"Een van de instrumenten om de volgende generaties duurzaam te laten meeprofiteren van de olieopbrengsten hebben wij inmiddels geïmplementeerd door het Spaar- en Stabilisatiefonds bij wet in te stellen. Bij meeropbrengsten is het onze taak om de regering daarop af te rekenen. Maar ook deze significante oliefonds die nog commercieel gekwantificeerd moet worden, moet ons niet afhouden van onze taak tot verdere diversificatie van onze kwetsbare economie," stelt Sapoen. 

Meeropbrengsten uit de winningsindustrie moeten blijvend worden aangewend voor stimulering van de agro-industrie, de ICT-sector en het toerisme. "Dit zijn de economische sectoren die naar mijn mening duurzaam zijn en waarop we als land  zwaar moeten inzetten. Een belangrijke vraag die we ons verder moeten stellen is hoe ons lokaal bedrijfsleven kan inspelen op de miljarden offshore activiteiten van de oliemaatschappijen. Wat is het vermogen en de capaciteit van onze lokale ondernemers om te voldoen aan de vraag naar goederen en diensten van de offshore olieproductie? Een tussentijds Industrial Baseline study van Staatsolie vorig jaar wees uit dat ons bedrijfsleven nog niet voorbereid is daarop. In deze pre-productie fase is het dus van enorm belang dat de overheid samen met het bedrijfsleven en zeker ook de technische opleidingsinstituten zich urgent buigen over de geconstateerde tekortkomingen en daarin investeren. De regering zal daarbij de lead nemen. Ik feliciteer de totale gemeenschap met dit gigantische succes, de regering voor haar vasthoudendheid en zeker Staatsolie voor haar onwrikbaar geloof in eigen kunnen, stelt Sapoen.