Jeremia B., Burten V. en Clarence B. staan in het tweede en derde kanton terecht, omdat zij diverse diefstallen hebben gepleegd. Officier van justitie (ovj), Nirmala Maikoe, heeft tegen elk van de verdachten in het tweede kanton een celstraf van anderhalf jaar geëist. In het derde kanton vordert ze een celstraf van drie jaar tegen elk van de verdachten. In het tweede kanton acht ze twee diefstallen in winkels bewezen en in het derde kanton zijn dat vijf van de tien diefstallen.

Maikoe voert aan dat de verdachten op sluwe en brutale wijze de diefstallen gepleegd hebben. Een van de verdachten informeerde zogenaamd naar de prijzen, terwijl de anderen goederen stalen. De officier merkt op dat er een vast patroon is in de handeling van de verdachten. De verdachten weigeren om op een eerlijke manier de kost te winnen. Met de gestolen gelden hebben ze auto’s en sieraden gekocht. De verdachten ontkennen de feiten gepleegd te hebben.

Advocaat Hedley Derby zegt dat zijn cliënt Burten V. niet herkend is door benadeelden. De verdachte ontkent en de raadsman vindt dat er onvoldoende bewijzen zijn tegen. Derby benadrukt dat de mannen in de winkels gesignaleerd zijn, maar dat het nog niet betekent dat zij de diefstallen gepleegd hebben.

Ook collega Shefani Amirkhan zegt dat haar cliënt Clarence B. onschuldig is. Ze voert aan dat een buurman een voertuig heeft zien wegrijden, maar hij heeft niet het volledige kentekennummer gezien. Raadsman Raoul Lobo vindt dat er veel twijfels zijn over bepaalde herkenningen. Hij doet het verzoek om de voorlopige hechtenis van zijn cliënt Jeremia B., die al twee jaar in voorarrest zit, op te schorten. Rechter Maytrie Kuldipsingh zal het besluit over dit verzoek op de zitting van 1 december nemen. Deze zaak zal op die dag verder worden behandeld.

Wanita Ramnath