Regering staat voor zware taak om SRD 2 miljard subsidie af te bouwen

Ook Suriname ontkomt niet aan de gevolgen van klimaatsverandering en El Niño. Veel landen kampen met het opdrogen van meren, stuwmeren en rivieren, waardoor de energieopwekking in gevaar komt. Lage waterniveaus bij stuwdammen zijn funest voor energieopwekking. Het Afobaka-stuwmeer kampt ook met een lage waterstand, waardoor er minder energie kan worden opgewekt. Dus moet de EBS zich wenden tot fossiele brandstoffen om het tekort op te vangen.

En precies daar zit de uitdaging van de regering. Terwijl zij bezig is met de uitfasering van de energiesubsidie, moet zij nu inkomen met SRD 100 miljoen per maand om de energievoorziening veilig te stellen. Op jaarbasis is dat zo'n SRD 1,2 miljard, zegt president Chan Santokhi in een exclusief interview met Starnieuws. "Dus terwijl je de subsidie moet afbouwen, moet de regering nu inkomen." Dat is het verhaal dat hij aan het Internationaal Monetair Fonds (IMF) heeft duidelijk gemaakt. "IMF zegt akkoord, maar dan gaat u uw afbouw nog zwaarder moeten doen." Dat betekent volgens de president dat er vóór 31 december dit jaar SRD 2 miljard moet worden afgebouwd aan subsidies.

"Dit wordt een challenge en we zijn er nog niet uit."

Suriname doet het niet slecht bij de transitie naar groene energy. Op de tijdlijn van uitfaseren tot 2060, is Suriname al boven de 50% groen. Maar dan is het diezelfde impact van de klimaatsverandering die zorgt dat je waterspiegel van de stuwdam omlaag gaat met als gevolg minder energie, zegt het staatshoofd.

In elk geval is het all hands aan deck met alle deskundigen, energiedeskundigen, de vakbond om opnieuw te kijken naar het bezuinigingsplan voor de EBS. "De opdracht is gegeven om weer overleg te voeren met het IMF, want deze afbouw ligt buiten het draagvermogen van de samenleving."

Deze energie uitdaging komt op een moment dat het land juist uit de crisis geraakt. Volgens president Santokhi kan dit zorgdragen "dat alle goede resultaten die we geboekt hebben te niet worden gedaan". En sociale onrust wil hij absoluut niet. Dus gaat hij naar het IMF.

Het is een zware missie en de president beseft ook dat iets dat al 30 jaar lang is gecreëerd en is ontstaan, hij niet in drie jaar kan oplossen. "Maar," zegt hij, "we gaan het doen op een manier dat de samenleving het kan dragen."