Column: Politieke Borrelpraat 659

“Die Joly-man van Frans-Guyana is bezorgd over de sterke toename van Haïtianen die blijkelijk vrijelijk de ‘gesloten’ Marowijne-grens oversteken.”
“Ach, nu pas maakt hij zich zorgen, terwijl die Haïtiaanse mensensmokkel via hier al jaren aan de gang is.”
“Ja, nu pas, want na elke charter uit Haïti van onze Steeds Failliet Luchtbedrijf, de SFL, stijgt de stroom Haïtianen naar Cayenne met een sprong.”
“Maar waarvoor bestaat dan die zogenaamde controlepost te Stolkertssmokkelvijver?”
“Om mensen en van alles tegen betaling van een ‘soft’ door te laten, in beide richtingen welteverstaan. Poti, die wetspinaren daar verdienen toch zo weinig.”
“Mensenhandel en slavernij behoren sinds de oudheid tot de meest lucratieve handeltjes all over the world en dat zal zo blijven zolang er grof geld mee verdiend kan worden.”
“Ja helaas. Hier en ook aan de Franse kant wordt in georganiseerd verband flink verdiend aan die mensensmokkel van Haïtianen.”
“Maar je dwingt die mensen niet, ze willen zelf hun land uitvluchten op zoek naar een beter bestaan.”
“Ai, kijk wat voor politieke rommel het daar in Haïti nu weer eens is.”
“Ik zeg: die Joly-man zegt zich nu pas zorgen te maken, omdat hij door zijn regering in Parijs hoogstwaarschijnlijk flink op de vingers is getikt, zo van: ‘Eh broer, san y’e du drape? Goedkope arbeidskrachten laten binnenkomen, oké, daar profiteert ons bedrijfsleven goed van, maar ze moeten wel corona-vrij zijn. Geen gedonder met valse PCR-testen.”
“Wacht even, dus die Haïtianen die via ons naar Cayenne doorgesluisd worden, gaan naar Parijs?”
“Niet direct, maar ze zijn dan in ieder geval op Frans grondgebied, spreken Frans en hebben vele vrienden en familieleden daar die hun tori kunnen regelen.”
“Klopt, en vanuit Cayenne boren ze naar de Franse eilanden in het Caraïbisch gebied, zoals Martinique en Guadeloupe. Die zijn overzeese Franse departementen.”
“Dus zoiets als Bonaire een overzeese Nederlandse gemeente is.”
“Yes, my friend, zoiets. Die Franse eilanden tellen samen iets meer dan 800.000 inwoners, dus meer dan Switi Sranan.“
“Maar waarom maken die Haïtianen zo een omweg? Vanuit Haïti ben je toch in nog geen twee uren vliegen in Guadeloupe of Martinique.”
“Klopt mijn vriend, dan ga kijken hoeveel stappen je op dat vliegveld daar, dus op Frans-Europese bodem zet, voordat de gendarmerie of de marechaussee je weer opdondert naar Haïti.”
“Dus u zegt dat ze hier vrij en blij binnenkomen en net zo door kunnen gaan naar Saint Laurent du Maroni, al kost het hun nogal wat extra’s.”
“Yes my friend. En ze komen hierheen in georganiseerd verband, als een reisgezelschap.”
“Dat klopt. Ze vliegen samen, worden samen door de controle hier geloodst, slapen in hetzelfde pension, rijden met dezelfde bus, steken de Marowijne over met dezelfde boten, ala tori orga bun.”
“Net zoiets als een tijdje terug met die Cubanen, maar die kwamen vast te zitten te South Drain, dan a tori cancel.”
“Ai, je zag ook daar dat er een ‘orga’ achter de schermen bezig was.”
“Dus een hoop schakels verdienen aan deze mensen.”
“Wat dacht je? Eerst de luchtvaartmaatschappij. Zag je die lijst op Sterrennieuws van charters van Haïti naar Zanderij, terwijl voor ons, wij slaven van Suriname, het luchtruim gesloten is?”
“Ow, daarom klaagde het personeel van onze andere carrier, die Fly No Ways, dat de Steeds Failliet Maatschappij wel toestemming voor charters krijgt en zij niet.”
“Maar er kwam een kink in de kabel toen de vreemdelingenpolitie alhier een aantal paspoorten van zo een lai Haïtianen achterhield. Probleem, want dat was niet de afspraak, werd gezegd.”
“En de zaak rolde verder toen onze Chitra van de Alfabetische Zender dat Jubitaantje van dat Transportministerie in een live-interview flink in bochten liet kronkelen…”
“Ai, ons Jubitaantje wist niet hoe hij moest liegen, bedriegen, verzinnen en afschuiven, wat een afgang was dat!”
“Maar intussen is de machtigingswet om dat nieuwste Surfin-ding op te richten door de kawolasi-jaknikkersclub in DNA goedgekeurd, op Barba-Tigri na die durfde niet eens te zijn.”
“Maar er is vaker gesuggereerd dat Barba-Tigri vanuit zijn partij binnen de coalitie van z’n voorzitter dingen mag zeggen, die zijn voorzitter niet kan zeggen, anders brengt die de ‘hechte’ coalitie in gevaar.”
“Werd een minister met gezin daarom niet snelsnel naar Miami gestuurd, zogenaamd voor privé of piloten keuren, alleen om de interne coalitiespanning wat te doen afkoelen?”
“Mi no sabi, maar velen vinden dat die partijvoorzitter, tevens VeePee, de parlementariërs van zijn partij niet mag opdragen vóór of tegen een wetsontwerp te stemmen.”
“Hij mag, want dat doen partijvoorzitters sinds de jaren vijftig van de vorige eeuw. Dat heet ‘partijdiscipline’. Alleen deed Lonneman het gewoon openlijk en niet bakabaka in de fractiekamer.”
“En vele DNA-leden zeggen ‘ja en amen’ tegen deze partijvoorzittersdiscipline, anders komen ze niet meer op een verkiesbare plaats bij de volgende verkiezingen en komt er een half- of beperkt geschoolde figuur in hun plaats in DNA.”  
“Klopt. En als ik naar die stompzinnige discussies over juridische kwesties van een aantal van onze parlementariërs bij de behandeling van die machtigingswet luister, blijkt steeds weer hun onkunde over wet- en regelgeving.”
“Daarom hebben we toch zovele goedgekeurde laplapu-wetten vol fouten, gaten en mazen?”
“Daarom vind ik dat een parlementariër minstens een bachelor in de Rechtswetenschappen of gelijkelijk niveau moet hebben. Hoe gaan ze anders onze wetten met kunde beoordelen?”
“Dat kan je niet van ze eisen, want het zijn volksvertegenwoordigers.”
“Bedoel je met ‘volk’ alleen maar arme en ongeschoolde mensen en dat hun vertegenwoordigers dan ook dat niveau moeten hebben? Wat voor nonsens is dat?”
“Voor mij betekent ‘volk’ de totale samenleving, de bevolking, iedereen. Je bent dus geen volkse vertegenwoordiger, maar bevolkingsvertegenwoordiger.”
“Yaeh, proost daarop.”
“Anders kweek je zeker onder de jongeren de mentaliteit dat je nauwelijks of beperkt geschoold hoeft te zijn om wetten en regels voor het land te kunnen goedkeuren. Je moet alleen in landsvergaderzaal flink met modder en bakba naar de ‘tegenstander’ kunnen smijten.”
“Yaeh, met goed geschoolde en kritische parlementariërs w’o set’en moro bun.”
“Proost daarop.”
“Er zal dan eerder verlichting komen, yeah, licht in de tunnel, ik zie het licht al.”
“Hopelijk is het geen aanstormende trein.”
“Geen proost daarop.”

Rappa