"Zo heren,
ik open het nieuwe ‘drinkingyear’ van onze zuipclub. Welkom."
"Ja, scholen
gaan open en niet open, vanwege heftige Frau miet vrouw."
"Ik vind die
BvL-dame wel fier: ze heeft haar punt gemaakt en eist ‘aan tafel, mevrouw de
andere mevrouw!"
"Ik vind
haar vrijpostig; de bond wil op de stoel van het ministerie gaan zitten."
"En iron
lady stelt: ik tafel niet met jou. Anders erken ik jouw macht."
"We houden
van dat ding: eerst moeilijk doen: vervaarlijk grommen, brommen en blaffen naar
elkaar, net niet bijten. Velen om ons heen gillend, blèrend in paniek, oh, het
kind weer de dupe, het schooljaar gaat er aan, slagingspercentages gaan
droppen, en dan… en toen?"
"Bigi bere
njan pampoeng."
"Ja lollig.
En op het laatste moment wordt er dan alsnog gepraat en zie daar: er komt een
soort van oplossing uit de bus."
"Klopt, dan
hebben we beiden aandacht getrokken en onze macht gewezen. Ik zou als bevolking
gewoon geen aandacht aan hen besteden, dan houden ze wel op met dit gekrakeel."
"Echt niet!
Ik zou radicaal een eind hebben gemaakt aan dit gedoe zowat elk begin van het
schooljaar op die vos-scholen."
"Hoe? Zou je
ook gaan dreigen met ‘no work no pay’? Dan zegt de tegenpartij: ‘no pay, no
work?"
"Nee, ik zou
zeggen: voor de leerkrachten die zich maandag op hun vakbondscentrum aanmelden
en niet op school, zal een salarisblokkade ingaan. De scholen die met de
resterende leerkrachten toch pokopoko opengaan, gaan open, de rest gaat dicht
tot nader order. Klarie. Laat de bond je salaris maar betalen. Ze hebben geen
stakingskas, maar zijn wel stakingskras."
"Jeetje mang
Ron, een deel open, een deel dicht. Nee mang, plus je gaat ouders en studenten in opstand doen komen, zoals die
gemaskerde jongelui in Hong Kong en in Afghanistan. En dat willen we niet met
een naderende verkiezing."
"Sorry, ik
ben van het RRM, het Radicale Reagan Model. Die 11.400 luchtverkeersleiders in
de USA wilden in 1981 toch staken? A man Reagan ontsla ala den man."
"Ja, maar er
moest allerlei half gekwalificeerd personeel en zelfs militaire
luchtverkeersleiders ingezet worden. Het duurde zowat 10 jaren voordat alles
weer up to date was."
"En wie ga
je inzetten als je de stakende leerkrachten ontslaat of iets dergelijks? Ga je
de ‘Neks-no-foutclub’ en de opa’s van de Leonsbergzuipclub als stakingsbrekers
gebruiken?"
"Maar hoe
vonden jullie de jaarrede van de president? Velen vonden het weinig
inspirerend."
"Sinds begin
deze eeuw luister ik niet naar die jaarlijkse babbelpraat. Tijdverlies."
"Nou, toch
is het een belangrijke toespraak in elk zichzelf respecterend democratisch
land."
"Je zegt het
zelf: ‘zichzelf respecterend’. Respecteren we onszelf wel, gezien wat we steeds
als kippen zonder kop kiezen om ons te leiden en regeren?"
"Moh
sakaaaaaah koers!"
"Dat heeft
hij toch gedaan gekregen.”
“Ja, met die
zogenaamd niet geleende cash dollars van de FED. Meer om onze gesubsidieerde
schijnwelvaart tot de verkiezingen in stand te houden.”
“Denk je dat
ík daarover klaag? Liever dit gesubsidieer en geleen dan elke dag in allerlei
rijen te gaan staan om wat benzine, spijsolie, suiker, sigaretten, pampers,
aardappelen en hondenrijst te gaan bedelen, zoals vooral tijdens jouw groene
president met z’n rampzalige ‘nuloptie.”
“Heren,
heren, niet eenzijdig verwijten, dit is een collectieve schuld.”
“Wat ik
steengoed vond, was dat die Deken van de juristenclub….”
“Deken? Is
ze geen kussen of sloop?”
“Onderbreek
me niet, zuiplap, ‘deken’ is voorzitter, dus die voorzitter stelt dat er ook
een soort tuchtcollege voor rechters moet komen, waar je kan klagen als een
rechter in jouw case een misstap heeft begaan.”
“Mooi
initiatief, maar dan gaat zo een college het druk hebben, want ook mensen die
het gewoon niet eens zijn met een rechterlijke uitspraak, en dat zijn er velen,
zullen bij dat tuchtcollege voor rechters gaan aankloppen.”
“Natuurlijk
word je case tegen een kleine kostenvergoeding eerst beoordeeld, voordat het in
behandeling wordt genomen.”
“Als er
tuchtcolleges voor juristen, deurwaarders, politiemannen, notarissen en straks
misschien ook voor rechters zijn, dan vind ik dat er ook zo een tuchtcollege
moet komen voor ministers die een scheve schaats rijden.”
“Dat ben ik
helemaal met je eens, want vaak nemen ministers hier beslissingen en als de
benadeelde naar de rechter gaat en wint, moet de schade uit onze
belastingcenten worden betaald. Laat zo een rommeldommel-minister de schade en
dwangsommen uit eigen zak betalen, dan kijken ze wel uit, voordat ze
blindelings beschikkingen tekenen, zoals die ene grappenmaker van NH toen
openlijk zei te hebben gedaan.”
“Heren, we
nemen hierbij dit voorstel aan. Ik zal het aan Baas doorgeven als hij in de
buurt langskomt om een praatje te maken.”
“Ja, nu de
verkiezingen naderen, gaan ze allemaal ‘huis aan huis.”
“En na de
verkiezingen is het ‘kluis in, kluis uit.”
“Maar een
jonge partij is er voorstander van dat er stemrecht wordt verleend aan
buitenlanders, dat kan toch niet, mang! Wat scheelt ze?”
“Je moet het
goed zeggen, beste Jules. Ze zijn er voorstander van dat mensen met een
buitenlandse nationaliteit, maar met aantoonbare Surinaamse roots, die zich
hier duurzaam hebben gevestigd, na een aantal jaren, zeg vijf, stemrecht
krijgen.”
“Daar ben ik
heftig voorstander van.”
“Ik ben
ertegen, omdat ze buitenlanders zijn en ik wil niet door buitenlanders
geregeerd worden.”
“Dan door
wie word je nu geregeerd, denk je?”
“En ze
vormen echt niet zo een grote groep, hoewel…”
“Maar waarom
ziet Jules dit als een probleem? Wat is er fout aan stemrecht voor deze groep?”
“Omdat deze
groep niet bestaat uit jaknikkers en slijmballen, maar uit kundige en kritische
jonge en oudere goed geschoolde mensen, die die patjapatja van onze dorpse
podiumschreeuwers doorzien en niet bang zijn daarover hun mond open te doen.”
“En de durf
hebben om desnoods naar de rechter te stappen om wantoestanden aan te klagen en
ons zo poweren en kritischer maken. En dáár zijn bepaalde hoi polloi-leiders
heel erg bang voor.”
“Meester,
even terzijde, wie groet u met ‘hoi polloi?”
“Niemand,
beste jonge vriend. Het is geen groet. ‘Hoi polloi’ is een term uit het oude
Grieks, en dat betekent: ‘de massa’, het minder geschoolde, sociaal zwakkere
volk. En wil je veel stemmen trekken, moet je het ‘hoi polloi’ achter je zien
te krijgen, liefst met ‘brood en spelen’. En dat lukt echt niet met allerlei
intellectueel gepraat. Dat is meer voor de middenklasse.”
“Ja, maar om
die middenklasse achter je te krijgen, is een hell of a job: ze weten het allemaal beter, zelfs beter dan
zichzelf.”
“Misschien
komt daarom uit vooral deze groep middenklassers in de stad het grootste aantal
niet-stemmers, maar ook het grootste aantal klagers, plagers, vlagers en
blagers.”
“Oké, dan
nemen we ook dit als motie aan, met één stem tegen.”
“Nee, ik ben
ook voor, jullie hebben me kunnen overtuigen. Laten we daarop toasten.”
“Jaaah.”
Rappa