De Stichting Arbeidsmobilisatie en Ontwikkeling (SAO) heeft 39 cursisten van de training Verpleeghulp gecertificeerd. Zij stromen in als verpleegassistent en versterken daarmee een zorgsector die onder druk staat. SAO verlengt de opleiding voortaan naar twaalf maanden en werkt aan omzetting van het certificaat naar een erkend diploma.

De geslaagden gaan in de praktijk verpleegkundigen en verzorgenden ondersteunen bij de zorg voor patiënten en cliënten in ziekenhuizen, verpleeghuizen, bejaardencentra en de thuiszorg. De training duurde tot nu toe negen maanden.

Bij de uitreiking sprak onderminister Raj Jadnanansing (Volksgezondheid, Welzijn en Arbeid - VWA) zijn waardering uit voor de nieuwe zorgprofessionals. Hij benadrukte dat werken in de zorg meer is dan een baan: “Het is een roeping. Voer het geleerde correct uit en zet daarbij uw hele persoonlijkheid in. Onze samenleving heeft u hard nodig, zeker nu de zorgsector onder druk staat door onder meer braindrain.” Hij moedigde de geslaagden aan om zich te blijven ontwikkelen: “Elke glimlach van een patiënt of cliënt is het bewijs dat uw werk van onschatbare waarde is.”

SAO-directeur Joce Lapar noemde het een moment om te beseffen dat in dit beroep de mens centraal staat. “U levert een bijdrage aan het welzijn van uw medemens. Het beroep vraagt niet alleen technische vaardigheden, maar ook soft skills, werkethiek en waarden als professionaliteit en geheimhouding.” Ze spoorde de geslaagden aan het certificaat te zien als sleutel tot doorgroei: “Via een van de ziekenhuizen kunt u hogerop komen, mits u zich inzet, discipline toont en uw werk naar behoren doet.” Lapar kondigde aan dat het certificaat zal worden omgezet in een diploma, erkend door het ministerie van VWA, en dat in oktober een nieuwe groep start; de opleiding duurt voortaan twaalf in plaats van negen maanden.

Naomi Esajas-Friperson, voorzitter van de Raad van Bestuur, merkt op dat de uitreiking niet alleen een hoogtepunt voor SAO is, maar ook voor het zorglandschap als geheel. De geslaagden tonen aan dat zij het welzijn van de mens hoog in het vaandel dragen en worden opgeroepen het geleerde met passie en inzet in de praktijk te brengen.