Matoekoe breidt centrum uit met schapenteelt
18 Jul 2017, 20:48
foto
Matoekoe, dat jongeren met een beperking opvangt, breidt uit met een skapu djari.


Matoekoe, een centrum voor kinderen en jongeren met een beperking, gaat nu ook schapen kweken. Met het ‘schapenproject’ leren de pupillen een vaardigheid erbij wat hun kansen op de arbeidsmarkt vergroot, kan de stichting meer inkomsten genereren en worden de onderhoudskosten van het centrum verminderd. Matoekoe kan in twee jaar naast kunstwerken, kaarsen, groenten en papier ook schapen aan de man brengen.

Het schapenproject is tot stand gekomen met donaties uit Nederland, van Quota NV en het ministerie van Landbouw, Veeteelt & Visserij (LVV). Het ministerie heeft de dieren en enkele plantensoorten gedoneerd. “We beginnen met drie schapen, twee ooien en een ram,” legt projectcoördinator Lysis Biekram uit. “Binnen twee jaar moet het zover zijn dat er meerdere schapen zijn. Die gaan we verkopen, ze zijn niet voor eigen gebruik,” benadrukt zij. Het plantmateriaal van LVV, waaronder Moringa, is bestemd voor een goed gebalanceerd dieet van de dieren. Het ministerie heeft de trainingen zijn ook verzorgd

Matoekoe telt zes werkplaatsen waarvan de producten op kleine schaal te koop worden aangeboden. Uit de biologische tuin worden er groenten en fruit aan de man gebracht en in de potterij wordt er aardewerk zoals vazen geproduceerd. Bij ‘ambacht’ wordt er textiel en vlechtwerk gemaakt en bij de ‘kaarsentrekkerij’ worden er oude kaarsen gerecycled tot nieuwe. Op de papierwerkplaats wordt er uit bananenstammen papier gemaakt. Het papier is goed genoeg voor schilderijen, kaarten en insteekhoezen. “Dit is eigenlijk ook een recycleproces,” merkt Biekram op. “De bananenbomen komen uit de tuin. Na de oogst worden de stammen naar de papierwerkplaats gebracht om papier uit te maken. Matoekoe telt minstens zeven pupillen die schilderlessen volgen van een heuse kunstenaar. Matoekoe staat vaker op beurzen.

De schapen zijn deel van de biologische tuin. Hun bewegingsvrijheid gaat niet beperkt blijven tot een enkele stal, deelt Biekram mee. In de tweede fase komt er nog een stal bij en zullen de dieren, af en toe, over het hele terrein mogen bewegen. “De jongens onderhouden het terrein wel, maar dat kost nog veel geld door de benzine die voor de brushcutters nodig is. Maar als je schapen hebt, kunnen ze helpen het terrein, op een natuurlijke manier, te onderhouden.”
Advertenties

Friday 26 April
Thursday 25 April
Wednesday 24 April