Eigenaar en directeur Ramsoender Jhauw is er niet over te spreken dat zaterdag het gebouw aan de Zwartenhovenbrugstraat waarin een filiaal van NV Surishopping was gevestigd, is ontruimd. De spullen, veelal schoenen, zijn door omstanders meegenomen. Jhauw zal het niet hierbij laten. Hij heeft een advocaat in de arm genomen. Hij vindt dat de ontruiming door de Godo Bank onterecht is. Jhauw roept de mensen op die er met de spullen vandoor zijn gegaan, om ze terug te brengen.

De bank heeft het gebouw op de veiling geplaatst. "Ik vind het een onrechtmatige veiling," deelt Jhauw mee. "Er zijn bewijzen genoeg dat het niet moest. In een van de rechtszaken heeft de rechter in zijn vonnis opgenomen dat het voor hem niet aannemelijk is dat Godo de bedoeling heeft om het pand te veilen voor een bedrag dat lager ligt dan de reële executiewaarde. De reële executiewaarde is door een taxateur van Godo zelf bepaald. En ze hebben het pand dan nog verkocht onder de reële waarde.” Jhauw wil geen bedragen noemen en geeft niet aan wat de ‘juiste’ prijs moet zijn. Hij wil ook niet meedelen hoe hoog de schuld van het bedrijf bij de bank is.

Wat de geleden schade is, is nog niet helemaal duidelijk geeft Jhauw aan. Het gaat niet alleen om de weggedragen schoenen. Ook computers met waardevolle informatie zijn op straat gezet. De data van jaren is waarschijnlijk ook verloren gegaan. “Ik heb het aan de advocaat overgelaten,” deelt Jhauw mee. “Maandag hebben we misschien een beter beeld. We willen natuurlijk de geleden schade op iemand verhalen. De veiling is onrechtmatig.”

“Ik heb geen wrok en draag geen haat tegen niemand,” merkt Jhauw op. “Ook niet tegen de bank, niet tegen de deurwaarder, niet tegen de mensen die de spullen hebben meegenomen. Die gevoelens zijn niet gezond. Ik heb iedereen vergeven. Het is een zware strijd maar er is overwinning aan het eind. Surishopping gaat door. Binnenkort komen we zelfs met een nieuw product, een verrassing. Wij gaan door. Opgeven is geen optie.”

Jhauw: “Ik roep de mensen op om de spullen terug te brengen. Sommige mensen hebben hun auto’s gepropt met de spullen. We leven in een moeilijke tijd, we hebben de inkomsten hard nodig. Houdt u rekening met ons, de werknemers. Kijk, twee paar schoenen kan ik laten voor de mensen. Maar brengt u alstublieft de rest van de spullen terug."