Stutgard: Nog teveel vervallen levensmiddelen op schappen

Voorlichting op het gebied van voedselveiligheid moet permanent geschieden. Er zijn nog teveel vervallen levensmiddelen op de schappen te zien, vooral in het binnenland. Voorts moeten de controlemechanismen aangescherpt worden. Levensmiddelentechnoloog Ricky Stutgard verwacht dat vanwege de op hol geslagen inflatie, steeds meer levensmiddelen van slechte kwaliteit op de schappen te zien zullen zijn.

Wat betreft de milieu-inspecteurs die de verschillende foodhandlerszaken moeten bezoeken, moet een roulatiesysteem toegepast worden. Na drie tot vier maanden moet men naar een andere omgeving gemuteerd worden, vindt de wetenschapper. Ook moet het “Check-the-Checker-systeem” toegepast worden. Het werk van de milieu-inspecteurs moet steekproefsgewijs gecontroleerd worden. “Ook moet bij de Haven de inspectie beter, want vanaf daar gaan zaken goed mis.” stelt Stutgard.

Met pensioen, maar nog actief
De levensmiddelentechnoloog is intussen al bijna een maand met pensioen. Het afgelopen semester verzorgde hij geen colleges meer op de universiteit, waardoor de verandering geleidelijk is geweest. De focus was vooral op het afronden van verslagen van studenten van de verschillende vakken. Echter verzorgt hij nog steeds colleges bij de Alpha Beta Opleiding. Ook bij JTV geeft hij het vak microbiologie. “Wat ik zeker zal missen zijn de afstudeerprojecten, de dagen dat de experimenten maar niet willen lukken en uiteindelijk de afstudeerpresentaties waarbij we ons flink konden aanstellen”, lacht hij.

Handenwassenproject grootste verworvenheid
Stutgard kent een scala aan verworvenheden. Toch vindt hij het Scholenhandenwassenproject de belangrijkste. Dat heeft hem namelijk in staat gesteld om Surinamers van het eerste leerjaar tot en met de universiteit te trainen in het handenwassen. In november 2009 is hij ermee begonnen en tot nu toe heeft hij meer dan 25.000 Surinamers getraind. “In 2021 werd het handenwassen verplicht vanwege de Covid-pandemie. Presidenten, premiers, koningen van de wereld motiveerden toen hun burgers hun handen te wassen om contaminatie te voorkomen. Mijn team - Johanna Lakhisaran, Maggie Schmeitz, Gracielle Wongsoredjo, Dave Wirjomenggolo, Sharita Rambaran en Priya Ganesh – en ik waren onze tijd dus ver vooruit.”

Opzet oriëntatie Agroprocessing
Een andere verworvenheid is de realisatie van de oriëntatie Agroprocessing, oftewel levensmiddelentechnologie. Vanaf zijn terugkomst uit België op 17 oktober 1994 was het zijn bedoeling om zo’n oriëntatie op te zetten.  Studenten die hem als hoofdbegeleider kozen, liet hij onderwerpen kiezen die daarmee te maken hadden. Zo studeerde Jerrol Pinas op 7 december 1997 af op het onderwerp “Suikervrije konfijten”. Marinie Warsosemito rondde haar studie in oktober 1998 af met als onderwerp Houdbaarheid van enkele vissoorten op ijs te weten: Dagutifi, Kodoku, Zwarte tilapia.

Sairras Clarence W. studeerde in mei 1999 af op Kwaliteitsanalyse van rijst (Oryza sativa L.). Het stageproject van Roma Ho in 1999 was getiteld “Ruwe eiwitbepaling van enkele visproducten van Suvveb N.V. (filets, burgers, sticks, ballen)”. En in november 2003 studeerde Natascha E. Macnack af op het onderwerp: Een aanzet tot een evaluatie van kwaliteitsaspecten van de markoesasappenproductie in Suriname. De oriëntatie Agroprocessing kwam in het collegejaar 2009/2010. De oprichters zijn Robert Kross, Robert Tjien Fooh, Marijke Alibahadoer en Stutgard.  

Nog veel in petto
Of hij nu op zijn lauweren gaat rusten? Zeker niet. “Ik zal me eindelijk focussen om de Tweede Surinaamse Sportencyclopedie te schrijven. Op 19 juni 1990 heb ik de Eerste Surinaamse Sportencyclopedie (1893 – 1988) gepubliceerd. Dat is 34 jaren geleden en in deze Jaren is heel veel gebeurd. Ook zal ik mijn biografie vastleggen en samenvattingen van de afstudeerverslagen van de studenten die mij als hoofdbegeleider hadden gekozen. Wat nu gebeurt, is dat studenten een afstudeerproject uitvoeren, tijd, energie en geld erin stoppen, maar als ze nu eenmaal afgestudeerd zijn, verdwijnen de afstudeerverslagen in lades. Dat noem ik kapitaalverlies en daarom wil ik met de verslagen van mijn afstudeerders het anders doen.”