Dyslexie (1)
02 Oct 2015, 14:28
foto


Aan de hand van een seri artikelen zal ik de lezers van ‘Starnieuws.com’ informaties verschaffen over dyslexie. Ik heb recentelijk enkele artikelen over het onderwijs in Suriname geschreven omdat dit onderwijs mij nauw aan het hart ligt. De aanleiding deze keer is het nieuwsbericht van Radio 10 op zaterdag 26 september 2015 over de dyslexietraining van leerkrachten van de EBGS en de RKBO. Ik wil aan leerkrachten beleidsmakers en vooral de ouders van leerlingen meer inzicht geven in wat dyslexie is, wat de impact van dyslexie is voor de dyslecticus, hoe internationaal met dyslexie wordt omgegaan, recente onderzoeksresultaten van dyslexie en een voorstel doen ten aanzien van een aanpak in het Surinaams onderwijs.

Dyslexie, waar hebben we het over?
Letterlijk betekent dyslexie ‘niet kunnen lezen’. Deze stoornis is aangeboren en erfelijk bepaald. Dat wil zeggen dat dyslexie niet over gaat. Bij kinderen met dyslexie gaat het lezen en spellen moeizaam, in vergelijking met leeftijdgenootjes en wat je gezien de intelligentie mag verwachten. De resultaten voor lezen en spellen blijven duidelijk achter ten opzichte van de andere schoolvakken. Ondanks veel oefenen en extra begeleiding is er nauwelijks vooruitgang zichtbaar, het probleem is zeer hardnekkig.

Deze hardnekkigheid is een belangrijk kenmerk van dyslexie en vormt een essentieel criterium in het dyslexieonderzoek. Er mag alleen gesproken worden van dyslexie als de problemen met lezen en/of spellen niet op een andere manier verklaard kunnen worden. De problemen zijn dus niet het gevolg van bijvoorbeeld aandachts- en concentratieproblemen (ADD, ADHD, autisme enz.), langdurende gehoorproblemen, beperkt taal-/onderwijsaanbod en intelligentieniveau.

Definitie
Twee definities: Dyslexie is een stoornis die gekenmerkt wordt door een hardnekkig probleem met het aanleren en het accuraat en/of vlot toepassen van het lezen en/of spellen op woordniveau. Dit betekent dat de gesignaleerde problemen ‘didactisch immuun’ zijn, oftewel niet of nauwelijks afnemen ondanks systematische en taakgerichte hulp door de leerkracht en/of de remedial teacher. Een belangrijke implicatie hiervan is, dat voor de vaststelling van dyslexie niet kan worden volstaan met een eenmalige testafname. Ook moet zijn aangetoond dat na vroegtijdige onderkenning en een periode van planmatige behandeling, het automatiseringsprobleem zich blijft voordoen. Het is echt een technisch leesprobleem en geen probleem op het gebied van begrijpend lezen, al kan het wel belemmerend zijn bij begrijpend lezen.

Een andere definitie is die van de Gezondheidsraad in Nederland, nl., 'het verschijnsel waarin automatisering van woordidentificatie (lezen) en/of schriftbeeldvorming (spellen) zich niet, dan wel zeer onvolledig of zeer moeizaam ontwikkelt’. Wat beide definities gemeen hebben is dat iemand met dyslexie niet of moeizaam tot automatiseren komt voor wat betreft lezen en spellen.

Feiten
Dyslexie komt voor bij ongeveer 2-4% van alle mensen. Drie keer zoveel jongens als meisjes hebben dyslexie. Bij dyslexie speelt erfelijkheid een grote rol. Als één van de ouders dyslexie heeft, dan heeft het kind 40 tot 50% kans op dyslexie. Als beide ouders dyslexie hebben, dan is de kans zelfs 80%. Als er in de hele familie geen dyslexie voorkomt, dan is de kans op dyslexie erg klein. Het is van groot belang om dyslexie vroeg te signaleren. Hoe eerder het kind passend onderwijs krijgt, hoe eerder een goede basis gelegd wordt. Dit kan de ernst van de problemen verminderen en ervoor zorgen dat het kind beter meekomt in de klas.

Dyslexie is niet te genezen. Behandelingen en therapieën kunnen het probleem niet voor 100% oplossen, maar ze kunnen wel helpen in het leren omgaan met dyslexie. Een goede behandelmethode sluit zoveel mogelijk aan bij het kind. Daarom is het goed om de volgende vragen te stellen: wat zijn de sterke kanten van het kind? Wat motiveert het kind? Welke middelen passen bij het kind? (computers etc.) en last but not least over welke middelen en vaardigheden beschikt de leerkracht. Goed dus dat er in ieder geval stappen gezet worden om de competenties van de leerkrachten op dit gebied te vergroten.
Ik hoop u met het bovenstaande geïnteresseerd te hebben voor de vraag wie wel en wie niet dyslexie heeft; hoe meten we en stellen we dyslexie bij kinderen vast. Daarom gaat mijn volgend artikel over de diagnose van dyslexie.

Senard Mawie
senardmawie@gmail.com
Advertenties

Friday 26 April
Thursday 25 April
Wednesday 24 April
Tuesday 23 April