Kensenhuis: 'Onafhankelijke instantie behandeling ontslag'
15 Aug 2018, 06:35
foto
Patrick Kensenhuis, voorzitter commissie van rapporteurs Ontslagwet 2018. (Beeld: DNA)


“We hebben het bedrijfsleven gehoord en in de gelegenheid gesteld om de inzichten met ons te delen. Het bedrijfsleven kijkt uit naar verdere modernisering van de Ontslagwet en naar een helemaal onafhankelijk instantie voor het behandelen van de ontslagaanvragen”. Dit haalt Patrick Kensenhuis (NDP), voorzitter van de commissie van rapporteurs aan, tijdens de openbare commissievergadering dinsdag. In behandeling is de wet Ontslagwet 2018, die volgens het ministerie van Arbeid aan modernisering toe is.

“Wij gaan mee met de modernisering van de ontslagwetgeving en omdat wij natuurlijk van oordeel zijn dat die arbeidswetgeving wordt aangepast naar tijd en omstandigheden”, zegt Kensenhuis. “Dit leggen we ook voor aan het ministerie van Arbeid en de deskundigen om verder te kijken hoe wij uiteindelijk kunnen komen op een punt van, wanneer het gaat om afhandeling en behandeling van de ontslagvergunningsaanvragen, hoe wij dat zo onafhankelijk mogelijk kunnen maken. We kijken uit naar hoe het ministerie daarover denkt,” merkt Kensenhuis op, doelend op de vraag van het bedrijfsleven naar een onafhankelijke instantie.

De ontslagwetgeving maakt onderdeel uit van het ontslagrecht. Dit recht zoekt een oplossing voor de conflicterende belangen van de werkgever en werknemer bij de beëindiging van de arbeidsovereenkomst. “Het ontslagrecht is in de eerste plaats gericht op de bescherming van de arbeider tegen ontslag, hetgeen dus begrijpelijk is dat de arbeider materieel als immaterieel een groot belang heeft bij het behouden van zijn dienstbetrekking. Het ontslag van de arbeider kan niet zover gaan dat hierdoor een onaantastbare wet op continuering van zijn dienstbetrekking zou ontstaan”, licht Kensenhuis het wetsontwerp toe.

Regelgeving niet aangepast
Om het toenemende aantal ontslagen te reguleren in de particuliere sector, is in 1983 middels het decreet ontslagvergunning, het instituut voor de ontslagvergunning als noodmaatregel geïntroduceerd. Het was noodzakelijk dat er algemene regels moesten worden vastgesteld over het beëindigen van de dienstbetrekking door de werkgever. De noodzaak om deze regels in 1983 vast te stellen, had volgens de voorzitter van de commissie, een tweeledig karakter. De bescherming van de werknemers en het behouden van arbeidsplaatsen. De algemene bescherming werd vastgesteld in het artikel, welke het verbod oplegt aan de werkgever om de dienstbetrekking te beëindigen zonder een ontslagvergunning, verleend door de minister.

“Het instituut voor de ontslagvergunning werd geïntroduceerd als noodmaatregel, die zou gelden totdat de uitgebreide regeling in werking is getreden. Helaas hebben we deze uitgebreide regeling niet gehad”, benadrukt Kensenhuis. Het decreet is in 2001 verheven tot de Wet Ontslagvergunning. Het ontslagsysteem bleef gesloten, dit betekent dat de wijze waarop de arbeidsovereenkomst kan worden gewijzigd, uitdrukkelijk is vastgesteld. Beëindigingsmogelijkheden daarbuiten zijn onmogelijk. De door de werkgever aan te vragen ontslagvergunning wordt verleend door of namens de minister.

Jogi misnoegd
Commissielid Mahinder Jogi (VHP) denkt dat in 1983 een sociale, financiële, economische, politieke situatie heeft gegolden in het land, welke toen de regering de aanleiding heeft gegeven om voorziening te treffen. Hij wilt weten of de wet alleen voldoende is om ontslag te voorkomen en ook het verlies van arbeidsplaatsen. “Natuurlijk biedt de wet wat mogelijkheden, maar is dat alles. Wat zijn de overeenkomsten van 1983 met die van vandaag. Wat zijn de economische en financiële omstandigheden vandaag de dag. Hoe staat het met de stabiliteit in het land? Zijn er factoren die de arbeidsplaatsen bedreigen, zijn er factoren die het verlies van een baan stimuleren? Hoe gaan we dat wegwerken, zijn we in staat dat te doen? Of is het de bedoeling om dat binnen twee jaren weg te werken zodat inderdaad binnen twee jaren de evaluatie gehouden kan worden”, luiden de vragen van Jogi.

Hij wordt onderbroken door waarnemend voorzitter van DNA, Melvin Bouva, die vraagt om zijn kruit te sparen voor de plenaire openbare vergadering. “Openbare commissievergadering is om in te gaan op inhoudelijke, technische zaken van de wet aan de orde te stellen, zodat we een beter wetsontwerp hebben voor de plenaire vergadering. De beleidsmatige en zeker de politiek zaken zijn voor de politieke vergadering”, laat Bouva optekenen. Jogi uit zijn misnoegen en zegt dat hij de punten onder de aandacht mag brengen van de regering. “Of het nou gaat om politieke of geen politiek vragen, het heeft betrekking om de wet die nu voorbereid wordt. Er zijn meer zaken die bekeken en besproken moeten worden”, is de reactie van Jogi.

Meegaan met de tijd
Patricia Etnel (NPS), ook lid van de commissie van rapporteurs, mist de bescherming van de kleine onderneming door de regering in de ontwerpwet. “Er worden geen incentives geboden aan de onderneming om deze daadwerkelijk te beschermen. Je moet de geest van deze wet ook begrijpen; waarom is deze wet belangrijk, wat gebeurt er binnen onze arbeidswereld. Ik zie ook dat arbeidsinspectie steeds meer bevoegdheden krijgt, is de dienst gedecentraliseerd”, vraagt Etnel

“Het bedrijfsleven heeft gevraagd of de dienst Arbeidsinspectie zich beter gaat digitaliseren, zodat bijvoorbeeld bepaalde zaken via email gemeld kunnen worden. Zodat de loperij die ze nu hebben een beetje verholpen wordt”, zegt Silvana Afonsoewa (NDP). Volgens haar tonen de ontslagstatistieken aan dat het overgrote deel van de aanvragen en meldingen worden gehonoreerd in het voordeel van de werkgever. “Laat de werknemers zoveel te wensen over dat ze eigenlijk geen gronden hebben om verder bezwaar aan te tekenen. Kan dit nader bekeken worden?”, roept zij op.

De vragen zijn opgetekend door minister Cristien Polak van Sociale Zaken en Volkshuisvestig, die waarnam voor de minister van Arbeid, Soewarto Moestadja. Hij kon vanwege ziekte de vergadering niet bijwonen. Hij komt bij de volgende vergadering terug met zijn antwoord.

Yvanka Ozir-Awailame
Advertenties

Friday 26 April
Thursday 25 April
Wednesday 24 April