Andere koers varen bij 144 jaar Hindostaanse immigratie
05 Jun 2017, 16:07
foto
Zesdeklassers en leerkrachten OS Groot Henar Polder participeren in de bloemleggingsceremonie bij de Niemboom aan de Waterkant, ter gelegenheid van 144 jaar Hindostaanse Immigratie. (Foto’s: Ranu Abhelakh)


We moeten nu een andere koers varen en gezamenlijk één doel nastreven: welvaart en welzijn voor alle Surinamers, en werken aan een goede toekomst. Dit gaf Jan Soebhag, cultuurkenner en bestuurslid van de Culturele Unie Suriname (CUS) maandagochtend mee aan de zesdeklassers van O.S. Groot Henar Polder, uit Nickerie. “Jullie moeten dit oppakken.”

De scholieren zijn samen met twaalf leerkrachten in Paramaribo, voor hun jaarlijkse monumentale educatieve dag. Zij maken voor een schoolopdracht een ronde langs verschillende monumenten en belandden zo bij de Niemboom aan de Waterkant. Het oudste monument ter herdenking van eerste Brits Indische immigranten (contractarbeiders) uit 1873 – nu 144 jaar geleden. Daar stonden zes culturele en sociale organisaties gereed voor de jaarlijkse bloemlegging. De scholieren mochten meedoen in de herdenkingsceremonie. “We staan hier om 144 jaar immigratie te herdenken en te vieren”, zei Soerin Goerdayal, penningmeester van de Nationale Stichting Hindoestaanse Immigratie (NSHI).

Voordat de bloemen een plekje kregen op de gedenkplaat en de boomstam, ging eenieder eerst op zijn manier in gebed. Goerdayal bleef stilstaan bij de slechte en erbarmelijke omstandigheden die de immigranten hebben moeten doorstaan. De overtocht op het eerste immigrantenschip, de Lalla Rookh met 410 Indiërs, van wie 399 het overleefden en voet aan wal zetten in Commewijne. Hun moed, durf, doorzettingsvermogen op de plantages, en van velen de keuze om te blijven in Suriname, zijn redenen om de dag te vieren. “Anders stonden wij vandaag niet hier.”

Hij wees de leerlingen op de successen van de voorouders door de jaren heen. Als deel van de Surinaamse samenleving hebben zij hun bijdrage geleverd. Aan de nakomelingen de taak verder het land op te bouwen. Kleur, achtergrond of religie, mag hierbij geen sta-in-de-weg zijn. Goerdayal drukte de leerlingen - van verschillende afkomst - op het hart om verder te integreren in de samenleving, “maar wel met behoud van je cultuur, normen en waarden”. Dus ook minder Bollywood kijken of bezig zijn op je smartphone. En een beetje meer klassiek en een mandir, kerk of moskee bezoeken, voegde hij eraan toe.

“Het is een grote eer om hieraan mee te mogen doen. Dit maken wij niet elke dag mee”, zei schoolleider Widjawatie Ganpat, na de ceremonie. De onthulling van het ‘Baba & Mai’ monument van het weekend, in Nickerie is aan de leerlingen voorbijgegaan. Om meer te weten over het immigratie- en integratieverhaal bezoekt de groep later op de dag het Lalla Rookh museum.

De NSHI, de CUS bijgestaan door de Organisatie voor Hindoe Media Suriname, de jongerenvereniging Nauyuga, het Lalla Rookh Museum en de vereniging Shri Sanatan Dharm Paramaribo Noord hingen ook mala’s om de beelden bij het Monument ‘Baba & Mai’ aan de Kleine Combeweg. In namiddag komt de CUS weer bijeen op deze plek voor nog een bloemenhulde. De NSHI houdt in de avond een lezing over de betekenis van 5 juni en het einde van de contracttijd.

Haripersad Kanhai, zoon van twee Brits Indische immigranten, zette op 4 juni 1948 de Niemplant in de grond. Dit ter de gelegenheid van 75 jaar Hindoestaanse Immigratie. Kanhai (1929), zijn ouders zijn zelf als kinderen met hun ouders naar Suriname gekomen. Het idee voor een blijvend aandenken voor de Surinaamse samenleving, kwam van wijlen Jagernath Lachmon.
Advertenties

Friday 26 April
Thursday 25 April
Wednesday 24 April