeebodem wordt gehaald, maar nu al.  

Een deel van de regering onder leiding van Santokhi heeft donderdag uitgelegd wat de stand van zaken is op financieel-economisch gebied. Het komt erop neer dat de regering bezig is naar manieren te zoeken om de enorme schulden te verminderen of het aflossen daarvan anders te doen. Het Franse Lazard gaat de regering adviseren bij onderhandelingen met IMF en internationale banken om het doel te bereiken. Er is ook een zoektocht naar buitenlandse investeerders. De regering wil snel de schuld verkleinen en de buitenlandse reserve vergroten. 

Santokhi gaf op een eerdere persconferentie aan dat de regering US$ 2 miljard zoekt om de grootste schulden in een keer af te lossen. Dit is nodig om onder andere de inkomsten uit de bestaande oliesector en de goudindustrie die door de vorige regering zijn verpand, vrij te maken. Maar ook om te investeren in de eigen productiesectoren. De enorme olievondsten op zee is een van de manieren om aan het grote geld te komen. Maar de productie van de olie op zee begint pas tegen 2024. 

De president drukt geruchten de kop in dat de regering ondertussen bezig is met het verpanden van de oliebronnen of de inkomsten daaruit. “Dat komt niet van de regering,” benadrukt hij. “De projecties zijn dat we in 20 jaren tijd als land inkomsten zullen hebben van US$ 50 miljard. Wij bekijken mogelijkheden hoe we alvast een deel van die opbrengsten naar voren kunnen halen. Er zijn verschillende manieren om dat te doen. Wij gaan na welke voor ons haalbaar is. Dit is wat de regering zegt en zal blijven zeggen.”  

Bij het beantwoorden van vragen over leningen en nieuwe projecten op de begroting, heeft minister Achaibersing aangehaald dat Suriname niet moet wachten tot de olie op zee wordt verwerkt. “Gelet op wat de olie-business ons gaat brengen, als we ons daarop niet gaan voorbereiden gaan de toeleveranciers en alle andere (diensten) zich vestigen in andere landen, Guyana of Trinidad, dan lopen we die inkomsten mis.” Achaibersing benadrukt dat investeren nodig is, hoeveel crisis er ook heerst. “Nu al kun je inkomsten uit de oliebranche binnenhalen door de bedrijven hier te laten vestigen. Als je niet bereid bent om in deze moeilijke omstandigheden, nu te investeren dan loop je ook inkomsten nu en in de toekomst mis. Dan loop je werkgelegenheid mis, ontwikkeling van de economie hou je achter.”  

De oproep van de minister om nu al voorbereidingen te treffen, verschilt niet veel van die van Staatsoliedirecteur Rudolf Elias. Het bedrijf heeft aangetoond dat een ‘shore base’ van essentieel belang is: een reeks van havenfaciliteiten die in bepaalde behoeftes van de nieuwe olie industrie gaan voorzien. Wanneer dat gestalte krijgt is niet duidelijk. Minister David Abiamofo van Natuurlijke Hulpbronnen deelt mee dat de eerste stappen worden gemaakt: “Een datum ga ik niet noemen. We kunnen wel aangeven dat we binnen 3 jaar de shore base moeten hebben.”   

René Gompers
Advertenties