Tijd dringt voor nationale discussie bestemming olierijkdommen
02 Aug 2020, 14:26
foto
President Chan Santokhi, vicepresident Ronnie Brunswijk, waarnemend directeur van Staatsolie Agnes Moensi en country manager van Apache, Ian Roberts brengen een toast uit. De derde olievondst is enorm enl de olie is van een goede kwaliteit. (Foto: Ranu Abhelakh)


Gebaseerd op data van de productie van het Liza-1-olieveld in de Guyanese diepzee in het Stabroek Block, zou de Maka-1-olieveld Suriname op jaarbasis tussen de 500 miljoen en 750 miljoen US$ kunnen binnenhalen. De calculaties zijn op basis van onder andere een wereldmarktprijs van US$ 50 per barrel en productiekosten van US$ 6 per barrel. Met de uitstekende vooruitzichten voor de derde olievondst in de Kwaskwasi-1-boorput, heeft de operator al laten doorschemeren om versneld tot productie van deze olievoorraden over te gaan.

Staatsolie-toppers Agnes Moensi (waarnemend directeur tevens Chief Financial Officer) en Marny Daal (directeur Staatsolie Hydrocarbon Institute) hebben vandaag een presentatie gegeven over de olievondsten, waarbij de nadruk is gelegd op de jongste in de Kwaskwasi-1-boorput. Voor Staatsolie is het meer dan dringend dat er zo snel als mogelijk een discussie op gang komt, over beleid en bestemming van de olie-inkomsten van Suriname. Voor de komende 20 jaar zou Suriname makkelijk 15 tot 20 miljard US$ kunnen verdienen aan één olieveld. Daarna heeft president Chan Santokhi met de toppers uit de oliesector een persconferentie belegd.

Staatsolie wil zich nu verder voorbereiden zich voor 20% in te kopen bij Apache/Total. Daarvoor is tussen de US$ 1 miljard en US$ 1,5 miljard nodig. Dat geld wil het bedrijf halen op de internationale kapitaalmarkt, alleen zit de CCC-rating van Suriname daar in de weg. Moensi hoopt dat binnen anderhalf jaar het de regering lukt om deze opgewaardeerd te krijgen naar minimaal in de B-regionen.

Er zijn ook drie aandachtsgebieden waar Staatsolie zich met het oog op de olie-productie in het diepzeegebied op richt. Het gaat om de toelevering van goederen en diensten, waarbij Staatsolie een leveranciersportaal heeft opgericht. Zo'n 200 bedrijven zijn geregistreerd, waarmee wordt samengewerkt om hen up te graden naar het niveau waarbij ze kunnen concurreren met internationale bedrijven. Er wordt gekeken naar de arbeidsmarkt, waarbij er een goede connectie met het onderwijs moet worden gemaakt. Moensi zegt dat ze zelfs denken aan een Energie Academy gefocust op de offshore olie-industrie. Het rijtje van drie omvat ook een shore base, een basis voor de toelevering van goederen en diensten aan het boor/productieplatform in het diepzeegebied. Er wordt dan gedacht aan adequate haven en havenfaciliteiten. Het baggeren van de rivier is daar een essentiële voorwaarde voor. Suriname kan aan de toelevering van goederen en diensten ongeveer US$ 20 miljoen op jaarbasis verdienen, zegt Moensi.

Staatsolie heeft zich goed voorbereid, zeker drie jaar, op de olievondsten. Nu is het tijd dat alle belangengroepen worden betrokken om na te gaan hoe "we moeten omgaan met de olierijkdommen." Vragen als wat gaan we reserveren voor bepaalde sectoren, hoe gaan we dat beheren, hoe gaan we de opbrengsten gebruiken, hoe gaan we duurzaam beleid maken, moeten na goed en breed overleg worden beantwoord. Voorop staat dat de olierijkdommen ten bate moeten komen van land en volk, voor de huidige en toekomstige generaties.
Advertenties