Column: Drukke periode van rust
31 Aug 2015, 10:23
foto


Na de storm van de afgelopen weken is de tijd aangebroken voor een periode van rust. Iedereen heeft zijn zegje gedaan. Alle standpunten zijn bekend.
Vind je dat misdaden als gevolg van politieke spanningen behandeld moeten worden als gewone misdaden, dan zul je voor een rechtszaak zijn. Vind je dat politieke problemen met politieke middelen moeten worden opgelost, dan zul je voor verzoening en dialoog zijn.

Vind je dat je met twee maten mag meten, dan zul je voor de eerste amnestiewet zijn die de misdaden in de Binnenlandse Oorlog uit de rechtszaal hield en tegen de tweede amnestiewet die een wijziging was van de eerste. Vind je dat meten met twee maten niet mag, dan zul je één lijn trekken in beide kwesties.
Vind je dat 8 December los gezien moet worden van andere processen van geweld, dan zul je een scheiding aanbrengen tussen het leed van 15 nabestaanden van 8 December en 431 nabestaanden van de Binnenlandse Oorlog en andere processen van geweld. Als je 8 December verbonden ziet met andere processen van geweld, dan zul je ook pleiten voor een verbinding tussen het leed van nabestaanden van alle processen van geweld. Je zult je dan inspannen om de overige 431 slachtoffers een gezicht te geven en hun verhalen voor het voetlicht te brengen.

Vind je dat de diepe verdeeldheid in de Surinaamse samenleving geen probleem is, dan zul je niets doen om die verdeeldheid op te heffen. Betreur je die verdeeldheid en wil je die overkomen, dan zul je een voorstander zijn van dialoog en verzoening.
Vind je dat waarheidsvinding geen instrument kan zijn van gerechtigheid, dan zul je uitsluitend voor de rechtszaak zijn. Vind je dat dat wel kan, dan zul je een voorstander zijn van het onderzoek voor de getuigenis en van de getuigenis zelf.
Ben je voorstander van een stijl van het publiek debat dat zich concentreert op de inhoud, dan zul je respect hebben voor mijn persoon terwijl je mijn opvattingen bestrijd. Ga je niet voor inhoud, maar voor criminalisering van mijn persoon, dan zul je je concentreren op persoonlijke aanvallen (crimineel, verrader, boef, onoprecht, dubbele agenda etc). Je kunt een stap verder gaan zoals Eric Hart, die geïnspireerd door het klimaat dat tegen mij is geschapen, openlijk op Facebook aankondigt: “Sandew Hira, ik heb jou op mijn dodenlijst staan. Eerst breek ik je hele gebit in stukken. Daarna haal ik je ogen eruit. Begin een rolstoel aan te schaffen, want je benen krijg je in stukken terug.”
Vind je dat het een kwestie is van pro- of contra Bouterse, dan plaats je mij in het ene of andere kamp. Vind je dat het een kwestie is van een visie op hoe je staat in het leven, hoe je omgaat met zaken als wrok, verbittering en verdriet, de relatie tussen verplichtingen ten aanzien van je gezin, familie en de gemeenschap dan beoordeel je me op basis van die waarden en normen.
Mijn broers en zus zullen zich in de toekomst ook mengen in de maatschappelijke discussie. Dat is een goede zaak. Ze zijn het niet met me eens, zoals ik aangaf in mijn eerste persconferentie op 3 augustus. Zij hebben net als ik het recht om hun eigen politieke opvattingen in het publieke debat kenbaar te maken.
Voor mij is de maatschappelijke discussie beland in een fase dat het niet meer nodig is om te reageren op van alles en nog wat. Ik kan verder geen nieuwe argumenten toevoegen in de maatschappelijke discussie.

Voor mij breekt een drukke periode van rust aan. Rust in de zin dat ik niet meer zal ingaan op allerlei kritieken, omdat alles al is gezegd. Drukte omdat ik me wil focussen op het eigenlijk werk dat niet in de sfeer van confrontatie ligt, maar in de sfeer van onderzoek, verzoening en dialoog. Er ligt een berg werk voor me.
Ik heb mijn ritme hervonden en de rust van het gezinsleven in me opgenomen met de bezigheden van mijn kinderen: mijn dochter met haar muziek en mijn zoon met zijn studentenleven.

Ik zal me de komende tijd richten op de volgende zaken.
1. Het onderzoek.
2. Dialoog en verzoening.
3. De internationalisering van de getuigenis.
4. De getuigenis zelf.
5. Het na-traject van de getuigenis.

Ik zal daarover de komende maanden verslag doen.

Ik ben erg enthousiast over het onderzoek dat van start is gegaan. We zijn bezig met een gigantisch onderzoeksproject. We moeten 10.000 kranten en duizenden pagina’s archiefmateriaal doornemen, mogelijk honderden interviews afnemen, enkele duizenden pagina’s kamerstukken van de Nederlandse Tweede Kamer doorploegen etc. Kortom, er ligt een berg werk voor de boeg.
We hebben een geweldig team in Suriname en Nederland van deskundige en toegewijde mensen. Ik heb intensief managementoverleg met ons team in Suriname via Skype. De tijd is kort, maar ze zijn snel, doortastend en zeer kundig. Allerlei mensen melden zich aan om te helpen met het onderzoek. We nemen in Suriname mensen aan om full time aan de slag te gaan. Daarnaast zijn er ook tal van vrijwilligers actief geworden.

Een Surinaamse student uit Engeland heeft aangeboden om Amerikaanse kranten en bronnen te doorzoeken naar de relatie Amerika-Suriname. Zijn insteek is interessant. Hij schreef: ”Nadat ik uw brief en het antwoord van de heer Bouterse hierop in het Surinaams Dagblad had gelezen, besloot ik dat ik graag uw project zou willen ondersteunen door vrijwillig mijn vaardigheden als student geschiedenis, aan te bieden. Zoals David Frost in de jaren '70 een team gebruikte om informatie te verzamelen vooraleer hij Nixon interviewde, zou ik ook graag mijn bijdrage willen leveren in het vergaren van relevante informatie.”.

Een moeder met kleine kinderen bood aan om ’s avonds de Tweede Kamer stukken door te ploegen als haar kinderen al naar bed zijn. Een filmmaker wil de archieven van de Stichting Beeld en Geluid nalopen op materiaal over Suriname.
Een IT-deskundige in Suriname wil helpen met onze IT vraagstukken.
Een jurist gaat een deel van het rapport schrijven met een overzicht van amnestiewetten in de wereld. Ze gaat ook een procedure voeren tegen de Nederlandse staat om de archieven die nu gesloten zijn te openen in het kader van de Wet Openbaarheid Bestuur.
Een familie vertaalt materiaal naar het Engels ter voorbereiding van de internationalisering.

Kortom, alles is nu in werking gezet om in de korte tijd die we hebben een goed onderzoek te doen en een goed project te leiden.
De eerste toezeggingen en overmakingen van donateurs komen nu binnen. Helaas wordt bij sommige overmakingen geen email vermeld en kan ik geen persoonlijk bedankje sturen. Anderen heb ik persoonlijk gesproken. Degenen die ik niet gesproken heb wil ik bij deze hartelijk dank zeggen voor hun bijdrage.
De fondswerving is in volle gang.
De eerste twee ervaringen met dialoogbijeenkomsten hebben we nu gehad. Ik zal de volgende keer daarover schrijven.

Ik ben begonnen met het voorbereiden van het gesprek met Bouterse. De vragen komen uit onze onderzoeksdatabase. Ik wil een voorlopige lijst van 100 vragen opstellen voor Bouterse. Iedereen die suggesties heeft, kan mij mailen: sandew.hira@iisr.nl.
Ik weet nog niet hoe ik het gesprek zal ingaan. Wel hebben we besloten om ons niet te beperken tot audio-opnames, maar een video-opname van het gesprek te maken. Deskundigen hebben ons verzekerd dat het kan zonder de hinderlijke aanwezigheid van camera-, licht- en geluidsmensen.
Ik roep iedereen op om mee te werken aan het scheppen van een nieuw klimaat van dialoog en verzoening in de Surinaamse gemeenschap en de verdeeldheid achter ons te laten. Discussie, gesprekken, respect voor de diversiteit aan meningen zijn daarbij kernbegrippen.
Het is een moeilijk en moeizaam traject en zal niet in een paar maanden afgerond zijn. Juist daarom moeten we het doen.

Sandew Hira
Advertenties

Friday 26 April
Thursday 25 April
Wednesday 24 April