Minister Wonnie Boedhoe van Financiën en de econoom Sylvano Tjong Ahin vinden onafhankelijk van elkaar dat de Sociaal Economische Raad (SER) bij de vicepresident moet worden ondergebracht. Beiden zijn ex-voorzitter van de Vereniging van Economisten in Suriname (VES). Tjong Ahin hield een inleiding over donorcoördinatie in Suriname, georganiseerd door de VES. "Wij hebben niet afgestemd met elkaar en toch zijn wij het eens met elkaar omdat wij deze zaak technisch bekijken", aldus Boedhoe woensdagavond in hotel Torarica.

De voorzitter van de VES, Clyde Cairo, overhandigde de minister een boek waarin is vervat het verslag van het seminar 'Ontwikkelingsfinanciering Suriname na 2010'. Dit seminar werd georganiseerd door de VES en het ministerie van Planning en Ontwikkelingssamenwerking, waar Ricardo van Ravenswaay het bewind over voerde. Ook hij kreeg een exemplaar van het boek uitgereikt. Van Ravenswaay merkte op dat het initiatief is genomen om het probleem van ontwikkelingssamenwerking te bespreken. Er moesten alternatieve wegen gezocht worden voor de ontwikkelingsfinanciering omdat de fondsen uit de verdragsmiddelen opgeraakt zijn.

Het ministerie van Planning en Ontwikkelingssamenwerking is intussen opgehouden te bestaan. Een deel van het ministerie wordt ondergebracht bij Financiën en een ander deel bij Buitenlandse Zaken (Buza). Tjong Ahin raadt het absoluut af om de donorfinanciering onder te brengen bij Buza. Hij wijst erop dat het hier gaat om planning van de ontwikkeling. Dit heeft niets te maken met diplomatie. De econoom wijst erop dat Buza niet gaat over voortgang van projecten.

Volgens Tjong Ahin hoort de SER onder de vicepresident, want deze raad heeft te maken met diverse ministeries. Ook het Planbureau, dat versterkt dient te worden, moet onder de vp vallen. Hetzelfde geldt volgens hem voor het Algemeen Bureau voor de Statistiek.

De voorzitter van de VES, Clyde Cairo, overhandigt een boek over de ontwikkelingsfinanciering aan minister Wonnie Boedhoe van Financiën. (Foto: Ramon Keijzer)