Kensen deelt in de dagorder mee dat manschappen op maandbasis maximaal 150 overwerkuren mogen hebben. Onderofficieren zijn beperkt tot 120 overuren en officieren tot 75. Gemiddeld worden er 200 overuren per maand gemaakt. Dit komt door gebrek aan voldoende personeel, zegt Atompai. Hij vindt dat er niet ingekort kan worden op veiligheid. Bovendien zullen de politieagenten nu minder verdienen, wat een daling van de koopkracht inhoudt.

"Met slechts 75 overuren voor officieren, zal het werk niet gedaan kunnen worden. Er zijn niet genoeg officieren", legt Atompai uit. Ook voor politieagenten en onderofficieren betekent het dat het tekort aan personeel voelbaar zal zijn. "Als wij geen overuren mogen maken, dan moeten er mensen zijn om het werk te doen. En die mensen zijn er niet. Gewoon van de een op de andere dag wordt er zo een besluit genomen. Dit kan niet. De politiefunctionarissen roeren zich", merkt Atompai op.

In de dagorder wordt uitgelegd dat naast het KPS ook de andere korpsen een beperking hebben voor het maken van overuren. Er is een schrijven van de minister van Financiën & Planning gegaan naar Justitie & Politie en overige ministeries. Voor overschrijding van de maximale overuren kan alleen na goedkeuring van de minister. De aanvragen moeten vooraf schriftelijk gemotiveerd worden aangevraagd.