Het
Internationaal Monetair Fonds (IMF) verwacht dat het begrotingstekort 8,6
procent van het Bruto Binnenlands Product (BBP) zal bereiken in 2019, terwijl de overheidsschuld "hoog
blijft op ongeveer 72 procent van het BBP". De Executive Board van het IMF
heeft zijn Artikel IV overleg met Suriname gisteren afgesloten. Ofschoon het
concludeert dat de economie van het land gestaag groeit met een lage inflatie,
blijft de hoge overheidsschuld een punt van zorg. Ook de hervatting van
monetaire financiering van de begroting dit jaar baart het Fonds zorgen. De
IMF-Raad zet de vooruitzichten dan ook op negatief, voornamelijk door fiscale
onevenwichtigheden.
Het reële
BBP groeide in 2018 met 2,6 procent, terwijl dat in 2017 nog 1,8 procent was,
stelt het Fonds. De groei komt door uitbreidingen in groot- en detailhandel,
bouw, hotels, restaurants en productie, terwijl de mijnbouw stabiel is
gebleven. Het IMF verwacht dat het reële BBP met 2,25 tot 2,5 procent zal
toenemen in de periode 2019-2024. Het artikel IV-overleg van dit jaar was
gericht op beleid om de economie op middellange termijn te versterken. Het gaat
om fiscale maatregelen om de inkomsten en efficiëntie te verhogen en de
uitgaven te verlagen, beleid om de toezichtkaders van de monetaire en
financiële sector te verbeteren en structureel beleid om de potentiële groei te
stimuleren.
Het Fonds
benadrukt dat de stabilisatie de Surinaamse autoriteiten een kans biedt om de
centrale uitdagingen voor de economie aan te pakken. Het noemt hierbij een
zwakke fiscale positie, stijgende overheidsschuld, monetaire en financiële
toezichtkaders die moeten worden verbeterd, een lage mate van economische
diversificatie en andere structurele belemmeringen voor groei. Er is tijdige
actie nodig om macro-economische kwetsbaarheden en neerwaartse risico's te
verminderen.
Het Fonds
onderstreept het belang om de staatsschuld te verminderen en benadrukt de
noodzaak om de subsidies voor de elektriciteitssector geleidelijk af te
schaffen, de BTW in te voeren en de overheidsadministratie van inkomsten en
uitgaven te blijven verbeteren. "De uitvoering van deze maatregelen, maar
ook de bescherming van kwetsbare huishoudens, zou helpen om ruimte te creëren
voor overheidsinvesteringen en de groei op lange termijn te ondersteunen.
De
Centrale Bank van Suriname moet expliciete monetaire doelstellingen publiceren,
haar operationele hulpmiddelen verder uitbreiden om een doelwit voor
reservegelden effectief uit te voeren. Ook zou zij de samenwerking met de
regering over liquiditeitsprojecties en-operaties verder moeten versterken.
Er is een flexibelere wisselkoers nodig om als schokdemper te fungeren,
concludeert het Fonds. Er bestaan nog steeds belangrijke kwetsbaarheden in de
financiële sector. Het IMF dringt er bij de Centrale Bank op aan om haar
toezichthoudende acties te versterken en een meer assertieve benadering te
gebruiken om ervoor te zorgen dat banken binnen een vooraf bepaalde tijdspad
terugkeren naar de naleving van wettelijke vereisten.
"Er is een uitgebreid crisisbeheersysteem nodig om de
Centrale Bank de mogelijkheid te geven om waar nodig in te grijpen in het
bestuur en de operaties van banken, en om de resolutie van banken te
verbeteren."
Het
Fonds heeft het belang van diversificatie van de economie en structurele
hervormingen om de potentiële groei te stimuleren, onderstreept. De hoge kosten
van zaken doen moeten worden aangepakt, het investeringskader moet worden
hervormt en versterkingen van het bestuur zijn nodig om het vertrouwen van
beleggers te winnen. Voorts wijst het Fonds erop dat investeringen in
onderwijs, hervormingen van de arbeidsmarkt in combinatie met een zinvol
vangnet voor werklozen, ook belangrijk zijn.