Suriname moet werk maken van plantgenetische hulpbronnen
04 Apr 2011, 11:00
foto


Suriname moet er alles aan doen om de grote rijkdom aan plantgenetische hulpbronnen in stand te houden. De tijd is rijp voor nationale richtlijnen en wetgeving voor het behoud en duurzaam gebruik van deze voedingsgrondstoffen. Tegelijkertijd moet ons land zich binnenkort aansluiten bij het internationaal verdrag over plantgenetische hulpbronnen voor voeding en landbouw. Internationale samenwerking is van belang gezien de klimaatsveranderingen en de voedseltekorten die wereldwijd ontstaan.

Dat zijn enkele conclusies na de tweedaagse workshop over plantgenetische hulpbronnen die vrijdag werd afgesloten. Het ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV) maakt dit vanochtend in een persbericht bekend. De bijeenkomst werd georganiseerd door het ministerie LVV in samenwerking met de wereldvoedselorganisatie Food and Agriculture Organization (FAO) van de Verenigde Naties. De workshop maakt deel uit van het éénjarig LVV-FAO programma dat moet uitmonden in een nationaal systeem of databank om informatie uit te wisselen over plantgenetische hulpbronnen voor voeding en landbouw.

De deelnemers zijn het er roerend over eens dat er snel concrete stappen moeten worden gezet. Rudi Nelom, wetenschapper van de afdeling Landbouw van het onderzoekscentrum van de universiteit, CELOS, vindt dat “we ons moeten verplichten om er iets van te maken.” Tijdens zijn afstuderen is hij geconfronteerd met de noodzaak om plantgenetische data te behouden. Hij vindt dat zijn afstudeerthesis over cassave duidelijk heeft bijgedragen aan dit streven. CELOS heeft nu ongeveer 115 variëteiten aan cassave.

Geen toegang tot internationale data

Jerry Tjoe Awie ondervindt als coördinator Veredelingsprogramma van het ADRON, het Anne van Dijk Onderzoekscentrum Nickerie, grote problemen omdat Suriname zich nog niet heeft gecommitteerd aan het internationale verdrag op het gebied van plantgenetische hulpbronnen. Zo kreeg Tjoe Awie bij het verzamelen van rijstrassen geen toegang tot internationale data.

Daar moet dan ook snel verandering in komen, vindt FAO-deskundige Stefano Diulgheroff: “De treaty biedt Suriname een unieke kans om onder andere in aanmerking te komen voor fondsen en capaciteitsopbouw. Het land zou gebruik moeten maken van de voordelen die de rijkdom aan plantgenetische hulpbronnen te bieden heeft. Belangrijk daarbij zijn de politieke ondersteuning en de publieke bewustwording.”

Volgens Diulgheroff zou Suriname binnen de Caricom het voortouw kunnen nemen op dit gebied: “De Caribische landen, ofschoon enkele lid zijn van de Treaty, hebben tot nog toe geen concrete acties ondernomen. Integendeel zijn de investeringen in de landbouw afgenomen.” De FAO-deskundige benadrukt dat plantgenetische hulpbronnen belangrijk zijn voor de mensheid; “Plantgenetische hulpbronnen zijn publieke goederen die moeten worden gedeeld.”

In juni organiseren het ministerie van LVV en de FAO een tweede workhop over plantgenetische hulpbronnen. De deelnemers hebben met elkaar afgesproken om voor die tijd, ieder op hun werkgebied, genetische informatie te verzamelen. Daarmee kan dan een begin worden gemaakt met het toegankelijk maken en uitwisselen van informatie.


Advertenties

Sunday 05 May
Saturday 04 May
Friday 03 May