Korpshoofd Joyce Pané-Alfaisi verwelkomt minister Harish Monorath.
Minister van Justitie en Politie, Harish Monorath, heeft tijdens een kennismakingsbezoek aan de Centrale Penitentiaire Inrichting (CPI) Santo Boma zijn waardering uitgesproken voor de toewijding van het Korps Penitentiaire Ambtenaren (KPA). Tegelijkertijd beloofde hij concrete stappen te ondernemen om de uitdagingen waarmee het korps kampt aan te pakken.

Het bezoek maandag omvatte een inspectieronde, rondleiding en een ontmoeting met het personeel. Hij benadrukte dat het KPA, met ruim 1100 manschappen en 18 man burgerpersoneel, onder gezag van het ministerie verantwoordelijk is voor de landelijke bewaking, beveiliging en resocialisatie van gedetineerden. Hij onderstreepte dit als volgt: “Als toezichthouders van de penitentiaire inrichtingen en huizen van bewaring zijn jullie letterlijk de bewakers van de veiligheidspoort van ons land.”

Korpshoofd Joyce Pané-Alfaisi waardeerde het bezoek van de bewindsman. Zij schetste de huidige stand van zaken en belichtte de toewijding van het personeel, ondanks beperkte middelen. Daarbij wees zij op recente stappen in het verzelfstandigingsproces, waaronder de oprichting van een centrale resocialisatie afdeling en een zelfstandige salarisadministratie.


Monorath erkende daarop de uitdagingen waarmee het korps te maken heeft, zoals tekorten aan werkmateriaal, bouwvallige faciliteiten, ontbrekende verzekeringen, achterstanden in de uniformlevering en een gebrek aan structurele waardering. Hij verzekerde dat het ministerie zich, binnen de beschikbare middelen, zal inzetten voor renovatie van gebouwen, uitbreiding van het wapenarsenaal, verbetering van de werkplekken en tijdige levering van uniformen.

Ook opleidingen, verdere professionalisering en nazorg voor personeel krijgen nadrukkelijk aandacht, terwijl resocialisatie eveneens een speerpunt vormt. Minister Monorath wees op de noodzaak van onderwijs- en werkgelegenheidsprogramma’s voor gedetineerden, zodat zij na hun detentie een waardevolle rol in de samenleving kunnen vervullen. Hij bestempelde het landbouwprogramma binnen de CPI als een voorbeeldproject dat nationaal en internationaal navolging verdient.