Kanhai blijft erbij dat dagvaarding Bouterse nietig is
27 Feb 2021, 05:22
foto
Ex-legerleider tevens verdachte Desi Bouterse en zijn raadsman Irvin Kanhai (rechts) na de zitting van de Krijgsraad donderdag. (Foto: Raoul Lith)


Advocaat Irvin Kanhai sloeg vrijdag bij het voeren van het woord voor de laatste keer tijdens zijn opgeworpen excepties in de verzetszaak tegen ex-legerleider Desi Bouterse, acht op de Wet Militaire Strafrechtspleging. Hij wees daarbij erop dat in de dagvaarding van Bouterse, die hij een bescheid noemde, is vermeld dat de vervolgingsambtenaar dagvaardt. Volgens Kanhai moest het vermeld staan dat de auditeur-militair dagvaardt.

Kanhai vindt dat de kop van de dagvaarding niet voldoet aan de wettelijke vereiste. Hij vroeg nietigheid van de dagvaarding. Hij had daarbij twee andere dagvaardingen toegevoegd aan zijn betoog om aan te tonen op welke wijze gedagvaard moet worden. De raadsman citeerde uit de Wet Militaire Strafrechtspleging dat ‘de taak van het Openbaar Ministerie wordt in de militaire strafvordering uitgeoefend door de auditeur-militair of diens plaatsvervanger, welke lid dienen te zijn van het Openbaar Ministerie bij de gewone rechterlijke macht’.

Volgens de raadsman ontbreken verder in het bescheid de omstandigheden waaronder het feit zou zijn gepleegd. Cynthia Valstein-Montnor, president van de Krijgsraad, vroeg aan Bouterse of hij na het betoog van de raadsman nog iets toe te voegen had. “Ik wens niets toe te voegen. Ik denk dat mijn raadsman heel helder en duidelijk was”, zei Bouterse. De verdachte kon zich bij de aanvang van de behandeling van zijn zaak vrijdag, zijn adres niet meer herinneren.

De zaak wordt op 31 maart verder behandeld. Dan zal de Krijgsraad een uitspraak doen over de excepties die opgeworpen zijn door Irvin Kanhai. De Krijgsraad heeft de raadsman en auditeur-militair Manro Danning aangehoord en zal het oordeel hierover vellen.

Advertenties