ABOP-voorzitter tevens vicepresident Ronnie Brunswijk vraagt het publiek op het Onafhankelijkheidsplein een vuist te vormen. (Foto's: René Gompers)


ABOP-voorzitter tevens vicepresident Ronnie ‘bigi Bravo’ Brunswijk, overweegt ook naar het Constitutioneel Hof te stappen. Hij stelt dat hoewel de slavernij allang voorbij is men nu met “het systeem” de Marrons wil onderdrukken. Brunswijk is verhuisd naar Paramaribo om hier “de strijd te strijden”. Hij is nu vicepresident maar er moet nog iets bovenop roept hij zijn gehoor toe, op het Onafhankelijkheidsplein tijdens Marrondag. Brunswijk mikt op het presidentschap om meer te kunnen doen voor de achtergestelden. 

De politicus is zeer onder de indruk van de grote opkomst op het Onafhankelijkheidsplein waar Marrondag uitbundig is gevierd, maandag. Er is een uur uitgetrokken voor toespraken van Leo Brunswijk van de organisatie, enkele traditionele gezagsdragers, voorzitters Brunswijk en Paul Somohardjo van Pertjajah Luhur.

“Ik vecht voor de kansarmen,” geeft Brunswijk aan. “Zolang die ongelijkheid er is zal ik doorgaan. Ze zeggen dat het binnenland goedkope zetels heeft. Nu willen ze het veranderen, naar de stad brengen. Ik heb mezelf dan weggehaald en ben nu in Paramaribo. Want de strijd gaat hier gestreden worden.”


“Kijk hoe ze met ons omgaan,” vervolgt Brunswijk. “De ijzeren ketting aan ons nek is weg maar ze willen ons nu doodmaken met het systeem. Dan gaan ze naar het Constitutioneel Hof om het (zetels) weg te halen. Wel, ik loer ze. Ik heb ze gewaarschuwd maar ze vonden dat ik ze bedreigde. Ik waarschuw niet meer. Nu ben ik in Paramaribo, we gaan strijd voeren.”

Brunswijk: “Wij kunnen ook naar het Chof. Omdat uiteindelijk, als je zegt dat het binnenland goedkope zetels heeft, dan moeten de prijzen in het binnenland hetzelfde zijn als in de stad. Maar we hebben geen goede gezondheidszorg, geen goed onderwijs, maar je zegt dat er gelijke rechten zijn. Ze doen nog steeds met ons hè. Er is maar één ding dat ons hieruit kan halen. Jullie zien dat ik nu vicepresident ben en toch kan het systeem niet veranderen. Er moet nog iets bovenop…er moet nog iets bovenop! Om dat te bereiken moeten wij een eenheid vormen.”