PL dringt aan op vonnis terugroeping Sapoen en Chitan
28 Apr 2016, 02:37
foto


Sedert partijen op 15 maart uitgeprocedeerd zijn in het kort geding van de Pertjajah Luhur (PL) tegen de teruggeroepen parlementariërs Raymond Sapoen en Diepakkoemar Chitan, zijn reeds vijf weken verstreken, zonder dat er nog vonnis is gewezen. Toch blijft de PL nog het volste vertrouwen houden in de rechtsstaat, zegt PL-voorzitter Paul Somohardjo.

Dit neemt niet weg dat de partij de rechterlijke uitspraak met de grootste belangstelling tegemoet ziet. Het uitblijven van het vonnis is voor Gerold Sewcharan, raadsman van de PL in deze rechtszaak, reden geweest om een rappelschrijven te richten aan de rechter. In feite zou een week na 15 maart vonnis worden gewezen, maar toen dit uitbleef, richtte de advocaat eind maart een schrijven naar de rechter. Twee weken daarna, toen een reactie uitbleef, ging opnieuw een brief naar de kortgedingrechter.

“Ik heb voor het eerst meegemaakt dat een kort geding zo lang duurt. Dit is vrij uniek, maar ik heb het volste vertrouwen in de rechtsstaat. Ik weet niet of het te maken heeft met de intrekking van de Terugroepwet. Maar van de rechter zouden we wel heel graag willen horen hoe het zit met het vonnis,” zegt Somohardjo. In de terugroepkwestie van Sapoen en Chitan zijn eerder al vier rechtszaken geweest, waarin vonnis is gewezen.

De eerste betrof het kort geding van de PL tegen beide personen, waarbij rechter Alida Johanns op 13 juli 2015 had aangegeven dat de PL als terugroepgerechtigde de terugroeping te vroeg had ingezet. In de rechtszaak die Sapoen en Chitan daarop aanspanden tegen de PL, wees Ingrid Lachitjaran op 26 oktober 2015 hun vordering af, onder meer omdat Sapoen en Chitan niet hebben ontkend eens een zelfstandige fractie te zullen vormen. De magistraat beschouwde de brief van Chitan aan het hoofdbestuur van de PL als een duidelijk bewijs van zijn besluit om de zelfstandige fractie van Sapoen te ondersteunen. Deze handelingen maken voldoende aannemelijk dat beide heren de fractie van de PL hebben verlaten, hetgeen een grond oplevert voor de Terugroepwet, gaf dit vonnis aan, meent Somohardjo.

In de derde terugroepkwestie stelde kortgedingrechter Suzanna Chu in haar vonnis op 30 december 2015 dat de terugroeping van Sapoen en Chitan reeds een feit is. Zij stelde dat het blijven aanvechten van de terugroeping door Sapoen en Chitan op grond van het in strijd handelen met de statuten en het huishoudelijk reglement, slechts uitstel van de terugroeping betekent, en op den duur wel een feit zal zijn. De rechter achtte de terugroeping aannemelijk, niet in strijd en dus rechtsgeldig. Ten slotte wees Sieglien Wijnhard op 5 februari de eisen van de oppositiepartijen PL, VHP, NPS en de DNA-kandidaten Barkat Mohabali en Prim Sardjoe tegen het Centraal Hoofdstembureau, af. Zij stelde tegelijkertijd dat Centraal Hoofdstembureau niet de bevoegdheid heeft om de terugroeping op haar rechtsgeldigheid te beoordelen.
Advertenties

Friday 26 April
Thursday 25 April
Wednesday 24 April