'Tripartisme middel tot sociale rechtvaardigheid'

De vertegenwoordigers van de overheid, werknemersorganisaties en het bedrijfsleven hebben na een vergadering op woensdag, een verklaring uitgebracht. De verklaring van het Tripartiet Overleg is getekend door de voorzitter Ulrich Aron.

Overwegende:
- dat het Tripartiet Overleg, wederom ingesteld krachtens Presidentieel Besluit van 23 maart 2011, tot doel heeft ‘het middels gestructureerd overleg geraken tot gemeenschappelijke visies casu quo standpunten met betrekking tot maatregelen ter bevordering van duurzame economische ontwikkeling, in casu vergroting van de welvaart bij een rechtvaardige inkomensverdeling en het uitdragen in de samenleving daarvan;

- dat het Tripartiet Overleg voorts dient samen te werken om de uit het gestructureerd overleg voortvloeiende maatregelen efficiënt en effectief uit te voeren casu quo te doen uitvoeren;

- dat het Tripartiet Overleg de overheid adviseert rondom arbeidsaangelegenheden en sociaal-economische ontwikkelingen en een belangrijk instrument is tot natievorming;

- dat dit overlegorgaan tussen overheid, werknemersorganisaties en bedrijfsleven moet zorgdragen voor de welvaart van de samenleving door de mens centraal te stellen;

- dat door de regering in het vooruitzicht is gesteld een urgentie- en herstelprogramma waarvan hoofdonderdelen zijn: een wederzijds aanvullend en versterkend economisch en sociaal programma;

- dat het noodzakelijk is tegen de huidige sociaal-economische situatie en anticiperend op de uitvoering van het urgentie- en herstelprogramma dat sociale rust wordt bewaard via tripartisme en sociaal dialoog.

Verklaren als volgt:
- dat in Suriname historisch gegroeide structuren met een tripartiete basis zijn ingesteld die op verschillende niveaus en met verschillende reikwijdtes oplossingen bewerkstelligen voor de geldende sociaal-economische problematiek van het betreffende moment, waarvan één hoge instelling het Tripartiet Overleg is;

- dat het Tripartiet Overleg in tijden van uitzonderlijke sociaal-economische uitdagingen, op verzoek van de sociale partners, waaronder vakbeweging en bedrijfsleven, door de regering zelf in het leven werd geroepen en daarna gereactiveerd vanuit de overtuiging dat sociaal dialoog het meest heilzame middel is om het evenwicht in de samenleving weer te herstellen, de sociale rechtvaardigheid te benaderen en de sociale en politieke rust te bewaren;

- dat de sociale partners de instituten die de idealen en waarden van tripartisme en sociaal dialoog uitdragen, die mede door hun eigen inspanningen tot stand zijn gebracht, die tot hun verworvenheden worden gerekend en die vanwege hun successen bestaansrecht hebben bewezen, steeds dienen te koesteren en te versterken;

- dat de sociale partners, mede in het belang van de werkende klasse, de ideologie van sociaal dialoog trouw dienen te blijven en inspraak- en consultatiemogelijkheden tot het uiterste dienen uit te buiten en zeker voor zolang de overheid als partner de noodzaak tot overleg in de praktijk tot uiting brengt en de sociale partner daartoe ondubbelzinnig uitnodigt;

- dat in de huidige periode van tegenvallende economische prestaties die gepaard gaan met werkloosheid, dreigend verlies van banen en sociale nood, het meer dan eens van de sociale partners vergt dat ze zich uitspreken over en legitimiteit bieden aan preventieve, mitigerende en duurzaam versterkende maatregelen;

- dat de sociale partners op den duur middels harmonisatie van standpunten, de efficiëntie in de uitvoering van programma’s bevorderen en dat premature aanwending van extreme acties de potentie en de kracht van dialoog, geen recht aandoen;

Besluiten:
- dat thans, in een periode waar de regering op het punt is een aanvang te maken met het verder duurzaam hervormen van de economie en sociale beschermingsmaatregelen door te voeren, de waardevolle ideologie van tripartisme en sociaal dialoog door deelnemers in het inspraakproces zelf onder druk wordt gezet en ondergraven, hetgeen een blijvend effect zou kunnen hebben op het functioneren van de lang gevestigde instituten en de democratie zelf voor de toekomst, welke ontwikkeling door het Tripartiet Overleg zeer wordt betreurd;

- dat in tijden van zware sociaal-economische uitdagingen, het is bewezen dat de harmonisatie van de verschillende opvattingen over het algemeen ertoe bijdraagt dat de arbeidsverhoudingen uiteindelijk hechter worden en sociale akkoorden worden gesloten ten voordele van de samenleving;

- dat de gezamenlijke partners in het Tripartiet Overleg een oproep doen aan de aandeelhouders en dragers van sociaal dialoog om vast te houden aan het principe van het uitputten van het tripartisme als het meest voorname middel om te komen tot sociale rechtvaardigheid alsmede dat zij het forum die deze instituten bieden, wederom betreden en maximaal aanwenden en de regering bijstaan om het evenwicht in het sociaal-economisch bestel te bewerkstelligen via breed gedragen programma’s.